Bijlage tot liet verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1907. 3. In geval van verloop van den termijn zonder dat vernieuwing plaats vindt wordt bij de bereke ning der vergoeding niet gelet op nieuwe gebouwen of werken of op veranderingen, gemaakt of aange bracht in het laatste jaar aan de eindiging vooraf gaande. 4. Den erfpachter wordt, als vergoeding, bedoeld in het le lid van dit artikel, uitbetaald het bedrag, bepaald overeenkomstig beide vorige leden, even wel onder aftrek van hetgeen de erfpachter, blijkens vaststelling door Burgemeester en Wethouders aan de gemeente nog schuldig is. 5. Alvorens eenige uitbetaling kan plaats hebben, moeten, voor zoover niet door Burgemeester en Wethouders aan den erfpachter kennis is gegeven, dat dit niet wordt verlangd a. de grond en gebouwen ontruimd en ter vrije beschikking van de gemeente zijn gesteld b. van het geëindigd zijn van het erfpachtsrecht de vereischte aanteekening zijn gedaan in de open bare registers, onder verwijzing naar het betrekke lijke raadsbesluit. Art. '29. Bepalingen betreffende eindiging van het recht na vervallenverklaring. 1Het bepaalde bij het vorig artikel omtrent de vergoeding, bij vervallenverklaring van het recht, is niet toepasselijk indien Burgemeester en Wet houders, na daarvan aan den erfpachter en de in geschreven hypothecaire schuldeischers binnen twee maanden na de vervallen verklaring kennis te hebben gegeven a. het erfpachtsrecht met den opstal in openbare veiling brengen b. het terrein met den opstal mits met schrif telijk goedvinden van alle ingeschreven hypothecaire schuldeischers op de bestaande voorwaarden voor den overblijvenden tijd ondershands in erfpacht uitgeven. 2. Het in veiling brengen kan eens of meermalen worden herhaald. Over de toewijzing beslist de Gemeenteraad. 3. Den erfpachter wordt bij toepassing van het le lid sub a uitbetaald de netto-opbrengst van den opstal, bij toepassing van het le lid sub b de vergoe ding voor den opstal, berekend volgens het vorige artikel, een en ander onder aftrek van hetgeen de erfpachter, blijkens vaststelling door Burgemeester en Wethouders, nog aan de gemeente schuldig is. 4. Alvorens eenige uitbetaling kan plaats hebben, moeten, voor zoover niet door Burgemeester en Wethouders aan den erfpachter kennis is gegeven, dat dit niet wordt verlangd a. de grond en gebouwen ontruimd en ter vrije beschikking van de gemeente zijn gesteld b. van het geëindigd zijn van het erfpachtsrecht 250 Bijlage tot het verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1907. Bijl. no. 20. de vereischte aanteekeningen zijn gedaan in de open bare registers onder verwijzing naar het betrekke lijke raadsbesluit. 5. Zoolang niet do toewijzing, bedoeld in het 2e lid, of de uitgifte, bedoeld in het le lid 6, is tot stand gekomen, kunnen Burgemeester en Wethouders verklaren af te zien van hun verlangen tot toe passing van dit artikel. Zij zullen daarvan onver wijld kennis geven aan den erfpachter en de inge schreven hypothecaire schuldeischers. Na die kennisgeving wordt het bepaalde bij art. 28 weder van toepassing. Art. 30. Bevoegdheid tot herstel door ingeschreven hypothecaire schuldeischers van verzuimen van den erfpachter. 1. De ingeschreven hypothecaire schuldeischers zijn, mits met goedvinden van Burgemeester en Wethouders, bevoegd te doen, wat de erfpachter, hoewel daartoe volgens de akte verplicht, verzuimt te doen. '2. Van elke aanschrijving gericht tot den erf pachter, waarvan de niet-naleving aanleiding tot het uitspreken der vervallen-verklaring van het recht kan geven, wordt den ingeschreven hypothecaire schuldeischers onverwijld afschrift gezonden. Art. 31. Recht van de ingeschreven hypothecaire schuldeischers op de vergoeding enz. 1Den ten tijde der eindiging van het recht inge volge raadsbesluit, waarbij de eindiging van het recht op gronden van algemeen nut is uitgesproken, na vervallen-verklaring, of door verloop van den termijn ingeval van niet-vernieuwing ingeschreven hypothecaire schuldeischers, wordt door Burge meester en Wethouders zoo spoedig mogelijk kennis gegeven van het bedrag waarop de vergoedingen, bedoeld in het le lid van art. 22 en het le lid van art. 28 zijn bepaald, of van het feit dat zij gebruik maken van de hun bij art. 29 gegeven bevoegdheid en in dat geval van de opbrengst bedoeld in het 3e lid van dat artikel. 2. Zij zijn in de gevallen waarin dit recht aan den erfpachter is toegekend, zelfstandig bevoegd ter zake de beslissing van deskundigen in te roepen, behalve wanneer het bedrag der vergoeding, zooals het door Burgemeester en Wethouders is bepaald, hunne vordering overtreft. Art. 32. Bevoegdheid van de ingeschreven hypothecaire schuld eischersbij eindiging van het rechtop gronden van algemeen nut of na vervallen verklaring of door verloop van den termijn ingeval van niet-vernieuwing. 1. Aan de hypothecaire schuldeischers, ingeschre ven bij het eindigen van het recht ingevolge raads- '251

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1907 | | pagina 125