Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1916. op het gewicht van het brood staat het niet anders. In het algemeen moet de wetenschap, dat in een on middellijk aangrenzende bebouwing bepaalde voor ochriften niet kunnen worden ingevoerd, vele ma len het uitvaardigen van dergelijke voorschriften, hoe wenschelrjk overigens ook, tegenhouden. Worden de plannen tot oprichting' van een ge meentelijk slachthuis aan den Sneekertrekweg aan en even over de grens tusschen beide gemeenten werkelijkheid, dan zullen de in verband met de aan wezigheid van een slachthuis in het leven te roepen verordeningen in hare toepassing al even twee slachtig werken als de ovengenoemde. Hierbij komt nog, dat de naast het slachthuis, tus schen de Harlingervaart en den spoorweg naar Stiens gelegen gronden waarschijnlijk niet lang wei land zullen blijven, maar voor fabrieksbouw zullen worden benut. Daar zal dan vanwege Leeuwarde radeel politietoezicht moeten gehouden worden, wat echter niet anders mogelijk is dan door Leeuwarden langs Stationsweg, Zuidersingel en Sneekertrek weg. Doch voor Leeuwarden is een dergelijke, ook uit een pölitie-oogpunt minder gewen.schte toestand reeds aanwezig'. De bevoegdheid der plaatselijke politie eindigt bij de grens in de onmiddellijke nabijheid van de drukste wijken van Leeuwarden, waardoor de uitvoering van haar taak belemmerd wordt. Po- litiegeleide, meegegeven aan ingezetenen van Leeu- wardéradéel uit Hnizum en de Schrans, die zich hier in koffiehuizen hebben verlaat wat nog al eens voorkomt moet aan de grens ophouden. Politietoezicht in de nieuwe arbeiderswijk aan den Hollanderdijk is, nu deze alleen over Leeuwar- deradeelsch grondgebied te bereiken is, slechts be hoorlijk te houden, wanneer het personeel wordt uitgebreid. Dit ware niet noodig, wanneer die wijk aan de bebouwde kom van Leeuwarden onmiddel lijk aansloot. Daarenboven zal het overbrengen naar het politiebureau van iemand, die in die nieu we. buurt gearresteerd wordt, eigenaardige moei lijkheden m ede bre 11 ge n Ten aanzien van de reiniging', de gemeentewer ken, de verlichting, doen zich gelijksoortige bezwa ren gelden. Dat het voor de ingezetenen evenmin een geheci onverschillige zaak is tot welke gemeente zij be lmoren, toont bijvoorbeeld de prijs van het gas. Is deze in Leeuwarden 6 cent per M3., 7 cent voor muntmeters), te Huizum en in de Schrans wordt ongeveer 2.meer betaald. Al zou voor de gas- voorziening aldaar een gemeenschappelijke rege ling met Leeuwarden denkbaar geweest zijn, een rechtstreeksehe levering ware dan nog verre te verkiezen, omdat de exploitatie van het bedrijf (men denke bijvoorbeeld aan het buizennet beter van uit één punt geschiedt. Ook met betrekking tot een juiste verdeeling van kinderen over verschillende scholen staat de tegen woordige grensscheiding eenc behoorlijke regeling in den weg'. Kinderen over de spoorlijn wonende zouden, behoorden de Schrans en Huizum tot Leeu warden, meer in de nabijheid hunner woning ter 21 school kunnen gaan. Hiertegenover staat voor de bewoners dier plaat sen evenwel een voordeel. Zij kunnen o.m. van ver schillende onderwijsinrichtingen alhier gebruik ma ken in gelijke mate als de inwoners van Leeuwar den, ofschoon de offers, welke beide gemeenten zich daarvor getroosten, in grootte nog al verschil len. Zoo legt Leeuwarden aan drie inrichtingen "oor vakonderwijs jaarlijks ten koste: aan de ambachtsschool 801)0. aan de middelbare technische school 750U. aan de industrieschool 209U. 17509. terwijl Leeuwarderadeel, naar wij meenen, alleen voor de ambachtsschool 10.voor iederen leer ling, tot ten hoogste 500.'sjaars, bijdraagt. Voor toelating op de middelbare school voor meis jes