4
Bijlage tot liet verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1899.
WERKELIJK
BEDRAG
VOLGENS DE
REKENING.
INKOMSTEN.
Transport 2004.884
Terug ontvangen te veel gemandateerde bezoldiging van
een politiedienaar22.914
Ingehouden waarborgsom wegens het niet gebruik maken
van een standplaats op het kermisterrein100.—
Terug ontvangen kosten van het stoken van kachels in
de landbouwwinterschool7.124
Boete van werklieden2.25
Bijdrage van het rijk in de verplegingskosten van krank
zinnigen over 1897 80.
Vergunningen om op gemeentelijke landerijen te mogen jagen 5.
Vergoeding voor het afdraaien van de Potmargebrug. 58.50
Restitutie van betaalde grondbelasting7.42
Ontvangen schoolgeld over een afgesloten dienstjaar 6.75
Totaal
2294.844
De gezamenlijke ontvangsten zijn bij de begrooting, zooals die laatstelijk
is gewijzigd bij raadsbesluit van 24 Januari 1899 No. 3, geraamd
opf 1.131815.244
Blijkens de rekening is ontvangen1.137024.26
Alzoo meer ontvangen dan geraamd
5209.014
Tot aanduiding van dit verschil strekt het navolgend overzicht
Opbrengst
Opcenten op de Grondbelasting
Personeele belasting
Belasting op het Inkomen
de Honden
Vergunningsrecht
Belasting op Toon eel vertooningen
Rechten en loonen
Opbrengst van bezittingen
de Gasfabriek
Reiniging
Andere Ontvangsten
Opbrengst van geldleeningen
Afkoop van grondpacht
Verkoop van bouwterrein
boven de
raming.
Afgetrokken het bedrag beneden de raming
Blijft boven de raming
f
261.75
1159.08
45.-
337.50
2992.56
323.71
2733.22}
2613.98
4576.70
11.60
15055.11
9846.09}
5209.01}
beneden de
raming.
6372.94
5.674
3367.48
100.-
9846.094
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1899.
5
WERKELIJK
BEDRAG
VOLGENS DE
I REKENING.
UITGAVEN.
De uitgaven in de rekening omschreven en in de overgelegde ver-
zamelstaten gespecificeerd, vereischen geene bijzondere toelichting
Voor zoover de bij de begrooting geraamde sommen niet voldoende
waren tot dekking van de daaruit te bestrijden uitgaven, zijn deze, in
voege als daarbij is omschreven, bij raadsbesluiten tot wijziging der bc-
grooting of bij besluiten tot het doen van af- en overschrijvingen, met
het vereischte bedrag verhoogd uit het fonds voor onvoorziene uitgaven
dat daartoe met het overschot van verschillende andere artikelen zooveel
noodig is versterkt.
Het fonds waaruit zoo noodig kunnen worden aangevuld de sommen,
aangebracht bij de daarvoor aangewezen begrootings-artikelenzoomede
ter bestrijding van onvoorziene uitgavendie niet op de begrooting zijn
omschreven, is bij raadsbesluit van 13 November 1898 uitgetrokken
op5845.
Deze som is bij verschillende wijzigingen der begiooting,
laatstelijk bij raadsbesluit van 24 Januari 1899 nader vast
gesteld op 8845.
Bij af- en overschrijving krachtens raadsbesluit van 28
Februari 1899 is daaraan toegevoegd6000.
en alzoo gebracht op14845.
Tot versterking van verschillende artikelen die te laag
zijn geraamd en tot welker versterking bij de begrooting
zelve machtiging is verleend, is van evengemeld bedrag
afgeschreven, ingevolge raadsbesluit
van 28 Februari 1899 9972.
28 Maart 35.—
9 Mei 541
Alzoo te zamen 10548.
Zoodat beschikbaar bleef4297.
De op Hoofdstuk XI der begrooting gemandateerde on
voorziene uitgaven bedragen566.674
Zoodat het overschot bedraagt3730.324
Het gezamenlijk bedrag der uitgaven is bij de begrooting, zooals die
laatstelijk is gewijzigd bij raadsbesluit van den 24 Januari 1899, ge
raamd op1,131811.594
de gemandateerde uitgaven bedragen1,088233.804
alzoo een verschil van43577.79
Eene nadere aanduiding hiervan blijkt uit het navolgend overzicht