106
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1913.
dat de in dienst zijnde werklieden voor het gemis
van die fooien schadeloos worden gesteld. Het
bedrag, dat door ieder aan fooien jaarlijks ont
vangen wordt, staat vast. Een vergoeding van
f 40.per jaar en per persoon is daarvoor ruim
schoots voldoende. Dit zal echter jaarlijks de be-
grooting met ten hoogste rond 2300.bezwaren.
Ten slotte deelen wij U mede, dat het in onze
bedoeling ligt bij verhooging in loonklasse voortaan
ten minste één driejaarlijksche verhooging toe te
kennen, zoodat een werkman, die in de 3e klasse
10.80 verdient en nog geen drie jaar op dat
loon staat, bij verhooging tot de 4e klasse aan
stonds op f 11.40 gebracht zal worden. Stond hij
juist drie jaar op een loon van10.80, dan zal hij
bij verhooging tot de 4e klasse f 12.moeten
krijgen. Dat zal dan voor 8 maanden van 1913
een uitgaaf vorderen van rond 300.waarbij
nog dient gevoegd eene som van rond 225.
wanneer hetgeen noodig is om onbillijkheden te
voorkomen aan dien maatregel terugwerkende
kracht tot het tijdstip van invoering van het Werk-
liedenreglement (1 Januari 1912) wordt verleend.
Overigens willen wij vorenvermelde wijzigingen
op 1 Mei 1913 doen ingaan.
Op grond van bovenstaande beschouwingen hebben
wij de eer U voor te stellen te besluiten
A. tot vaststelling van eene verordening tot
wijziging van het Werkliedenreglement volgens
het hierbij gevoegd ontwerp
B. Burgemeester en Wethouders in verband met
de bovenstaande toelichting een crediet van ten
hoogste 4200.te verleenen, in afwachting
van nadere voorstellen voor de ter zake noodige
wijzigingen van de begrooting der gemeente, der
gemeentelijke gasfabriek en van het gemeentelijk
electriciteitbedrijf, alle dienst 1913
C. af te wijzen het verzoek van de afdeeling
Leeuwarden van den Bond van Nederlandsche ge
meentewerklieden, om het loon van volwassen ge
meentewerklieden in de laagste loonklasse op ten
minste 10.20 per week te bepalen.
Leeuwarden 22 Februari 1913.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
J. PATIJN, Burgemeester.
M. GOSLINGS, Secretaris.
ONTWERP.
Bestaande redactie.
Art. 31.
1. De loonklassen, bedoeld in artikel 29, zijn
de volgende
le klasse, aanvangende met een weekloon van
9.en opklimmende tot 9.60, 10.20, 10.80
en f 11.40 als maximum.
2e klasse als boven van 9.60 tot 10.20,/10.80,
11.40 en f 12.als maximum.
3e klasse als boven van f 10.20 tot 10.80,
11.40, f 12.en 12.60 als maximum.
4e enz.
2. Het overeenkomende uurloon bedraagt
O
le klasse 15 ct., 16 ct., 17 ct., 18 ct. 19 ct.
2e 16 17 18 19 20
3e 17 18 19 20 21
4e enz.
De Raad der gemeente Leeuwarden
gezien het voorstel van Burgemeester en Wet
houders
besluit
vast te stellen de volgende
VERORDENING tot wijziging van het
Werkliedenreglement.
Artikel I.
Yan artikel 31 worden
a. het tweede, derde en vierde zinsgedeelte van
het eerste lid gelezen als volgt
le klasse, aanvangende met een weekloon van
f 9.90 en opklimmende tot 10.20, 10.50, 10.80
en f 11.40 als maximum.
2e klasse alsboven van 10.20 tot 10.50,
10.80, 11.40 en 12.als maximum.
3e klasse alsboven van 10.50 tot 10.80,
11.40, 12.en 12.60 als maximum.
b. het tweede, derde en vierde zinsgedeelte van
het tweede lid gelezen als volgt
le klasse 165 ct., 17 ct., 175 ct., 18 ct., 19 ct.
2e 17 175 18 19 20
3e 17° 18 19 20 21
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1913. Bijl. no. 9.
Art. 42. Artikel II.
1. Voor vaste werklieden, wier vast weekloon In artikel 42 wordt het cijfer „10.50" vervangen
niet meer dan 10.50 bedraagt en die met hunne door „10.80".
gezinnen in het algemeen ziekenfonds „Eendracht
maakt macht" zijn opgenomen, wordt de door hen
verschuldigde contributie bij wijze van loonsver-
hooging vanwege de gemeente betaald.
2. Inwonende kinderen boven de 18 jaar komen
hiervoor niet in aanmerking.
Art. 48. Artikel III.
1. De in het vorig artikel bedoelde straffen kun- In artikel 48 wordt tusschen 9° en 10° een nieuw
nen worden opgelegd ter zake van zinsgedeelte ingevoegd, luidende als volgt
io enz. „9°bis. het vragen of aannemen van fooien;"
9°. verzuim van dienst zonder verlof, tenzij wegens
gegronde redenen.
10°. aansporing en uitlokking van een gemeente
werkman tot het plegen van bovengenoemde feiten.
2. enz.
Artikel IV.
Deze verordening treedt den len Mei 1913 in
werking.
Leeuwarden, den 19
De Raad voornoemd,
107
