ONTVANGSTEN.
van de ONTVANGSTEN en UITGAVEN
der gemeente Leeuwarden, over het jaar 1900.
Bijlafle no. 18. REKENING
40 Bijlage tot het verslag der handelingen
Art. 10.
Het is den aannemer geoorloofd bij het stuk te doen
werken.
Indien zulks echter naar het oordeel der directie aan
leiding geeft tot minder zorgvuldige bewerking, tot te
geringe verdiensten of tot overmatigen arbeid, kan het
door haar worden verboden.
Art. 11.
De aannemer is verplicht de daartoe in het bestek aan
gewezen onderdeelen van werken op het werk te doen
vervaardigen.
Voor zoover ingevolge dit bestek ontheffing van dit
voorschrift kan worden verleend, worden aan die ontheffing
de volgende voorwaarden verbonden
1dat de fabrieken of werkplaatsen, waar de bedoelde
onderdeelen vervaardigd zullen worden, binnen de gemeente
gelegen zijn;
2. dat op deze fabrieken en werkplaatsen een regeling
van loon en arbeidsduur bestaat, die voor de betrokken
werklieden ten minste even gunstig is, als de regeling,
die gelden zou op het werk
3. dat de directie of de door haar aangewezen beamb
ten gedurende den werktijd tot de fabrieken en werk
plaatsen moeten worden toegelaten.
Art. 12.
De bovenstaande bepalingen gelden ook voor de op het
werk gebezigde werklieden in dienst van onderaannemers,
in dier voege, dat de aannemer zelf tegenover de gemeente
aansprakelijk blijft voor de stipte nakoming dier bepalingen.
Onderaanneming is niet geoorloofd, tenzij de aannemer
aan de directie overlegge eene verklaring van den onder
aannemer, waaruit blijkt, dat deze met de bepalingen
bekend is.
Art. 13.
De aannemer is verplicht aan alle op het werk te
bezigen werklieden, ook aan die bedoeld sub art. 2, binnen
3 dagen na de indienststelling eene schriftelijke aanstelling
uit te reiken, volgens door burgemeester en wethouders
vastgesteld formulier, waarop vermeld staat
a. als hoedanig hij is aangesteld
b. op welk loon hij wordt aangenomen
c. wanneer een lager dan het normale minimum-loon
wordt gegeven, de reden, waarop die afwijking berust.
Een door den betrokken werkman gewaarmerkt duplicaat
van deze aanstelling, wordt door den aannemer voor het
einde van de week der indiensttreding, aan de directie
ingeleverd.
De aanstellingsformulieren worden den aannemer koste
loos ter beschikking gesteld.
De aannemer geeft aan de directie wekelijks schrifte
lijke opgaaf van de werklieden, die worden ontslagen, of
wier aanstellingen worden ingetrokken.
Art. 14.
De aannemer moet eiken betaaldag aan de directie eene
door hem onderteekende loonlijst indienen, waarop de
namen vermeld zijn van de werklieden, die in zijn dienst
in de voorafgaande week op het werk aanwezig geweest
zijn, en waarop zoodanige opgaven voorkomen omtrent
loon, arbeidsduur, enz. als ter controle van de richtige
naleving der bepalingen noodig geacht worden.
Het model dezer loonlijst wordt door de directie vast
gesteld.
van den gemeenteraad van Leeuwarden.
Art. 15.
De aannemer is verplicht afdrukken van deze bepalingen
volgens aanwijzing van de directie te doen aanplakken en
er voor te waken, dat zij tijdens den geheelen duur van
het werk aangeplakt blijven.
Art. 16.
Klachten wegens overtreding van deze bepalingen, kun
nen behalve door de werklieden, ten aanzien van wie de
overtreding werd gepleegd, ook ingediend worden door de
te Leeuwarden gevestigde Kamer van Arbeid.
De klachten dezer laatste worden echter alleen onder
zocht, voor zoover zij betrekking hebben op feiten, die
plaats hadden ten hoogste 4 weken vóór den dag, waarop
de klacht wordt ingediend.
Art. 17.
Indien dit door de directie wordt verlangd, zal de aan
nemer den toegang tot het werk moeten ontzeggen aan
den werkman, van wien gebleken is, dat hij aan de directie,
of aan den opzichter der gemeente onjuiste mededeelingen
heeft gedaan omtrent de naleving dezer bepalingen.
Art. 18.
Blijkt, dat een werkman ingevolge overtreding dezer
bepalingen, te weinig loon heeft genoten, zoo zal hem het
te weinig betaalde alsnog door de directie voor rekening
van den aannemer worden uitbetaald, en bij den eerst-
volgenden betalingstermijn van de aannemingssom worden
ingehouden.
Art. 19.
