Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1916.
BESTAANDE REDACTIE.
Art. 9.
De jaarlijksche bezoldiging bedraagt:
van den marktmeester700,
welk bedrag na 5 jaren dienst door Burgemees
ter en Wethouders kan worden gebracht op 750,
en na 10 jaren dienst op 800,
van de gaarders150,
schrijvers150,- -
De loonen van het personeel, bedoeld bij art. 1
lett. d, worden door Burgemeester en Wethouders
vastgesteld.
de VERORDENING regelende het gebruik
van de Veemarkt (gemeenteblad 1916
no. 17) te wijzigen als volgt:
I.
Het Ie lid van artikel 9 wordt gelezen:
De jaarlijksche bezoldiging bedraagt:
van den marktmeester 700,tot 800,—
de gaarders 150,—
schrijvers 150,—
Het juiste bedrag van de bezoldiging van den
marktmeester wordt door Burgemeester en Wet
houders bepaald, met dien verstande, dat voorzoo
ver de ijver, toewijding en geschiktheid van den
ambtenaar niet te wenschen overlaten, telkens na 5
jaar diensttijd verhooging van wedde plaats vindt
van 50,—,
terwijl, naar aanleiding van de vernummering der
artikelen krachtens raadsbesluit van 28 Maart
1916, in het 2e (nieuw 3e) lid in plaats van: „be
doeld bij art. 1 lett. d" wordt gelezen: „bedoeld bij
art. 2 lett. d".
II.
Overgangs- en slotbepaling.
De wijziging van art. 9 treedt in werking den
1 Januari 1917. Ten aanzien van den op dien datum
in functie zjjnden marktmeester wordt deze wijzi
ging geacht bij zijn aanstelling als zoodanig ge
golden te hebben.
1) Thans artikel 2.
Leeeuwarden, 19
De Raad voornoemd,
ONTWERP XII.
BESTAANDE REDACTIE.
Art. 5, le en 2e lid.
De beursmeester geniet eene bezoldiging van
300,'s jaars.
Deze bezoldiging kan bij gebleken ijver en ge
schiktheid na 5 jaren dienst met 50,en na tien
jaren dienst nogmaals met 50,worden ver
hoogd.
De Raad der gemeente Leeuwarden;
gezien het voorstel van Burgemeester en Wet
houders;
besluit:
de VERORDENING regelende het gebruik
van de Beurs (gemeenteblad 1905
no. 41) te wijzigen als volgt:
I.
De eerste twee leden van art. 5 worden gelezen
als volgt:
De beursmeester geniet eene bezoldiging van
300,tot 400,'s jaars.
Het juiste bedrag van de bezoldiging wordt door
Burgemeester en Wethouders bepaald met dien
verstande, dat voor zoover de ijver, toewijding en
geschiktheid van den ambtenaar niet te wenschen
overlaten, telkens na 3 jaar diensttijd verhooging
van wedde plaats vindt van 50,
290
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1916. Bijlno. 39.
ii.
Slotbepaling.
De wijziging van artikel 5 treedt in werking den
I Januari 1917.
Leeuwarden, 19
De Raad voornoemd,
291