wordt door ingezetenen van Leeuwarderadeel het hoogste schoolgeld, 100.per jaar en per leerling, betaald. Toch legt onze gemeente hierop nog circa 245.per leerling toe. Nog in meerdere opzichten genieten de bewoners van de Schrans en Huizum van de lusten, welke i.eenwarden biedt, zonder in de lasten naar even- icdigheid bij te dragen. En al moge de belasting druk nu in beide gemeenten wellicht gelijk zijn, in de toekomst zal ook dit verandering ondergaan. De uitgaven van een stad als Leeuwarden nemen door de grootere eischen, die handel en nijverheid stel len, door allerlei bijdragen, door sociale instellingen, in sterkere mate toe dan in Leeuwarderadeel is ie verwachten, en die hoogere uitgaven zullen, als in zoovele andere steden, alleen door belastingverhoo ging te bestrijden zijn. De tegenwoordige zuidgrens dient dus voor Leeuwarden noodwendig verlegd te worden. Zij werkt op velerlei gebied belemmerend. Door ge- biek aan ruimte in het zuiden is voor deze gemeen te naar dien kant ook al geen behoorlijk uitbrei dingsplan te maken. Door die overweging geleid en om de totstand koming van eene grenswijziging te vergemakkelij- ken, zijn wij begonnen Burgemeester en Wethouders van Leeuwarderadeel te wijzen op de gronden, wel ke naar onze meening voor die wijziging pleiten en hen uit te noodigen ons hun gevoelen daarover medé te déelen. Dezen hebben hieraan geen gevolg gegeven, zoodat wij, na ontvangst van een weige rend antwoord hunnerzijds, gemeend hebben dat het oogenblik gekomen was om een uitspraak ter zake van den Raad uit te lokken. Van het daartoe strekkend voorstel en de daarachter afgedrukte briefwisseling, hiervoor bedoeld, opgenomen in bij lage no. tot het verslag van 's Raads handelin gen, 1915, sluiten wij bij dezen een exemplaar in. Onze beweegredenen zijn daarin op sommige pun ten meer uitvoerig uiteengezet. De gemeenteraad verklaarde zich in zijne verga dering van 9 Februari 1.1. vóór eene wijziging van de zuidelijke grens dezer gemeente en machtigde ons ter zake de noodige stappen bij l'w College te doen. Bovendien werd in die vergadering de wen- Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1916. Bijl. no. 30. schelijkheid betoogd van deze gelegenheid' gebruik te maken thans te trachten ook aan den noordoost kant der stad eene verlegging van de grens te ver krijgen, die hoewel minder dringend als aan de zuidzijde, toch in het belang van eene richtige stads uitbreiding te dier plaatse zou zijn. De grens snijdt daar op een drietal punten den Groningerstraat weg, wat o.a. ten aanzien van de bebouwing reden tot minder gewenschte toestanden kan geven. Het is daar reeds voorgekomen, dat een fabriek, voor welker oprichting wij niet de medewerking meen den te mogen verleenen, zooals die gevraagd was, even voorbij de grens werd opgetrokken en in wer king gebracht. Deze en soortgelijke moeilijkheden zullen in de toekomst kunnen worden vermeden als de grens al daar zoo wordt verlegd, dat althans tot het Oude Tolhuis de straatweg geheel binnen de gemeente komt te liggen. De bovenvermelde redenen geven ons vrijheid, om gevolg te geven aan 's Raads machtiging en l'w ollege beleefd en met aandrang te verzoeken de noodige stappen te willen doen om tot een grenswij ziging tusschen Leeuwarderadeel en deze gemeente ie geraken. Waar de Raad gemeend heeft zich niet nader te moeten uitspreken omtrent den omvang v,an de grenswijziging aan den noordoostkant van de stad, heeft hij met betrekking tot de verlegging van Leeuwardeu's zuidelijke grens meer bepaald als zijn verlangen uitgesproken, dat het in dier voege zou geschieden, dat het noordelijk gedeelte van Zuid-Leemvarderadeel, dat ten noorden begrensd wordt door Leeuwarden, ten westen door Menaldu- madeel, ten zuiden door de voormalige dorpsgrens van Huizum, zooals is aangegeven op de in 1847 bij Eekhoff te Leeuwarden uitgegeven kaart van de 1 opografische atlas van Friesland loopende van den Sneekertrekweg in oostelijke richting tot den Iverijsselschen straatweg en van daar tot het Lang- deel bij Altenburg), en ten oosten door Tietjerkste- ladeel, met de gemeente Leeuwarden wordt veree- nigd. Daartoe hebben wij de eer bij dezen ('we mede werking in te roepen. