Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1915.
woningen voor bewoning gereed zijn, wordt de ge-
beele exploitatie van dit woning-complex overgeno
men door de Woningvereeniging Leeuwarden.
De Vereeniging is bevoegd te voren huurovereen
komsten af te sluiten en voorts voorbereidende
maatregelen te nemen, opdat op den in het eerste lid
genoemden datum dadelijk de woningen door de
huurder kunnen worden betrokken.
Art. 2.
Door de Vereeniging moet worden zorg gedra
gen dat in de woningen voor alleenwonende perso
nen en gezinnen zonder kinderen ten hoogste twee
personen worden gehuisvest, die, zoo zij geen echt
paar vormen, tot hetzelfde geslacht moeten belmo
ren.
Art. 3.
Het boekjaar voor de exploitatie loopt van 1 Ja
nuari tot 31 December. Jaarlijks wordt binnen drie
maanden na het einde van het boekjaar aan den
Raad rekening en verantwoording van de exploita
tie gedaan. Naast de rekening wordt overgelegd een
rekening van het in artikel 4 onder b bedoelde fonds
voor onderhoud en herstel en een overzicht van de
bezittingen van het fonds. De rekeningen vereischen
de goedkeuring van den Raad.
Art. 4.
Ten laste van de exploitatie-rekening wordt ge
bracht
a. het bedrag van de annuïteit van het door de
gemeente Leeuwarden uit 's Rijks kas ter zake van
den bouw van deze woningen verkregen voorschot;
b. voor de vorming van een afzonderlijk fonds
voor onderhoud en herstel van deze woningen eene
uitkeering van van de bouwkosten der wonin
gen;
c. de grondbelasting en de kosten der waterlei
ding;
d. de kosten van beheer en administratie en de
premie voor brandverzekering.
Eventueel batige saldi der exploitatie komen
ten goede van het onder b genoemde fonds.
De Raad behoudt zich echter de bevoegdheid voor
over eenig jaar het batig saldo niet of gedeeltelijk
niet aan het fonds doch aan de gemeentekas ten
goede te laten komen.
De onder a gemelde annuïteit wordt jaarlijks aan
de gemeente uitgekeerd op den datum waarop zij in
gevolge Koninklijk Besluit van 17 Maart 1915, no. 35,
krachtens bepaling van den Minister van Finan
ciën vervalt.
Ten bate van de exploitatie worden gebracht:
a. de huren der woningen;
b. een uitkeering uit de gemeentekas ten be
drage van het nadeelig saldo der exploitatie over
bet laatst afgesloten jaar.
Art. 5.
Uit het in artikel 4b genoemde fonds worden de
138
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1915. tStjl. no.
kosten van onderhoud en herstel der woningen be
streden.
Bij het beëindigen der regeling tussehen de ge
meente en de Woningvereeniging vervalt het fonds
aan de gemeente.
Art. 6.
Deze regeling wordt aangegaan voor onbepaal-
den tijd. Voor het eerst in 1920 zal tussehen de ge
meente en de Woningvereeniging opnieuw over
de voorwaarden moeten worden overeengekomen.
Leeuwarden, 19
De Raad voornoemd
139