REISVERSLAG van den technischen adviseur der commissie. INLEIDING. Bezocht werden de vuilnisverbrandingsinrichtingen te PUCHHEIM. I. Vuilnisverhrandingsinricliting te Altona, Ovenstelsel Herbertz, gebouwd door de Müllverbrennungsgesellschaft m.b.H. „Vesuvio" München. Overlast voor de arbeiders en de omgeving was niet vast te stellen, het geheel maakte een zeer netten indruk, het bedrijf is zeer eenvoudig. '1 li j j >i j: Met de samenstelling van dit verslag is niets anders beoogd, dan het wedergeven van de indrukken door ondergeteekende verkregen over de verschillende inrichtingen. Wat in het algemeen over vuilnis- verbranding en zwavelzure ammoniakbereiding valt op te merken, is reeds vervat in het door onderge teekende uitgebracht verslag dd. 26 Augustus 1913. ALTONA, FÜRTH, ISSY DES MOUE1NEAUX. en de zwavelzure ammoniakfabriek te ANGERS. (bezocht op 18 September 1913). Beschri) ving. In voortdurend bedrijf genomen in April 1913. Verwerkt per etmaal 5065 ton vuilnis. Aanwezig zijn 3 ovenblokken, elk met 3 cellen, twee blokken zijn in gebruik, het derde dient als reserve. De vulling en ontslakking geschieden mechanisch; voor den verkoop van de slakken waren onder handelingen gaande; de vliegasch wordt eenvoudig weggeworpen. Het aantal werklieden bedroeg 2 ploegen van 9 man, waaronder 1 machinist. De stoom wordt benut tot het opwekken van electrische energie, welke in het stedelijk net wordt afgegeven. Gemaakte aanteekeningen. 1. Hoeveelheid verwerkt vuil. Het viel op, dat deze hoeveelheid voor eene stad van den omvang als Altona, zeer gering is. per inwoner waarvan het vuilnis wordt ingezameld, wordt 0,3 K.G. per etmaal verkregen. De Heer Wollen haupt schreef zulks toe aan de betaling welke voor het ophalen van het vuil door de gemeente geëiseht wordt en welke in den vorm van een jaarlijkschen huurprijs van 2 Mk. per kleinen in gebruik gegeven emmer wordt geïnd. Het gebruik dezer emmers is verplichtend gesteld. Aangezien het om hygiënische overwegingen noodzakelijk is, dat zooveel mogelijk al het voort gebrachte vuil vernietigd wordt, werkt deze belasting niet goed; zij geeft aanleiding tot het verwijderen van vuilnis door de bevolking op zeer onregelmatige, af te keuren wijze. 2. Vermogen van de ovens. Gegarandeerd was, dat in eiken oven van drie cellen, elk van 0,9 M-'. oppervlak, zoude verbrand worden in 18 uur 56 ton vuilnis, dus per cel en per uur ruim 1000 K.G. In de twee ovenblokken (dus in 6 cellen) wordt bij een werktijd van 10 uur verwerkt 50 -65 ton gevende 8001000 K.G. per cel en per uur. Naar dezen maatstaf zoude het mogelijk wezen in 1 ovenblok van 2 cellen «als voor Leeuwarden ontworpen, het vuilnis van die stad zijnde 20 -25 ton in 1012'2 uur te vernietigen. In de aanbieding van de „Vesuvio" werd gerekend op het verwerken in 19 -24 uur. (Zie bijlage E 1 van het Verslag onder „Arbeidstijd Er werd aan den Heer Woltenhaupt gevraagd of zulk een langere werktijd geene bezwaren medebracht, deze verzekerde, dat zulks niet het geval is. Mechanische vulling. 3. V o r 111 v a n de w a g e n k a s t e n. De mechanische vulling geschiedt door een van het onderstel afneembare wagenkast boven de vultrechters van de cellen te brengen. Elke wagenkast is in drie afdeelingen verdeeld, welke met de vultrechters overeenkomen. Bij het uitstorten van het vuilnis in de vultrechters ontwikkelde zich somtijds een weinig stof. Gedeeltelijk wordt dit veroorzaakt door eene niet stofdichte aansluiting van de wagenkast op den vultrechter, doch in hoofdzaak door den onjuisten vorm van de wagenkast. Deze is van boven te breed en het buikig beloop van de zijwanden is niet steil genoeg. Als gevolg hiervan zakt het vuilnis niet gemakkelijk na en moet dit door een werkman in beweging worden gebracht. Daarbij moet een vulklep in het deksel van de wagenkast openstaan en door deze verspreidt zich in het locaal stof. Een betere vorm van de wagenkast is dus noodzakelijk. 