Bijlage tot het
verslag
van
de
handelingen
van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1903.
Daarop werd de opmerking gemaakt, dat bij vernieu
wing het toch raadzaam is de beste soort steenen te ge
bruiken en het niet wenschelijk voorkomt met tweederlei
steenen te bevloeren.
In de 2de sectie geeft een der leden in overweging de
3,000.wel uit te trekken, maar niet tot uitvoering
over te gaan, vóór het geheele bedrag, voor nieuwe
bevloering benoodigd, beschikbaar is.
Rapporteurs stellen naar aanleiding van bovengenoemde
besprekingen voor, dit jaar 2,500.-op de begrooting van
1904 te reserveeren, tijd latende tot, onderzoek, of de
bezuiniging op de steenen kan worden toegepast.
Een lid der 1ste sectic vestigt de aandacht op den
slechten toestand van do goot met bjjbohoorende kolk,
die aan de noordzijde de afscheiding vormt van het plein
en de straat langs het Ruiterskwartier de afwatering
laat daar alles te wenschen over.
Een der leden in de 2e sectie zou gaarne zien, dat er
in het plantsoen en langs de wandelwegen meer banken
werden geplaatst.
Volgn. 120. Bij dit volgnummer wordt door een lid
der 1ste sectie te kennen gegeven, dat de sterke aan
bouw van huizen aan den Westersingel eene betere com
municatie met de binnenstad noodig maakt. Door een
pontvecr tusscben dien singel en het Zaailand zou in die
behoefte kunnen worden voorzien.
Haar aanleiding hiervan werd medegedeeld, dat van
particuliere zijde pogingen waren aangewend om hierin
te voorzien en dat men meende deze zaak voorshands
aan het particulier initiatief te moeten overlaten.
Volgn. 122. In de 3de sectie maakte een lid de op
merking, dat de kraan op de waterleiding op de Nieuwe-
stad bij den heer Schierbeek door het publiek zoo
misbruikt wordt, dat daardoor de omgeving dikwijls een
moeras gelijkt. Door de kraan dichter bij de gracht te
plaatsen, zou dit euvel opgeheven zijn.
Haar aanleiding van die opmerking gaf een ander lid
te kennen, dat het verwijderen dier kranen raadzaam zou
de zijn, daar een ieder uit hetzelfde napje drinkt.
De voorzitter wees er op, dat de kranen alleen des
zomers gebruikt kunnen worden en toch enkel zuiver
water geven.
Volgn. 123. Een lid der 2de sectie wijst op den
treurigen toestand der urinoirs en dringt op verbetering
aan. Een ander lid zegt, dat in de nieuwe buurten in
de nabijheid van het Kanaal en Achter de lioven in het
geheel geen urinoirs worden gevonden.
De voorzitter antwoordt, dat bij de tegenwoordige in -
richting geen verbetering is aan te brengen, terwijl toe
passing van een nieuw stelsel groote kosten zou veroor
zaken. Men heeft daarom zooveel mogelijk opgeruimd
en inde nieuwe buurten geen nieuwe geplaatst.
Volgn. 125. In sectie 1 en 3 wordt ter sprake ge
bracht de toestand van de klokken en het uurwerk in
de Oldehove. Kaar men vernam, zou een nieuw uur
werk met 4 nieuwe koperen wijzerplaten te verkrijgen
zijn voor 2,650.—. Zonder die wijzerplaten zouden de
kosten 600.minder bedragen. De klokken zouden door
het aanbrengen van hamers voor plm. 850. zoodanig
zijn in te richten, dat zij gemakkelijk geluid kunnen
worden, zonder vernieuwing van den klokkenstoel.
De voorzitter in sectie 1 deelt mede, dat het onderzoek
naar den toestand van de Oldehove nog voortduurt,
ook in verband met de vraag, of daarin het carillon van
de vroegere Nieuwc Toren geplaatst kan worden.
Yoorloopig is reeds gebleken, dat daarmede groote kosten
gepaard zullen gaan.
