Bijlage No. 11.
Bijlage tot het verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1904. i BijlnolX.
ii.
ONTWERP-VERORDENINGEN
tot het heffen van markt- en weeggelden
voor het gebruik der veemarkt en van
de daarop geplaatste weegtoestellen,
voor de invordering dezer rechten.
voor kalveren, met uitzondering van nuchtere,
per stuk10
voor nuchtere kalverenper stuk 5
voor wolvee, met uitzondering van jonge lam
meren, en voor bokken en geiten per stuk 4
voor jonge lammeren, per stuk2
Voor jonge lammeren, die worden ter markt
gebracht na 1 October wordt het tarief voor
wol vee toegepast.
voor varkensmet uitzondering van speenvar
kens, per stuk10
voor speenvarkensper stuk2
voor paardenper stuk
voor veulens, ezels en muilezels, per
stuk
cent
20
10
Aan den Raad.
Mijne Heer en!
Vergezeld van eene memorie van toelichting hebben
wij de eer U hierbij ter vaststelling aan te bieden eene
ontwerp-verordening tot het heffen van markt- en weeg-
gelden voor het gebruik der veemarkt en van de daarop
geplaatste weegtoestellen en eene ontwerp-verordening
voor de invordering dezer rechten.
Leeuwarden, den 10 Mei 1904.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden
A. ROELL Burgemeester.
M. GOSLINGS, Secretaris.
Art. 3.
Het weeggeld bedraagtonverschillig voor welk soort
vee, per stuk 10 cent.
Art. 4.
Geen vee wordt ter markt toegelaten of gewogen
dan na betaling van hot verschuldigd recht.
Art. 5.
Het ter markt brengen van vee, zonder voorafgaande
betaling van het verschuldigd marktgeldwordt als
ontduiking van belasting beschouwd onverminderd de
invordering van het recht volgens de artt. 258 tot en
met 260 der gemeentewet.
ONTWERP I.
De Raad der gemeente Leeuwarden
Overwegende, dat de verordening tot heffing van markt
en weeggelden voor het gebruik der veemarkt en van
de daarop geplaatste weegtoestellenvastgesteld den 13
Juni 1899, bij Koninklijk besluit van den 20 September
1899, no. 11, is goedgekeurd tot 1 Januari 1905;
Overwegende dat met de heffing dier rechten dient te
worden voortgegaan
Gelet op de artt. 238, 240 en 254 der Gemeentewet;
Mede gelet op de verordening omtrent den dienst op
de veemarkt en het personeel voor de inning der markt-
geldenvastgesteld den 7 September 1897 en gewijzigd
bij raadsbesluit van den 31 Mei 1904;
Besluit:
vast te stellen de volgende
VERORDENING tot het heffen van markt
en weeggelden voor het gebruik van de
veemarkt en van de daarop geplaatste
weegtoestellen.
Art. 6.
Het constateercn van overtredingen van art. 5 wordt,
behalve aan de ambtenaren der plaatselijke belastingen
en aan die genoemd in art. 8 van het Wetboek van
Strafvorderingin liet bijzonder opgedragen aan den
marktmeester en aan de gaarders der markt- en weeg
gelden.
Art. 7.
Deze verordening treedt in werking den 1 Januari
1905.
ONTWERP II.
VERORDENING np de invordering van het
markt- en weeggeld voor het gebruik
van de veemarkt en van de daarop
geplaatste weegtoestellen.
Art. 1.
Ten behoeve der gemeente Leeuwarden wordt een
recht geheven voor het gebruik van de veemarkt en
voor het op die markt doen wegen van vee.
Art. 1.
weeggeld geschiedt
gadering.
gaarders worden door burgemeester en wethouders
Art. 2.
Het marktgeld bedraagt voor eiken dag:
voor rundveemet uitzondering van kalveren
per stuk
De invordering van het markt- en
bij wijze van
De
benoemd. Deze voorzien hen van eene instructie, waarin
mede wordt bepaald de wijze van verantwoording der
I door hen geïnde gelden.
-Deze instructie wordt den Raad medegedeeld.
I De gaarders zijn voorzien van een onderscheidings-
20 cent 1 teelten, door burgemeester en wethouders vast te stellen.