Bijlage no. 30.
Bijlage tot het verslag
der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1913. Bijl. no. 30.
HERNIEUWDE vaststelling van de
rioleeringsbelasting (bijlage
no. 14).
Litt. A.
Voorstel van Burgemeester
en Wethouders.
Aan den Gemeenteraad.
De kennisneming van de bij raadsbesluit van '29
April 1.1., no. 135R/67, vastgestelde verordening op
de heffing eener bijzondere belasting wegens aanleg
van riolen in bepaalde gedeelten der gemeente
onder den naam van rioleeringsbelasting heeft,
blijkens brief aan Gedeputeerde Staten (afgedrukt
onder litt. C) en door dat college bij resolutie van
19 Juni 1.1., no. 97, 2e afdeeling, te onzer kennis
gebracht, den Minister van Binnenlandsche Zaken
tot het maken van enkele opmerkingen aanleiding
gegeven.
Bij het hierna volgend nieuw ontwerp is met die
opmerkingen rekening gehouden. Het beperkt zich
thans tot een bepaald deel der gemeente, waarvoor,
naar het oordeel van Burgemeester en Wethouders,
allereerst de Stienserweg in aanmerking komt.
Bij schrijven van 14 April 1913 heeft de Direc
teur der Gemeentewerken een plan van rioleering
van dien weg ingediend, loopende tot even voorbij
den toegang tot de gemeenteplaats „de Magere
Weide", alzoo 1064 M. lang en met tweeërlei
capaciteit, al naarmate den verderen of den kleineren
afstand van de bebouwde kom. De kosten zijn
geraamd op ruim 27,000.of 25.51 per strek-
kenden meter. Zestig percent hiervan is 15.30 en
dit bedrag is in artikel 4, sub a, dus in de plaats
gesteld van de in het vorige ontwerp daar aange
geven formule.
De wijzigingen, die dit ontwerp bij het nieuw
aangebodene voorts heeft ondergaan, zullen na
lezing van 's Ministers brief wel geen toelichting
meer behoeven. Dat, voor de toepasselijkheid der
heffingsverordening op eenig gebouw, uit het eerste
lid van artikel 2 de aansluiting daarvan aan het
riool is vervallen en alleen als criterium de stich
ting van het gebouw na het inwerkingtreden der
verordening is overgebleven, is hierom niet bezwaar
lijk, omdat die stichting toch met rioolaansluiting
gepaard zal gaan op grond van het voorschrift van
artikel 38 der Bouw%7erordening. In zooverre ver
andert in de strekking van het artikel dus niets.
De verordening op de invordering, welke, met;
uitzondering van den titel, ongewijzigd kan blijven,
kan mede opnieuw worden vastgesteld.
Op grond van het voorafgaande geven wij U in
overweging te besluiten
met intrekking van de raadsbesluiten van 29
April 1913 no. 135R/67 en no. 135R/68 opnieuw
vast te stellen eene verordening op de heffing eener
bijzondere belasting wegens den aanleg van een
riool in den Stienserweg en een op de invordering
dier belasting en daartoe te nemen de onder litt.
B in ontwerp afgedrukte besluiten.
Leeuwarden, 5 Augustus 1913.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden
J. PATIJN, Burgemeester.
M. GOSLINGS, Secretaris.
Litt. B.
ONTWERP.
De Raad der gemeente Leeuwarden
overwegende dat het wenschelijk is, door
h et-
aanleggen van rioleeringen van gemeentewege den
aanbouw aan wegen buiten de bebouwde kom te
bevorderen en de belanghebbenden in die aanleg-
kosten te doen bijdragen
dat voor dien aanleg het eerst de Stienserweg
in aanmerking komt
237