Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1915.
niet geschiedt op of in een der laatstgenoemde
plaatsen.
Vollediger is de provinciale regeling waar zij ver
biedt het verkoopen van waren met onjuiste opgave
van haar aard, hoedanigheid of hoeveelheid, het ver
werken van ondeugdelijke grondstoffen voor eet- en
drinkwaren en het verwerken, bewerken of bewa
ren van deze zoodanig dat ze daardoor voor de ge
zondheid schadelijke eigenschappen kunnen ver
krijgen.
Eindelijk is nog opgenomen het voorschrift dat
de veroordeeling wegens overtreding van een der
artikelen der verordening door Burgemeester en
Wethouders gepubliceerd kan worden. Ook deze
bepaling kent onze verordening niet. Als straf
is zij niet opgenomen onder de straffen die de
Gemeentewet op de overtreding van plaatselijke
verordeningen toelaat. Zij is dan ook meermalen, op
bloot wetenschappelijke gronden wel te verstaan,
bestreden (zie o.a. Weekblad voor de Burgerlijke
Administratie nos. 287(1,3015,3034), doch is als voor
schrift van openbare orde door de Kroon gehand
haafd (zie zelfde weekblad no. 3044).
Intusschen is dat alles een zaak van later orde.
Gedeputeerde Staten hebben in hunne toelichting
uitdrukkelijk te kennen gegeven, dat de overgelegde
ontwerp-keuringsverordening slechts als model is
bedoeld, zoodat de toetredende gemeente daaraan
niet in allen deele gebonden is en de mogelijkheid
is opengelaten gemeenten met afwijkende verorde
ningen tot den provincialen keuringsdienst toe te
laten. Deze aangelegenheid komt dus nog nader, de
Commissie voor de strafverordeningen en de Ge
zondheidscommissie gehoord, ter sprake.
In de tweede plaats worde hier het verschil onder
de oogen gezien tusschen de inrichting van den
technischen dienst volgens de provinciale verorde
ning en volgens de Leeuwarder regeling. Deze laat
ste heeft bij de verordening voor den keuringsdienst
van 14 Februari 1911 (gemeenteblad no. 6) de uit
oefening van den keuringsdienst aan een of meer
scheikundigen opgedragen, die zich contractueel tot
de daarmede verband houdende werkzaamheden
hebben verbonden. Zij worden bijgestaan door een
keurmeester. Deze vorm is destijds gekozen, Omdat
een zuiver gemeentelijke dienst met aan het hoofd
een door den Raad benoemden directeur en die uit
geoefend werd in een gemeentelijk laboratorium, te
kostbaar zou zijn geweest en daarom alleen geschikt
voor de grootste gemeenten, die deze zaak dan ook
uitsluitend op dezen voet hebben georganiseerd.
Wij mogen aan de beide ijverige deskundigen
van onzen keuringsdienst den lof niet onthouden
van de hun opgedragen taak met groote kunde en
nauwgezetheid te hebben vervuld. Aan hen en den
keurmeester is het zeker te danken dat de levens
middelenkeuring hier geleidelijk en zonder tegen
werking is ingeburgerd en uitstekende resultaten
voor de volksgezondheid heeft opgeleverd. Niette
min onderschrijven wij, de personen van de tegen-
woordige scheikundigen dus geheel buiten beschou
wing latende, volkomen het oordeel dat dr. Goes-
ter over de te Leeuwarden gevolgde organisatie
velt (blz. 3438 van zijn rapport) en moeten wij
met hem bepaald de voorkeur geven aan een een-
tralen dienst.
