Bijlage No. 24.
v j
Bijlage tot het verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1903.
1
Aan den Hand.
Mijne Heer en,
In uwe vergadering van 12 .Mei dezes jaars werd
mededeeling gedaan van het door ons college van den
Minister van Binnenlandsche Zaken ontvangen antwoord
op het tot Zijne Excellentie, inge.olge Uw besluit dd. 10
Maart t.v., gericht schrijven betreffende de reorganisatie
van de burgeravondschool, in verband met de gevraagde
ontheffing van de verplichting tot instandhouding der
burgerdagschool.
Dit antwoord was van den volgenden inhoud
No. 3507. Afd. Onderwijs.
Bericht op schrijven van 13
Maart j.l. no. 80/338,
betreffende: 's Graveniiage, 8 Mei 1903. j
ontheffing verplichting in
standhouding burgerdag
school Leeuwarden.
Het was mij aangenaam uit uw nevenvermeld schrij
ven te vernemen, dat de raad uwer gemeente zich bereid
heeft verklaard tot eene reorganisatie van de bestaande
burgeravondschool over te gaan. Ten aanzien van de
twee voorwaarden, welke de raad aan deze bereidverkla
ring heeft verbonden, heb ik de eer het volgende ter
kennis van uw college te brengen. De laagste twee
klassen zullen moeten vormen de door de wet verlangde
burgeravondschool met tweejarigen cursus. Aldaar zal
onderwijs gegeven worden in de volgende vakken en
gedurende het volgende aantal uren per week.
Eerste klasse.
Rechtlijnig teekenen 4 uren.
Handteekenen2
Rekenen2
Wiskunde2
Nederlandsche taal2
Totaal .12 uren.
Tweede klasse.
Rechtlijnig teekenen toegepast
op het ambacht4 uren.
Handteekenen toegepast op het
ambacht2
Rekenen en Wiskunde4
Nederlandsche taal2
geravondschoolonderwijsverklaar ik mij bereid de
toekenning van een Rijkssubsidie te bevorderen.
Het financieel beheer van die voortgezette inrichting
zal daartoe echter streng afgescheiden gehouden moeten
worden van dat der wettelijke burgeravondschool. Te
dien einde zoude het aanbeveling verdienen die inrich
ting, waarvan het onderwijs aan dat der burgeravond
school onmiddellijk zal aansluiten, een afzonderlijken naam
b.v. dien van ambachtsavondschool te geven.
Ter bekoming van een eventueel Rijkssubsidie, als
bovenbedoeld, voor die inrichting, zal de gemeente zich
onder overlegging van eene gedetailleerde begrooting van
inkomsten en uitgaven tot de Koningin hebben te wen
den. Behalve de nader aan zoodanig Rijkssubsidie te
verbinden voorwaarden, zal het echter tevens noodig
zijn, dat ook door de provincie een jaarlijksch subsidie
wordt toegezegd.
Het zal mij thans aangenaam zijn te vernemen, dat
tot eene reorganisatie van de burgeravondschool in
bovenbedoelden zin is besloten, welke met 1 September
1904 in werking zoude kunnen treden.
De Minister van Binnenlandsche Zaken,
(get.) KUYPER.
Bij de mededeeling van dit schrijven werd onzerzijds
de toezegging gedaan, om nader te overwegen, welke
voorstellen u naar aanleiding daarvan nader zouden moeten
worden voorgelegd.
Allereerst hebben wij, in verband met de door den
Minister gestelde voorwaarde, dat voor de burgeravond
school met vierjarigen cursus ook door de provincie een
iaorlijksch subsidie zou worden toegezegd al verwacht
ten wij van dezen stap met het oog op het feit, dat het
verlangen naar dien vierjarigen cursus van Regeerings-
wege was uitgegaan, weinig heil ons tot Hoeren Ge
deputeerde Staten gewend met het volgende verzoek
No. 85/655.
betreffende reorganisatie
burgeravondschool.
2 bijlagen.
Leeuwarden, 18 Mei 1903.
Totaal
12 uren.
In aansluiting aan dit, door de wet voorgeschreven
onderwijs, kunnen twee of meer jaren van voortgezet
burgeravondschoolonderwjjs worden ingericht. Behalve
rechtlijnig teekenen en handteekenen, toegepast op het
ambacht, zullen voor deze vervolgklassen natuur- en
werktuigkunde, wiskunde, Nederlandsche taal, boekhou
den en desverlangd nog andere vakken in het program
ma kunnen worden opgenomen, terwijl het aantal weke-
lijksche lesuren in verband met die vakken bijv. tot 17
zoude kunnen worden uitgebreid. In ieder geval zullen
echter in die vervolgklassen ten minste 7 uren aan
rechtlijnig en 2 uren aan handteekenen gewijd moeten
worden. Ter bestrijding van de meerdere kosten, welke ver
bonden zullen zijn aan dit voorgezet, onverplicht bur-
Naar aanleiding van ons voorstel aan den gemeente
raad dd. 24 Februari 1903, dat Uw College met de bij
lagen van dat stuk hiernevens in afdruk (Bijlage no. 5
van 's Raads handelingen 1903) gelieve aan te treffen,
werden wij bij raadsbesluit van 10 Maart j.l. gemachtigd
aan den Minister van Binnenlandsche Zaken, in antwoord
op zijne missive d.d. 23 Juli 1902, no. 4519, afd. te
berichten, dat de raad bereid is, met ingang van een
nader te bepalen datum in 1904, behalve de oprichting
van de in zijn adres d.d. 4 Maart 1902 bedoelde nieuwe
dagschool, de burgeravondschool te reorganiseeren in den
1 bij dat schrjjven bedoelden zin, onder voorwaarde:
a. dat aan de gemeente een nader te bepalen subsidie
van rijkswege wordt verzekerd, overeenkomende met de
hoogere kosten, die voor haar uit de oprichting en in
standhouding eener burgeravondschool met meer dan
tweejarigen cursus zullen voortvloeien;
b. enz.
In antwoord op dat schrijven ontvingen wij de hierbij
in afschrift gaande missive van den Minister van Bin
nenlandsche Zaken dd. 8 dezer, no. 3507, afdeeling On
derwijs.
Daaruit blijkt, dat de Minister bereid is de toekenning
van het gevraagde Rijkssubsidie te bevorderen, doch dat,
behalve de nader daaraan te verbinden voorwaarden, het
tevens noodig zal zijn, dat ook door de provincie een
jaarlijksch subsidie wordt toegezegd.
Alvorens, op grond van het ontvangen antwoord, nadere
voorstellen aan den raad te doen, zouden wij prijs stellen
op de wetenschap, of op de toekenning van een provin
ciaal subsidie in de kosten der te reorganiseeren burger
avondschool eenig uitzicht kan worden geopend,