Met de opmerking, dat van de verschillende verbete
ringen aan de Oldehove, die van een goed uurwerk het
meest urgent is, aangezien dat in het hierbedoelde stads
gedeelte geheel ontbreekt, kunnen rapporteurs volkomen
meegaan. J
Volgno. 136. Een lid in de 2de sectie is van meening,
dat de beursmeester, ook in verhouding tot den waag-
morster, te laag wordt bezoldigd, waarom hij zou willen
voorstellen het salaris van eerstgenoemde met f 200.
te verhoogen.
De voorzitter wijst er op, dat eene vergelijking met
den waagmeester niet opgaat.
Ook moet men niet vergeten, dat de beursmeester het
afval ontvangt, wat zeker nog wel iets betcckent. Een
ander lid, die, waar het salaris te laag is, gaarne tot
verhooging medewerkt, vindt het wel wat kras tot ver
hooging te besluiten, zonder dat belanghebbende daartoe
aanvraag en de bcurscommissie een daartoe strekkend
voorstel heeft gedaan.
Daarop werd voorgesteld hot salaris met f 100.te
verhoogen. Besloten werd rapporteurs uit te noodigen
te onderzoeken, of verhooging al dan niet noodig is.
Rapporteurs vonden het niet wenschelijk aan deze
opdracht gevolg te geven, meenende, dat dit onderzoek bij
burgemeester en wethouders en bij de beurscommissie thuis
behoort.
Volgno. 137. De f 1,150.onder dit volgnommer
uitgetrokken voor nieuwe kachels in de beurs, vindt in
de 1ste sectie nog al bestrijding. Een paar leden dezer
sectie, die geregeld de beurs bezoeken, vinden deze uit
gaaf niet bepaald noodig, welk gevoelen door andere
leden wordt gedeeld.
De voorzitter zegt, dat deze post op de begrooting is
gebracht naar aanleiding van eene opmerking, die ten
vorige jare bij de behandeling der begrooting is gemaakt.
Rapporteurs stellen voor, naar aanleiding van hetgeen
daarvan in de 1ste sectie is gezegd, dezen post te doen
vervallen.
Volgno. 140. Bij dit volgnommer wordt herinnerd,
dat blijkens de stukken de commissie voor de gasfabriek
burgemeester en wethouders voorstelt een memoriepost
I uit te trekken voor verbetering van het kolenvervoer en
het vullen der retorten, welke post echter op de begroo
ting niet voorkomt.
l)e voorzitter deelt mede, dat het aanbrengen van een
dergelijken memoriepost geen nut zou hebben en men
beter vond eerst eene behoorlijke raming van kosten af
te wachten.
Door een lid der gascommissie werd nog medegedeeld,
dat voorshands alleen beoogd werd verbetering van het
kolenvervoer door het aanbrengen van rails.
Een der leden wijst er op, dat voor bezoldiging van
het personeel ruim f 1,100.meer is uitgetrokken dan
op de vorige begrooting, zoodat, naar het schijnt, het
voornemen bestaat de loonen opnieuw te verhoogen.
De voorzitter zegt hieromtrent eene nadere toelichting
aan de rapporteurs te zullen verstrekken.
Dientengevolge kan hier worden vernield, dat op voor
stel van den directeur in overleg met de gascommissie
de loonen van een klerk, een kantoorbediende, een sto
kersbaas, 2 machinisten, een hulpsmid en een graver
met 50 ets. zijn verhoogd dat van de 3 fitters één is
gepensioneerd, zoodat in plaats van 3 fitters moet staan
2 fitters en één vacaturehet genoemde pensioen ad
348.is begrepen in de daarvoor uitgetrokken som.
Gewezen werd op den slechten toestand, waarin een
deel der oudere straatbuizen verkeert; de tot verbete
ring daarvoor uitgetrokken ƒ500.werd onvoldoende ge
acht. Men zou daarvoor bovendien een gedeelte van het
vermoedelijk saldo willen aanwenden.
't Js rapporteurs bij onderzoek gebleken, dat onder
alinea 3 en 8 bjj I) met sfraafbuizen en gasbuizen het
zelfde bedoeld wordt, zoodat voor onderhoud 500.voor
vernieuwing 1,500.is uitgetrokken. Zij zagen in 't ver
volg liever daarvoor duidelijkheidshalve hetzelfde woord
gebruikt.
