4
age tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1903.
a>
3
Hoofdstuk
I.
Hoofdstuk
II.
Afdeeling
I.
OMSCHRIJVING DER INKOMSTEN.
Ontvangen
BEDRAG.
1902.
GERAAMD BEDRAG
voor
1903.
1904.
Art. 1.
Art. 1.
2
HOOFDSTUK I.
ONTVANGSTEN' WEGENS VROEGERE DIENSTEN.
Batig slot der door den gemeenteraad gesloten
rekening over het dienstjaar 1902 (zoover daaraan
niet reeds een bepaalde bestemming is gegeven)
Idem over het dienstjaar 1901
Idem over het dienstjaar 1900 en een gedeelte
van dat over 1901 f
De gemeenterekening over 1902 sluit met een
saldo van 80560.013.
Het is wenSclielijk hiervan eene som van./'35073.84
op den dienst van 1903 over te brengen, waartoe
een ontwerp-besluit den raad wordt aangeboden.
Het resteerend bedrag ad f 45486.175 is als
eerste post op de begrooting uitgetrokken.
De over te brengen som is gespecificeerd als
volgt
de beschikbaar gebleven sommen voor
werken langs het Nieuwe Kanaal
het eventueel maken van een dam in
de Potmarge
voortzetting der werken tot verbete
ring van de Cichoreibuurt
aankoop van brandkranen
verevening van den laatsten termijn
der aannemingssom van
het maken van een
Oosterstraat,
de uitbreiding van de school op Olde-
galileën
het bouwen van eene werkvrouwen
woning aldaar
de levering van schoolmeubelen
het doen van. verfwerken in het ge
meentehuis
het onderhoud van ponten
Voorts voor verevening van de reke
ning van meer en minder werk be
treffende de uitbreiding van de school
op Oldegalileën
Idem betreffende werken aan het be
staan gebleven gedeelte van de be
doelde school
Totaal
brug Grachtswal-
Hierbij een uit de opbrengst wegens ver
koop van bouwterrein adƒ29415.265
voor het volgend dienstjaar te reser
veeren bedrag ad
Maakt samen
11000.-
35073.81
Totaal van het Ie hoofdstuk
HOOFDSTUK II.
OPBRENGST VAN DE PLAATSELIJKE BELASTINGEN.
12021.35
4000.—
2177.14
600.—
578.40
3791.—
300.—
226.—
10.—
25.75
323.70
20.50
24073.84
AFDEELING I.
Opcenten op de hoofdsom der grondbelasting.
40 opcenten op de hoofdsom der belasting op de
gebouwde eigendommen
10 opcenten op de hoofdsom der belasting op de
ongebouwde eigendommen
De opcenten bedragen volgens het kohier dienst
1902 22216.35 en over 1903 22505.05. Met het
oog hierop en in aanmerking nemende den aan
bouw in de laatste jaren, heeft men gemeend eene
ronde som van 22700.te kunnen ramen.
De heffing geschiedt krachtens raadsbesluit van
7 November 1865, goedgekeurd bij Koninklijk be
sluit van 12 December d.a.v.
Totaal der Ie afdeeling
51368
51368
22216
22216
205
33767
82
203
33767
82
35
21293
926
65
35
O»)
22220
45486
45486
21770
930
22700
175
17'
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1903.
f*
5
u
O
G
u
"o
Hoofdstuk
li.
Afdeeling
II, III, IV
en V.
OMSCHRIJVING DER INKOMSTEN.
Ontvangen
BEDRAG.
1902.
GERAAMD BEDRAG
voor
1903.
1904.
Art. 1.
Art. 1.
Art. 1.
Art. 1.
227500.—
3000.—
23050O.-
AFDEELING II.
Opcenten op de hoofdsom der rijks personeele belasting.
50 tot 70 opcenten op de hoofdsom der personeele
belasting
De opcenten, uitgetrokken op de tot nu toe
executoir verklaarde kohieren dienst 1903, bedragen
f 56696.63. Met het oog hierop is een gelijk be
drag geraamd als het vorige jaar.
De heffing geschiedt krachtens raadsbesluit van
13 November 1897, goedgekeurd bij Koninklijk be
sluit van den 29 December 1897 No. 38.
Totaal der Ilde afdeeling
AFDEELING III.
Hoofdelijken omslag naar het inkomen, berekend
naar 3.5 ten honderd van het totaal der cijfers van
aanslag
Het primitief kohier over 1903 is vastgesteld op
een totaal cijfer van aanslag van 6512237.
Voor de raming voor 1904 heeft
men gemeend een rond cijfer van
6500000 tot grondslag te kunnen
nemen.
Bij eene gelijke heffing als over
1903, namelijk naar 3.5 ten honderd,
kan de onzuivere opbrengst mitsdien
worden geschat op
Hierbij het vermoedelijk bedrag der
suppletoire kohieren ad
Maakt samen
Voor vermindering wegens ont
heffing, afschrijving en oninbare posten,
waarvan echter moeilijk een juist cijfer
is te ramen, heeft men gemeend, met
het oog op vorige jaren, een bedrag
te kunnen stellen van
Rest 222000.
Uithoofde het maximum, tot hetwelk deze belasting
kan worden geheven, bij de bestaande verordening
van 2 April 1901 op 220000 is vastgesteld, wordt in
verband met de vorenstaande berekening een ont
werp-besluit tot wijziging dier verordening tegelijk
met deze begrooting aangeboden.
Totaal der lilde afdeeling
AFDEELING IV.
Belasting op de honden.
Opbrengst der belasting op het houden van honden
Het primitief kohier over 1903 is vastgesteld tot
een bedrag van 2367.—.
Hieraf het vermoedelijk bedrag der oninbare pos
ten, gebaseerd op dat van 1902 ad 296.21 rest
2070.79. Met het oog hierop is geraamd eene
ronde som van 2000.
Het bedrag der eventueel te verleenen restitutie
is uitgetrokken onder volgno. 239.
De heffing geschiedt krachtens raadsbesluit van
27 Februari 1877, goedgekeurd bij Koninklijk besluit
van 10 Juni d.a.v.
Totaal der IVde afdeeling
AFDEELING V.
Belasting op tooneelvertooningen en andere openbare
vermakelijkheden.
Opbrengst der belasting op tooneelvertooningen enz.
Ofschoon de opbrengst over 1902 eene eenigs-
Transporteeren
8500.-
56646
56646
208578
208578
2028
2028
346
346
22
57000
22
23
57000
207000
23
207000
04
1980
04
1980
48
48-"
300
300
57000
57000
222000
222000
2000
2000
300
300