Bijlage tot liet verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1913.
missie op te maken en in te zenden, en met een
gelijk getal door burgemeester en wethouders te
vermeerderen.
Bij gewone aftreding wordt de aanbeveling vóór
den lsten November aan den raad ingezondenbij
tusschentijds openvallen der betrekking, binnen een
maand hierna,
Art. 11.
In de eerste helft der maand Maart van elk jaar
zendt de commissie aan burgemeester en wethouders
een beredeneerd verslag in van hare verrichtingen,
den toestand der instelling, het getal verpleegden,
verpleegdagen, herstelden, verbeterden, niet verbe
terden en overledenen en van al hetgeen, verder
dienstig wordt geacht.
Art. 13.
De geneesheer-directeur, bedoeld bij art. 3 der
verordening op den genees-, heel- en verloskundigen
dienst voor behoeftigen, vastgesteld den 22 Novem
ber 1892, is het hoofd van den algemeenen dienst
in het stadsziekenhuis.
Onverminderd de bepalingen van hoofdstuk II
dier verordening, is de geneesheer-directeur verplicht,
zich in deze zijne hoedanigheid te gedragen naar
de bepalingen en voorschriften, bij afzonderlijke
instructie door den raad vast te stellen.
den gemeenteraad op eene aanbeveling van twee
personen voor ieder te benoemen lid, door Burge
meester en Wethouders, de commissie gehoord, op
te maken.
Art. Y.
In artikel 11 vervallen de woorden „herstelden,
verbeterden, niet verbeterden".
Art. VI.
In artikel 13 vervallen de woorden „vastgesteld
den 22 November 1892".
Art. VII.
Deze verordening treedt in werking den len
September 1913.
Leeuwarden, 19
De Raad voornoemd,
Litt. D.
ONTWERP de Raad der gemeente Leeuwarden
gelet op artikel 89 der armenwet en op het
voorstel van Burgemeester en Wethouders
besluit
het Reglement op het bestuur van het Nieuwe
Stads Weeshuis en de in artikel 20 bedoelde tabel
opnieuw vast te stellen met de volgende wijzigingen
Art. I.
Tusschen de artikelen 3 en 4 wordt ingevoegd
een nieuw
Artikel 3bis.
Indien naar het oordeel der voogdende belangen
van het weeshuis zich daartegen niet verzetten, kan
door Burgemeester en Wethouders mede worden
gelast dat in het gesticht ook worden opgenomen
te Leeuwarden wonende arme kinderen, andere dan
de in de vorige artikelen bedoelde, die een onvol
doende verzorging genieten.
Waar in de volgende artikelen van dit reglement
van weezen gesproken wordt, zijn daaronder de
in dit artikel bedoelde kinderen mede begrepen.
214
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1913. Bijl. no. 26.
Art. 21.
Het beheer der fondsen van het gesticht is opge
dragen aan de Voogden, met inachtneming der bepa
lingen voorgeschreven bij artikelen 15 en 16 der Wet
tot regeling van het Armbestuur d.d. 28 Junij 1854,
(Staatsblad No. 100.)
Art. 27.
Voogden bieden, binnen de zes eerste maanden van
ieder jaar, aan den Gemeenteraad rekening en verant
woording van hun beheer over het alsdan afgeloopen
dienstjaar ter goedkeuring aan.
Art. II.
In artikel 21 wordt „15 en 16 der Wet tot regeling
van het Armbestuur d.d. 28 Junij 1854 (Staatsblad
No. 100)", vervangen door ,,23, 24 en 25 der
Armenwet."
Art. III.
Uit artikel 27 vervallen de woorden „en verant
woording."
Art. IV.
Dit reglement treedt in werking den len Sep
tember 1913.
Leeuwarden, 19
de Raad voornoemd,
Litt. E.
ONTWERP.
Art. 1.
Voor de genees- en heelkundige behandeling van
behoeftigen, die door de stadsarmenkamer in onder
stand zijn opgenomen, van verpleegden in het
stadsziekenhuis, van behoeftige kraamvrouwen en
van andere behoeftigen, alsmede voor verdere ge
nees- en heelkundige diensten in deze verordening
genoemd, worden drie artsen aangesteld.
Art. 3.
Een der artsen wordt belast met
o. de genees- en heelkundige behandeling in het
stadsziekenhuis en het stadsarmhuis, alsmede, voor
zooveel noodig, met het verleenen van bijstand bij
verlossingen van vrouwen in eerstgenoemde in
richting opgenomen
b. de genees- en heelkundige praktijk bij behoef
tigen in het hem door burgemeester en wethouders
als werkkring aan te wijzen gedeelte der gemeente
c. het verleenen van verloskundigen bijstand in
De Raad der gemeente Leeuwarden
gelet op artikel 34 der Armenwet,
op het advies van de Gezondheidscommissie voor
de gemeente Leeuwarden, gegeven bij schrijven
van 2 Juli 1913 en
op het voorstel van Burgemeester en Wethouders
besluit
a. de verordening op den geneeskundigen dienst
voor behoeftigen in de gemeente Leeuwarden op
nieuw vast te stellen met de volgende wijzigingen
Art. I.
Aan artikel 1 worden na het slot twee nieuwe
alinea's toegevoegd, luidende
Bovendien kan eene gemeentelijke wijkverpleeg
ster worden aangesteld, gediplomeerd volgens de
bepalingen van den Nederlandschen Bond voor
Ziekenverpleging.
Hare benoeming, ontslag, werkkring en bezoldiging
worden geregeld in Hoofdstuk IV bis.
Art. II.
In artikel 3, le lid, vervalt de zinsnede
d. het onderzoek, bedoeld bij artikel 24 der ver
ordening op de huizen van ontucht en de publieke
vrouwen in deze gemeente.
215