Volgno. 145. Een der leden in de 2de sectie keurt
het af, dat de voor den reinigingsdienst benoodigde ere-
Bijlage tot het verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1903.
oline, niet hier, maar elders wordt aangekocht. Hij is
van meening, dat genoemd artikel ook in onze gemeente
wel kan worden geleverd.
De voorzitter antwoordt, dat het nog al aankomt op
de kwaliteit van genoemd artikel. Overigens geeft hij
de verzekering, dat zooveel mogelijk de benoodigd lieden
door de ingezetenen der gemeente worden geleverd.
Volgno. 176. In de 3de sectie werd door een der le
den do wensch geuit, dat het straatvegen steeds door
besproeiing werd voorafgegaan.
Rapporteurs zijn na informatie overtuigd, dat, indien
aan dezen wensch werd voldaan, het cijfer van uitgaaf
voor den reinigingsdienst sterk zou stijgen, niet alleen
door aankoop van bezemwagen en paarden, maar vooral
door uitbreiding van dienstpersoneel. Zij adviseeren dan
ook aan dit verzoek geen gevolg te geven.
Bij Volgno. 191 wordt gevraagd, of de raad eerlang
een plan van een nieuw stedelijk ziekenhuis, althans van
eene barak voor besmettelijke ziekten, mag tegemoet zien.
De laatste zaak is urgent en daarop zal ook door de ge
zondheidscommissie worden aangedrongen.
De voorzitter zegt, dat deze zaak nog bjj burgemees
ter en wethouders in onderzoek is, zoodat daarvoor op
dit oogenblik bezwaarlijk eenige toezegging kan worden
gedaan.
Volgno. 217. In de 3de sectie waren leden, die gaarne
zouden zien, dat aan de commissie tot oprichting en in
standhouding eener kinderbewaarplaats te Leeuwarden
een jaarlijksch subsidie van /1U0.werd toegekend.
De voorzitter, het goede doel der vereeniging erkennende,
merkt op, dat het niet aangaat, dat de gemeente uit
eigen beweging een subsidie aan eene vereeniging, hoe
goed haar doel ook zij, verleent. Eene aanvrage om toe
lage was nooit gedaan.
Tijdens het opmaken van dit rapport is echter een
verzoekschrift bij den raad ingekomen en ten fine van
praeadvies in handen gesteld van burgemeester en wet
houders.
Volgno. 219. Een lid in sectie 2 is van meening, dat
zij, die hier oppassters worden genoemd, ook belast zijn
met het schoonhouden der lokalen en vraagt, of, indien
dit juist mocht zijn, haar salaris niet te laag is.
Rapporteurs werden uitgenoodigd dit te onderzoeken,
't Bleek rapporteurs, dat bedoelde oppassters ook genie
ten van de som, uitgetrokken onder volgno. 210, alinea 3.
Volgno. 249. Door een der leden wordt de vraag
gesteld, of het niet beter en voordeeliger is, dat de ge
meente rekening-courant opent bij „de Nederlandsche
Bank."
Rapporteurs brengen deze vraag over bij burgemeester
en wethouders.
het maximum van den hoofdelijken omslag. Uit de dis
cussion blijkt, dat niemand bezwaren heeft tegen de aan
neming van dit voorstel.
Er werd, met verwijzing naar hetgeen bij de alge-
meene beschouwingen is gezegd, de wenschelijkheid uit
gesproken, om,
mocht toelaten.
wanneer de stand dei-
het heffingsprocent iets
O N T Y A N G S T E N.
Volgno. 1. De gemeenterekening, zooals die door den
ontvanger is ingezonden, sluit met een saldo
van80,560.011
hiervan gaat af volgens begrooting 35,073.84
Rest als 1ste post op de begrooting 45,486.17|.
Burgemeester en wethouders deelden rapporteurs mede,
dat tengevolge van een gevonden abuis het saldo der
81,126.59^
rekening is
hiervan gaat af volgens begroot in g
35,073.84
Rest40,052.75^,
dus f 566.58 hooger dan is vermeld.
