Bijlage no. 3. VERORDENINGEN op het in gebruik geven van schoollokalen en tot het heffen eener vergoeding voor dat gebruik. Bijlage tot het verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1908. a. onderhoud aan de bruggen b. in 1902. 1903 1904 1905 1906 onderhoud van brug wachterswoningen in 1902 1903 1904 1905 1906 c. kosten van vervanging van gaarders der brug gelden verwarming van het wachthuisje bij de le kanaalbrug enz. 1,796.31 1.809.125 3,243.625 4,412.44 2,452.19 ƒ13,713.69 61.47 186.815 225.85 265.015 212.41" 951.565 in 1902 - 418.10 1903 JJ 432.40" n 1904 JJ 462.995 V 1905 JJ 400.45 V 1906 JJ 721.27 2,435.52 of gemiddeld per jaar Jaarwedden van de gaarders dei- bruggelden Annuïteit van het kapi taal, benoodigd geweest voor het maken van de ge noemde bruggen en voor de daarbij behoorende werken als de Noorderbrug en de Harlingervaartsbrug, in 1859 aanbesteed voor 12,379. de Prins Hendrikbrug, in 1868 aanbesteed voor de Yerversbrug, in 1869 aanbesteed voor de Yrouwenpoortsbrug, in 1870 aanbesteed voor de Wirdumerpoortsbrug, in 1872 aanbesteed voor wachters woningen, in 186062 opgericht voor Transporteeren ƒ17,100.775 3,420.155 4,576— 7,472— 2,990— 5,470— 13,300— 11,000— Vernieuwing Transport van de Prins Hendrikbrug, in 1896 uitgevoerd voor Hierbij de kosten van het maken van de pijlers en der walhoofden van bruggen met twee door- vaartopeningen, te zamen Het bouwen van de wachterswoningen' bij de Prins Hendrikbrug en de Wirdumerpoortsbrug Het bouwen van eene wachters woning bij de 52,611— 7,996.15® 20,000,- Harliugervaartsbrug O O in 1902 Het bouwen der beide kanaalbruggen en van eene brugwachters woning in 1896 45,500.- 9,000.- 4,500.- 54,200— 7,448.98 Samen ƒ185,811. Aangenomen dat een goed onder houden brug en bij behoorende werken na 60 jaren moet worden vernieuwd en voor rente van schuld gemiddeld 3y2 moet worden gerekend, zou de annuï teit per 1,000.— bedragen 40.089 en, voor de geheele schuld Hoewel van deskundige zijde werd medegedeeld dat vernieuwing om de 50 jaren moest plaats vinden doch dit geheel van bijzondere omstandigheden kan afhangen, is met het oog op de opgedane ervaring op 60 jaar gerekend. Voor verlichting der bruggen moet worden gerekend Voor politiebewaking op marktdagen Geraamde huur van eene aange kochte brugwachterswoning In 1907 is de wenschelijkheid ge bleken, aan meerdere gaarders op drukke dagen hulp te verschaffen. De uitga ven over dat jaar in aanmerking ge nomen, moet hiervoor worden gere kend ongeveer Totaal 17,155.135 Do artikelen der beide concept-verordeningen 700— 160— 250— 600— 52,611.7,996.155 j behoeven wel geene nadere toelichting. ?'2 Bijlage tot het verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1908. Bijl. no. 3. Aan den Gemeenteraad. Herhaaldelijk worden door vereenigingen of door particuliere personen tot Uwe Vergadering of tot ons college verzoeken gericht om voor het geven van lessen of cursussen of voor het houden van bijeenkomsten en vergaderingen gebruik te mogen maken van een of meer lokalen van gemeente scholen en niet zelden zijn de aanvragers van mee ning dat, waar toch een groot gedeelte van den dag de lokaliteiten ongebruikt staan, de billijkheid behoort mede te brengen dat „voor het goede doel" het verzoek moet worden ingewilligd, zonder dat nog de gemeente voor den afstand der schoolruimte naar behooren schadeloos wordt gesteld. Als maat staf geldt bij het beoordeelen van die verzoeken bij ons in den regel in de eerste plaats of en in hoe verre het geven van onderwijs in het voornemen ligt en daarnaast of door den gevraagden afstand niet ook de belangen der gemeente zullen worden geschaad. In het tegenovergestelde geval worden de verzoekers meestal verwezen naar de vereenigings- lokalen in de stad, waarmee de gemeente niet in concurrentie kan noch wil treden. Waar het zich laat voorzien dat in de toekomst deze aanvragen, in plaats van af te nemen of zelfs stationnair te blijven, eerder zullen toenemen, is het ons wenschelijk