4. Schuiven van den vultrechter. Het ledigen van de afdeelingen van de wagen kast geschiedt door het wegtrekken van een stel schuiven waarvan een den bodem van de bak vormt. De Heer Wollenhaupt verklaarde, dat dit stelsel ook voor Leiden is verkozen, hoewel hij liever kleppen had zien toegepast; de reden van deze voorkeur aan de schuiven gegeven was, dat van deze de bezwaren wel bekend waren, doch dat die van de kleppen nog moeten blijken. Het bewegen van de schuiven geschiedt door een as, gedreven door een electromotor; tandraderen op die as werken op een schroefstang aan de schuiven. Het uit de hand bewegen dier schuiven is een bijzonder zwaar werk, mechanische beweegkracht is hier noodzakelijk. 5. Vulklep van den oven. Bij een der ovencellen kwam wat rook uit den vultrechter; na waarschuwing aan den stoker, hield dit onmiddellijk op. Ondersteld wordt dat de vulklep onder aan den vultrechter niet goed gesloten was. 6. Afneembare wagenkast e n. Deze wijze van vulling welke een zeer goeden indruk maakt - eischt het hebben van wagens met kasten welke van het onderstel afneembaar zijn, en voor deze lediging zijn ingericht. Hoe deze wagens verder zijn gebouwd doet niet ter zake. Het invoeren van model vuilnisemmers is geen bepaalde eisch; de kap van de wagenkast kan voor stofvrije inwerping van het vuilnis gemaakt worden (b.v. volgens het stelsel Bauer). Het zal echter, indien tot de aanschaffing van dergelijke wagens wordt besloten, zaak zijn bij het definitieve ontwerp der vuilverbranding op den juisten vorm der wagenkasten te letten. 7. Nesten. Het groote vuilnis zooalsmanden, matrassen e. d. g. dat niet in de emmers kan geborgen worden, wordt op aanvraag van de inwoners, met een afzonderlijken wagen opgehaald. Men zal dit te Leeuwarden in den Kori'schen oven moeten verbranden. 8. Reserve wagenkasten. Deze wijze van mechanische vulling, waarbij het eenmaal in de wagens verzamelde vuilnis niet meer aan het daglicht komt en ongesorteerd verbrand wordt, maakt een zeer goeden indruk. Wanneer het vuilnis in korter tijd wordt aangevoerd als waarin het verbrand wordt, zal men een aantal wagenkasten in reserve moeten hebben. Voor Leeuwarden zouden er m. i. behalve die op de wagenonderstellen geplaatst een vijftiental meer noodig wezen. Ontslakking. 9. Duur eener ontslakking. Ongeveer elke 20 minuten heeft eene ontslakking plaats deze tijdruimte hangt af van den aard van het vuilnis. Eene ontslakking duurt ongeveer 3 minuten. 10. Wijze van ontslakken. Voor eene ontslakking wordt in de cel een losse bodem geschoven, de daarop rustende slak wordt dan met dien bodem uitgetrokken. Het wagentje waarop de slak dan rust wordt gereden naar den slakkenblusscher en daarin omgekipt. Het geheele samenstel werkt goed, doch is te ingewikkeld. De voortbeweging van het wagentje door een electromotor kan echter achterwege blijven en uit de hand geschieden. Daarentegen is het door een motor inbrengen van den lossen bodem en terughalen van dezen met de slak beladen zeer zeker noodig. Voor Leeuwarden is op de laatstomschreven wijze van ontslakking gerekend in de kostenraming (Geheime bijlagen van het Verslag E 20a en E 21a). Verwijderen van de vliegasch. 11. Lossen van de vliegasch. Het lossen van de vliegasch van onder de ketels, ge schiedt op de wijze als voor Leeuwarden voorgeslagen, deze voldoet aan alle eischen en werkt zeer een voudig. 12. Verwijderen van de vliegasch. Er werd ongeveer 7°/o (aan gewicht) van het vuilnis aan vliegasch verkregen, te Altona wordt dit eenvoudig weggeworpen, voor Leeuwarden is voor gesteld het met de slakken te vermengen, en is hierop gerekend door de loopkraan zoo te plaatsen, dat hij de vliegasch-reservoirs kan opheffen, wat te Altona niet mogelijk is.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1915 | | pagina 150