In geval van ontslag van een werkman, ten aanzien
van wien een overtreding der bepalingen werd gecon
stateerd, binnen 6 weken nadat dit plaats had, wordt
hem door de directie voor rekening van den aannemer
tot uiterlijk 6 weken nadat de overtreding geconstateerd
werd, doch hoogstens tot het einde van het werk, een
weekloon uitgekeerd, gelijk staande met het minimum,
waarop hij volgens zijne aanstelling recht had. De uit
dien hoofde betaalde gelden, alsmede de opgelegde boete,
worden bij den eerstvolgenden betalingstermijn ingehouden.
De commissie onthoudt zich van schriftelijke toelichtin
gen op voorgaande ontwerpbepalingen.
Alleen wenscht zij te doen opmerken, dat door haar daar
voor gebruik is gemaakt van de bepalingen omtrent
minimum-loon en maximum arbeidsduur in bestekken van
gemeentewerken, gelijk die zijn vastgesteld door den ge
meenteraad van Leiden in zijne vergadering van den 26
Maart 1901, (na ingewonnen advies van het centraal
bureau voor sociale adviezen).
De groepeering der vakken is eenigszins anders, terwijl
natuurlijk de loonminima met het oog op Leeuwarden zijn
gesteld.
Ook is in plaats van 11 uur per etmaal thans nog 12
uur als maximum-arbeidsduur voor dien tijd voorgesteld,
terwijl de in art. 2 gestelde „21 jaar" ook afwijkt van het
bepaalde in de Leidsche verordening, waar 22 jaar de
grens aangeeft voor jongere werkkrachten.
In een der Leeuwarder bestekkon wordt 20 jaar ge
noemd. De commissie heeft den middenweg gekozen.
Leeuwarden, 9 Juli 1901.
De Commissie,
S. JANSEN.
S. JANSMA.
P. A. WILHELMIJ.
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1901.
1
0
p
bi)
r—
o
Eoofdstuk.
Afdeeling.
Artikel.
OMSCHRIJVING DER ARTIKELEN.
(ONTVANGSTEN.)
Begrootings-
sommen.
Werkelijk
bedrag der
ontvangsten.
1
1 a
I
1
2
Ontvangsten wegens vroegere diensten.
Batig slot der door den gemeenteraad geslotene rekening over
het dienstjaar 1898zoover daaraan niet reeds eene bepaalde
bestemming is gegeven.
Gedeelte van het saldo der rekening van 1899
14582
- 32412
II5
53
14582
- 32412
415
53
Totaal van het Iste hoofdstuk
46994
945
46994
94=
2
3
II
I
1
2
Opbrengst van plaatselijke belastingen.
Opcenten op de hoofdsom der grondbelasting.
40 opcenten op de hoofdsom der belasting op de gebouwde
eigendommen
10 opcenten op de hoofdsom der belasting op de ongebouwde
eigendommen
20131
929
j21434
10
Totaal der Iste afdeeling
21060
21434
10
4
II
1
Opcenten op de hoofdsom der rijks personeele belasting.
50-70 opcenten op de hoofdsom der personeele belasting.
54500
54660
425
Totaal der Ilde afdeeling
54500
54660
425
5
III
1
Hoofdelijke omslagen of andere plaatselijke directe belastingen.
Plaatselijke directe belasting naar 5.12 ten honderd van het
belastbaar inkomenf 205312.
af voor ontheffingen, afschrijvingen en oninbare
posten, verminderd met liet bedrag der suppletoire
kohieren4312.
ƒ201000
207084
ll5
Totaal der lilde afdeeling
201000
ƒ207084
IIs
6
IY
1
Bolasting op de honden.
Opbrengst der belasting op het houden van honden
1845
1987
50
Totaal der TVde afdeeling
1845
1987
50
7
V
1
Belasting op tooneelvertooningen en andere openbare verma
kelijkheden.
Opbrengst van de belasting op tooneelvertooningen enz.
300
285
51
Totaal der Yde afdeeling
300
285
51
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
17c
17i
i
VI
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
Rechten loonen en andere gelden bedoeld bij art. 238 der
gemeentewet.
Opbrengst van leges geheven ter secretarie
Opbrengst van waagrechten
i Opbrengst van beursrechten
Opbrengst van schoolgelden
Opbrengst wegens het gebruik van gymnastieklokalen en
toestellen
Opbrengst wegens het gebruik van de gemeentelijke bewaar
plaats van benzine
Opbrengst wegens het tijdelijk gebruik van de openbare straat
voor particuliere doeleinden
1100
- 13150
804
- 3700
- 3500
- 24000
- 6464
- 4500
- 3250C
8C
40
50C
-
>1-
-
1174
- 13031
804
- 2843
- 3562
- 23715
- 6464
- 4581
- 31958
64
3"
431
40
95
705
45
09
545
55
120
58
4 34
Totaal der Vide afdeeling
9033?
1 -
88671
181