Bijlage tot het verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1907.
Litt. b. Advies der
Gezondheidscommissie voor
de gemeente Leeuwarden.
LEEUWARDEN, 6 November 1907.
Onder terugzending van de strikken, betreffende
het denkbeeld eener verplaatsing van het aschland,
welke Uw college bij schrijven van 19 September j.l.
aan de gezondheidscommissie deed toekomen, met
verzoek daaromtrent haar advies te mogen vernemen,
heeft zij de eer het volgende mede te deelen.
De eerste sub-commissie, wier vergadering over dit
onderwerp ook is bijgewoond door voorzitter en
rapporteur van de derde sub-commissie, bracht
prae-advies uit aan de gezondheidscommissie in
de vergadering van 28 October.
Zij merkte op, dat de raadscommissie een historisch
overzicht gaf van hare werkzaamheden, en in
geval tot verplaatsing van het aschland werd be
sloten een terrein voorstelde, gelegen aan de
Boxumervaart, in de onmiddellijke nabijheid van
de spoorlijn naar Sneek, doch dat deze zich ont
hield van beschouwingen over de noodzakelijkheid
of wenschelijkheid der verplaatsing zelve, terwijl
de directeur dor gemeente-reiniging slechts vermeldt,
dat, bij niet-verplaatsing, uitbreiding van het tegen-
wooidigo aschland noodig is.
De sub-commissie, het denkbeeld der verplaatsing
van hygiënisch standpunt behandelonde, was van
oordeel dat directe infecties of andere benadéeling
der volksgezondheid door het tegenwoordige asch
land niet konden worden aangewezen, wèl, dat dit
veel hinder voor de omgeving veroorzaakt. Toch
is het tegengaan van verontreiniging der lucht, en
bevordering der inademing van frissche, zuivere
lucht, in het belang van de algemeenc gezondheid,
en zoo heeft naast stinkende grachten, beenderen-
pakhuizen en onderscheidene bedrijven, waaronder
de stroocartonfabriek, öok het aschland een groot
aandeel in de luchtverontreiniging dezer gemeente,
en zou verbetering van den bestaanden toestand
moeten worden toegejuicht.
Om het aangeboden plan goed te kunnen beoor-
deelen, had de commissie gaarne eene vergelijking
gehad met andere steden, die in min of meer gelijke
omstandigheden als Leeuwarden verkeeren, terwijl
ook een overzicht van verschillende systemen van
behandeling der faecaliën en van huis- en straat-
afval, wenschelijk ware geweest. Verbranding van
huis- en straatafval wordt de laatste jaren meer
op den voorgrond geplaatst, en de vraag is of
hieromtrent geen gegevens te verstrekken waren.
Ook diende men te weten, of aan de tegenwoordige
behandeling der faecaliën met turfmolm geen uit
breiding ware te geven, minder met het doel om
betere economische resultaten te verkrijgen, dan
wel om de vorming van stank tegen te gaan door
opslorping van vocht en binding der gassen. Mis
schien kon door een gewijzigde exploitatie het
tegenwoordige aschland, zonder hinder voor de
gemeentenaren, als méér-hygiënische inrichting be
houden blijven.
Mocht echter geen betere oplossing van de be
staande gebreken mogelijk zijn, dan kon de sub-com-
inissie zich met eene verplaatsing buiten de bebouwde
kom der gemeente vereenigen, en had zij tegen de
inrichting zooals deze geprojecteerd is aan de
Boxumervaart geen bezwaren. De opmerking
van den gemeentelijken inspecteur voor het woning
toezicht kwam haar overdreven voor, omdat, al
mocht de plaatsing van luchtverontreinigende in
richtingen aan de westzijde der stad in 't algemeen
niet aanbevelenswaardig zijn, bij een afstand van
4- 4 kilometers geen hinder van hot aschland behoeft
gevreesd te worden, daar een groote uitbreiding
van de stad naar die zijde niet te verwachten is.
De gezondheidscommissie vereenigde zich met het
rapport en heeft mitsdien de eer bovenstaande be
schouwingen als haar advies onder de aandacht van
Uw college te brengen.
J. BAART DE LA FAILLE, Voorzitter.
J. M. VAN HETTINGA TROMP, Secretaris.
Aan
Burgemeester en Wethouders der
gemeente Leeuwarden.
358