IP
Bijlage no. 45.
t
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeentei-aad van Leeuwarden, 1913. Bijl. no. 45.
WIJZIGING der verordening omtrent
den dienst op de veemarkt enz.
(gemeentebladen 1897 no. 20 en
1904 no. 12).
Aan den Gemeenteraad.
Bij de in hoofde dezer aangehaalde verordening is
de belooning voor de gaarders aan de veemarkt,
negen in getal, van wie er vier tevens weger zijn,
en voor de schrijvers op 130.per jaar bepaald.
Voor de controleurs wordt het loon vastgesteld
door Burgemeester en Wethouders. Dit is thans
als regel 2.voor enkelen, die niet den gebeelen
dag dienst doen, 1.25 per dag.
De marktmeester der veemarkt adviseert in deze
bezoldigingen meer gelijkstelling met het personeel
aan de waag te leggen en deze, voorzoover ze door
den Baad worden bepaald, te brengen van ƒ180.—
per jaar op 3.per marktdag.
Wij kunnen ons daarmede in het algemeen ver-
eonigen. Bij eene vergelijking tusschen de dienst
uren van de beambten aan de waag en die aan
de veemarkt valt die vergelijking niet ten voordeele
BESTAANDE REDACTIE.
Art. 1.
Voor den dienst op de veemarkt en de inning
der markt- en weeggelden worden aangesteld
a. een marktmeester
b. negen gaarders, waarvan vier tevens voor het
wegen van vee
c. drie schrijvers voor het invullen der weeg
briefjes
d. het naar het oordeel van burgemeester en
wethouders verder benoodigd personeel voor het
houden van toezicht gedurende den markttijd en
het in ontvangst nemen der marktbriefj es en pen
ningen bij aanvoer van vee.
van laatstgenoemden uit, die per Vrijdag als regel
9 a 10 uur, de schrijvers iets minder, dienst doen,
tegen de anderen 5 a 6 uur. Daarenboven zijn
hunne werkzaamheden veel drukker en voor de
meesten verantwoordelijken Toch zijn de loonen
hier en ginds gelijk. Eene verbetering daarvan kan
dus wel worden gerechtvaardigd.
Het ligt in onze bedoeling om, zoodra dienover
eenkomstig is besloten, in aansluiting daaraan de
wedden der controleurs en van den veebeschermer
eveneens te herzien.
Van de gelegenheid is gebruik gemaakt om artikel
1 in zooverre aan te vullen dat, wanneer het vierde
weegtoestel voor varkens in gebruik wordt genomen,
daarvoor het noodige bedienende personeel beschik
baar is en voorts het artikel met de bij de inning
der marktgelden gevolgde praktijk in overeenstem
ming te brengen.
Wij geven U alzoo in overweging te besluiten
volgens het hieronder aangeboden ontwerp.
Leeuwarden, 8 October 1913.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
J. PATIJN, Burgemeester.
M. GOSLINGS, Secretaris.
ONTWERP.
De Raad der gemeente Leeuwarden
gezien het voorstel van Burgemeester en Wet
houders
besluit
I. artikel 1 b der verordening omtrent den dienst
op de veemarkt en het personeel voor de inning
der markt- en weeggelden (gemeentebladen 1897
no. 20 en 1904 no. 12) te lezen als volgt:
negen, of naar omstandigheden tien, gaarders,
waarvan vier (vijf) tevens voor het wegen van vee
II. artikel lc dier verordening te lezen als volgt:
drie, of naar omstandigheden vier, schrijvers voor
het invullen der weegbriefjes
III. uit artikel 1 d dier verordening te doen ver
vallen de woorden „en penningen"
IV. in artikel 4 dier verordening het tweemaal
voorkomende cijfer „130" te vervangen telkens
door „150";
Y. do wijziging sub IV in werking te doen
treden met 1 Januari 1914
VI. met ingang van 1 Januari 1914 den pensioens
grondslag van J. Riemersma, J. N. Westerink,
J. Molenaar, R. Wartena, G. C. Jorissen, A. Dijkstra,
J. van der Veen, J. Bakema, A. Jielof, P. Hogen-
huis, A. S. van Buren en I. H. Slaterus voorloopig,
en behoudens wijziging tengevolge van ontslag als
anderszins, te bepalen op 150.
Leeuwarden, 19
De Raad voornoemd,
317