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden J. PAT1JN, Burgemeester. M. GOSLINGS, Secretaris. Litt. D. Brief ran Gedeputeerde Staten. No. 92. 2e Afdeeling. 1 Bijlage. Leeuwarden, 60 September 1945. Bij l.'we missive van 25 Februari 1915, no. 27R/241, werd ingevolge machtiging van den Gemeenteraad tot ons liet verzoek gericht, de noodige stappen te doen om te geraken tot eene grenswijziging tus schen Leeuwarderadeel en Uwe gemeente in dier voege, dat het noordelijk deel van Zuid-Leeuwarde- radeel dat ten Noorden begrensd wordt door Leeu warden, ten westen door Menaldumadee!, ten Zui den door de voormalige dorpsgrens van Huizum, zooals is aangegeven op de in 1847 bij Eekhoff te Leeuwarden uitgegeven kaart van de topografische atlas van Friesland (loopende van den Sneeker trekweg in oostelijke richting tot den Overijssel- schen straatweg en van daar tot het Langdeel bij Altenburg en ten Oosten door Tietjerksteradeel, met de gemeente Leeuwarden wordt vereenigd. Van het Gemeentebestuur van Leeuwarderadeel ontvingen wij een schrijven dd. 8 April j.l., waar van het ontwerp door den Raad dier Gemeente was behandeld en goedgekeurd, en waarbij wordt te ken nen gegeven, dat Leeuwarderadeel geen belang iieeft bij grenswijziging en deze gemeente bij an nexatie van Huizum bij Leeuwarden economisch en Aan Heeren Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden. geografisch zeer zou achteruitgaan, terwijl de wensch wordt uitgesproken dat door ons niet op het verzoek zal worden ingegaan voor zoover betreft annexatie van Huizum. Van dit schrijven doen wij U hierbij een afschrift toekomen. Ingevolge art. 129 der Gemeentewet worden de wijze en voorwaarden eener nieuwe grensrege ling als door U gewenscht, door ons College ontwor pen, nadat Burgemeester en Wethouders der be trokken gemeenten zijn gehoord. Omtrent de voor waarden waarop eene eventueele grensverandering zou zijn te ontwerpen, hebben wij de beide besturen niet gehoord, maar aangaande de wijze waarop de nieuwe grensregeling zou kunnen plaats hebben en de wenschelijkheid der verandering, kennen wij hun gevoelen uit de beide missives, en dan blijkt dat overeenstemming tusschen de beide partijen ver te zoeken is. Bij gebleken overeenstemming zou de vraag die wij ons in de eerste plaats te stellen hebben of n.l. de voor grenswijziging aangevoerde ïedenen inderdaad een ingrijpen in een toestand, die het product is eener historische ontwikkeling, wettigen, en een betere toestand met stelligheid kan worden verwacht, vrij gemakkelijk te beant woorden zijn. Nu echter de denkbeelden van den Raad van Leeuwarderadeel lijnrecht staan tegen over die van den Leeuwarder Raad en er van over eenstemming geen sprake is, hebben wij te onder zoeken, of de door Uwe gemeente verlangde grens wijziging in die mate noodzakelijk en in het alge meen belang moet worden geacht, dat de bezwaren van Leeuwarderadeel daartegenover hun beteeke- nis verliezen. Waar onze wetgeving zich geheel ont houdt van aanwijzingen in verband met de vraag naar de gronden, waarop tot grensverandering tus schen gemeenten kan worden overgegaan, zijn wij

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1916 | | pagina 108