De inrichting van den provincialen keurings
dienst is mede op de uiteenzetting van dr. Goester
gebaseerd; het centraal laboratorium, aan welks
hoofd zal worden geplaatst een direeteur-chemikus
met zijn wetensehappelijken staf van chemikus,
bacterioloog en analysten, zal hier ter stede worden
gevestigd, terwijl de buitendienst door een aantal
monsternemer-keurmeesters, die tevens tot gemeen
telijke keurmeesters zullen moeten worden benoemd
(art. 2 II der provinciale verordening), zal worden
uitgeoefend. Een volledig ingerichte keuringsdienst
derhalve, die aan de strengste eischen kan voldoen
op dit eene punt na, dat hij niet zuiver plaatselijk
is*), al wordt dit nadeel voor verreweg het grootste
gedeelte weder opgeheven doordat juist Leeuwar
den het centrum zal vormen. Op nog een ander on
derdeel zij hier gewezen n.l. dit, dat thans nog in
het provinciale schema niets te vinden is omtrent
den omvang der werking van den provincialen
dienst, terwijl wij blijkens het contract met de ge
meentelijke scheikundigen op het nemen van 1600
monsters per jaar kunnen rekenen. Ons blijft
slechts het vertrouwen dat wij in dit opzicht er niet
op zullen achteruitgaan.
De boven uiteengezette voor- en nadeelen van het
laten varen van den plaatselijken en het toetreden
tot den provincialen keuringsdienst tegen elkaar we
gende, meenen wij U ten slotte als onze eindconclu
sie en in overeenstemming met het advies der Ge
zondheidscommissie tot het laatste te moeten raden.
Een overweging is voor ons tevens geweest, dat de
hoofdstad zich aan de medewerking om deze pro
vinciale zaak te helpen doen slagen, die voor haar
door het aannemen van Leeuwarden als het cen
trum van den dienst en door de vestiging alhier
dientengevolge van een wetenschappelijk instituut
nog een bijzondere bekoring moet hebben, niet mag
onttrekken. Zij bevordert daardoor het provinciale
belang, wat mede het hare is als deel van het ge
heel.
A ordt door U aldus besloten, dan zal de gemeen
te, zoodra de provinciale dienst georganiseerd is,
doch dat is nog niet zeker wanneer, onder meer
voor de opheffing komen te staan van het contract
met de scheikundigen van den gemeentelijken
dienst, de heeren Sonnega en de Vogel. Aangezien
deze overeenkomst van jaar tot jaar loopt, kan zij
pas met den 1 Januari eindigen, zoo zij ten minste
o]) den 1 Juli daaraan voorafgaande is opgezegd.
Wij zijn echter zoo gelukkig l* te kunnen mededee-
Dr. Goester wijst op blz. 37 van z\jn rapport (en blz. 13
van het vervolg rapport) op dit nadeel, dat juist ten gevolge
heeft gehad, dat Leeuwarden zich destijds niet bij het door
hem genoemde Rotterdamsche bureau van dr. Verweij heeft
aangesloten.
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1915. Bijl. no. 22
!cn dat genoemde heeren goed hebben gevonden dat
de overeenkomst in dier voege wordt toegepast, dat
zij desgewenscht bij het in werking treden van den
provincialen dienst zal eindigen. Op dat oogenblik
zullen dan de verordeningen die thans den gemeente
lijken dienst betreffen, tevens moeten worden ge
wijzigd of ingetrokken. Dit komt echter nog nader
aan de orde, evenals de vraag in hoeverre het moge
lijk is het thans fungeerend personeel ten behoeve
van den nieuwen dienst te doen overgaan; de wen-
sclielijkheid hiervan zou ter kennis van Gedeputeer
de Staten kunnen worden gebracht.
Voorshands ons voor het overige bepalende tot de
uitspraak, die Gedeputeerde Staten van Uwe Ver
gadering vragen, hebben wij de eer U voor te stel
len te besluiten:
Burgemeester en Wethouders te machtigen
lo. 's Raads bereidverklaring om tot den pro
vincialen keuringsdienst toe te treden op den voet
van het schrijven van Gedeputeerde Staten van 3
Juni 1.1. no. 70, le afdeeling B, ter kennis van dat
college te brengen.
2o. Gedeputeerde Staten voorts te verzoeken
het met de nieuwe regeling daarheen te willen lei
den, dat zooveel mogelijk daarbij van de diensten
van het thans aan den Leeuwarder keuringsdienst
verbonden personeel kan worden gebruik gemaakt.
Leeuwarden, 11 September 1915.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
J. PARIJN, Burgemeester.
M. GOSLINGS, Secretaris.
I s
195
.■7^» t .1 f Y, - ff -y"
'i I
I.
'I 'iilj
I
U:
I'S'