voorgekomen, voor deze materie eens en vooral vaste regelen te stellen, zoodat door Uwe Vergadering bij verordening worde bepaald in hoeverre en voor welke soorten van gebruik en tegen welke vergoeding zij de gemeentelijke school lokalen, naast hun eigenlijk doel, bovendien nog be schikbaar wil stellen. Elke aanvrage kan dan aan dien eens gegeven regel worden getoetst en de beslissing worden losgemaakt van voor ieder afzonderlijk ge val mogelijk wisselende inzichten. Daarenboven zal aan de gemeente, beter dan tot dusver en meer voldoende, restitutie der kosten, die zij voor ver warming, verlichting, schoonmaken, conciergedien- sten moet maken, verzekerd zijn en zij schadeloos wor den gesteld voor de onderhoudskosten welke, naar evenredigheid van het gebruik, te haren laste komen. Wij hebben gemeend dat, komt een verzoek tot ingebruikgeving van een schoollokaal in. in aan sluiting aan den boven omschreven bij ons college geldenden regel, voortaan den doorslag zal moeten blijven geven de vraag, of inderdaad de aanvrage voor met het geven van onderwijs samenhangende doeleinden geschiedt. Die beslissing zal echter in elk bijzonder geval gegeven worden door Burge meester en Wethouders. Daarnaast moet het, in geval de eischen van een behoorlijk onderhoud dei- lokalen, of andere soortgelijke, dit wenschelijk maken, aan hun college vrij staan, de vergunning te weigeren. In art. 1 der aangeboden ontwerp-verordening (ontwerp A I) is dit beginsel neergelegd. Als model heeft overigens gediend de verordening houdende bepalingen omtrent het gebruik van gymnastiek lokalen voor particuliere lessen (gemeenteblad no. 26 van 1886), waarbij reeds voor de lokaliteiten en gymnastiekscholen is bepaald hetgeen thans algemeen voor alle schoolruimten zal gelden. Bovendien wordt, evenals in genoemde verordening, voorgesteld het betalen der vergoeding bij afzonderlijk lieffings- en invorderings-besluit te regelen. Tot toelichting van de ontwerpen diene nog het volgende. Als degene met wien de gemeente bij het afstaan liarer schoollokalen te maken heeft, wordt beschouwd hij, die bij de aanvrage als de „gebruiker" wordt aangewezen. Wordt ten behoeve van vereenigingen de vergunning verleend, dan komt deze eveneens ten name van den „gebruiker" te staan. Hij is het die voor de goede orde en het naleven der voor schriften te waken heeft en daarvoor verantwoorde lijk is en die krachtens het heffingsbes]uit voor de te betalen vergoedingen wordt aangeslagen. Elke vergunning wordt ten hoogste tot den eerst- volgenden len Juli verleend. Voor het goede overzicht en dus voor een deugdelijke admini stratie en controle is het gewenscht de ver gunningen alle gelijktijdig te doen afioopen en daarmede de lokalen dan wederom vrij te hebben. Voortzetting van het gebruik zal dus tijdig moeten worden aangevraagd. In de schoolvacantiën moet, behoudens uitzondering in daarvoor geoigende go- vallen ter beoordeeling van Burgemeester en Wet houders. het hier geregelde gebruik tijdelijk ophouden opdat aan afdoende reiniging en het noodzakelijk nazien der lokalen niets in den weg sta. De te betalen vergoeding is in twee soorten onderscheiden die sub A (art. 1 van het heffings- besluit) wordt voldaan voor het onderhoud, de ver lichting en de verwarming, waarvan de kosten anders voor rekening der gemeente zouden komen de sub B geregelde is eene schadeloosstelling voor door de werkster of den concierge van het gebouw te verrichten buitengewone werkzaamheden. Van daar de bepaling in het vierde lid van art. 1 der heffings verordening dat de sub B genoemde bedragen niet vermeerderen als van een lokaal meer uren achter- een gebruikt wordt gemaakt. De bedoelde werk zaamheden toch worden voornamelijk verricht bij den aanvang en het einde van het dagelijksch ge bruik en vermeerderen geenszins in evenredigheid met het aantal uren dat het lokaal wordt ingenomen. Met deze onderscheiding hangen verder samen de 73

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1908 | | pagina 36