Volgno. 5. Bij dit volgnummer wordt behandeld het
in bijlage no. 20 afgediukte voorstel tot verhooging van
begrooting dit
te verlagen en
b.v. 3.40 of 3.45 te heffen in plaats van 3.50. De fei
telijke verhooging, ontstaande door het heffen van 100
pCt. in plaats van 97s/10 pCt. zou daardoor worden ge
neutraliseerd niet alleen, maar ook is het billijk, dat elk
jaar zoo nauwkeurig mogelijk zijn eigen lasten draagt.
De vrees, dat meu een volgend jaar het percentage mis
schien weder zou moeten verhoogen, mag daarvan niet
weerhouden. In de eerste plaats niet, omdat daarvan
nu nog niets met zekerheid is te zeggenmisschien valt
het wat mee en kan opnieuw eene kleine verlaging wor
den toegepast. Maar buitendien de hoofdelijke omslag
is en moet zijn de sluitpost der begrooting.
Deze beschouwingen werden door eenige leden gedeeld,
door enkele andere bestreden. Aangezien de stand der
begrooting, zooals die door rapporteurs wordt voorgesteld
geen verlaging van bet percentage toelaat, spreekt het
van zelf, dat rapporteurs, ofschoon overigens instemmende
met deze beschouwing, geen wijziging in deze richting
voorstellen.
Volgno. 20. Een der leden in de 2de sectie vraagt,
of bij het verleenen van vergunning wel zooveel moge
lijk gelet wordt op de daaromtrent bestaande wettelijke
bepalingen.
De voorzitter antwoordt, dat het in sommige gevallen
hoogst moeielijk is de vergunning te weigeren.
Volgno. 50. Door een der leden in de 2do sectie
wordt de opmerking gemaakt, dat in het opschrift de
woorden: „bevelschriften tot betaling en" kan vervallen,
omdat geen zegelgelden van bevelschriften terugontvan
gen worden.
Volgno. 76. Bij dit volgnummer werd in sectie 1
opnieuw de wenschelijkheid betoogd van het aanleggen
eener exploitatie-rekening van de bouwterreinen aan
het Nieuwe Kanaal. Wel waren de bij de begrooting
overgelegde staten geschikt om een overzicht over de
zaak te krijgen in haar geheel, maar men wenschte eene
afzonderlijke exploitatie-rekening, die het gemakkelijk
maakt de opbrengst in billijke verhouding tot de uitga
ven regelmatig te verdeelen over de verschillende dienst
jaren.
Naar aanleiding van de bovengenoemde opmerking, waar
mede rapporteurs zich kunnen vereenigen, hebben zij
deze zaak nader overwogen en onderzocht. Het resul
taat dezer overwegingen komt in hoofdzaak hierop neer,
dat de verdere stratenaanleg op dat terrein geschiedt om
den verkoop van bouwterrein te bevorderen en dus ook
moet worden betaald uit de opbrengst der bouwterreinen.
Dat die opbrengst voorts moet dienen voor rente en
aflossing van het kapitaal, dat de gemeente heeft ge
leend ter verkrijging van dat bouwterrein.
Dat het daarom wenschelijk voorkomt zoo nauwkeurig
als mogelijk is het bedrag te berekenen, dat daarvoor
elk jaar noodig is en dit dan als toelichting op de volg
nummers 249 en 250 binnenkolomsafzonderlijk te ver
melden.
Dat, met het oog op deze vaste jaarlijksche uitgaaf,
moet worden gestreefd naar eene gelijke verdeeling van
de opbrengst der bouwterreinen over de toekomstige
dienstjaren met dien verstande, dat buiten het benoo
digde voor stratenaanleg daarvan in geen enkel dienst
jaar meer wordt genoten, dan voor rente en aflossing
noodig is. Waar nu die opbrengst zeer onregelmatig is
en in de laatst verloopen 5 jaren zweeft tusscben 8,178.
in 1898 en J 42,559.in 1900, daar herhalen rappor
teurs den wensch, die ook reeds bjj vorige begrootingen
is uitgesproken, dat ter bereiking van dit doel en ter