Bijlage no. 9.
Bijl. no.
Bijlage tot liet verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1916.
Art. 12.
De belooning van hen, die krachtens artikel 33
der wet tot regeling van het lager onderwijs de
betrekking van onderwijzer van bijstand tijdelijk
waarnemen, wordt berekend:
I. aan de scholen der eerste, der tweede, tiet-
derde en der vierde klasse (behoudens het, wat de
scholen der vierde klasse betreft, onder 11 bepaal
de), naar 500,per jaar voor hen die minder, en
600.per jaar voor hen die meer dan twee jaren
praktisch bij het lager onderwijs zijn werkzaam ge
weest;
II. aan de scholen der vierde klasse, voor zoover
de onderwijzers zijn aangesteld als klasse-onder
wijzers voor de hoogste drie leerjaren met opleiding
voor het einddiploma, naar 950.per jaar voor
hen, die minder en naar 1050.per jaar voor hen,
die meer dan vier jaren praktisch bij het onderwijs
zijn werkzaam geweest.
Zij die langer dan twee jaren achtereen aan een
der scholen der eerste, der tweede, der derde of der
vierde klasse werkzaam zijn, worden beloond over
eenkomstig- het bepaalde bij de artikelen 3, 4 en 5.
111.
In artikel 12 wordt:
a. na 1 van het eerste lid een nieuwe zinsnede
ingelaseht, luidende als volgt:
Zij, die langer dan twee jaren achtereen aan een
of meer der scholen van de eerste, tweede, derde of
vierde klasse (behoudens het, wat de scholen dei-
vierde klasse betreft, onder 11 bepaalde) werkzaam
zijn, worden beloond overeenkomstig het bepaalde
bij de artikelen 3, 4 en 5;
b. in de plaats van het laatste lid het volgende
gelezen
Zij, die langer dan twee jaren achtereen aan een
of meer der scholen van de vierde klasse in de
hoogste drie leerjaren met opleiding voor het eind
diploma werkzaam zijn, worden beloond overeen
komstig het bepaalde bij de artikelen 3, 4 en 5.
e. als nieuw laatste lid het volgende toegevoegd:
Op de in flit artikel bedoelde onderwijzers, voor
zoover zij langer dan twee jaren achtereen als zoo
danig in dienst der gemeente zijn, is het bepaalde
bij artikel 11 tijdens den duur van hun loopende
aanstelling, doch in geen geval langer dan voor het
loopende schooljaar van toepassing.
I). te bepalen, dat deze wijzigingen in werking
treden den 1 April 1916.
Leeuwarden, den 19
De Raad voornoemd
128
Bijlage tot liet verslag (lor handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1916.
VASTSTELLING van eene nieuwe verorde
ning op de keuring van levensmid
delen en intrekking der verordening
betreffende den keuringsdienst bijl.
no. 22 van 1915).
Aan den •r.meentci aait.
l'w besluit van 28 September des vorigen jaars,
houdende toetreding tot den provincialen keurings
dienst, moet eeiie wijziging ten gevolge hebben van
de strafbepalingen op het stuk van de keuring van
levensmiddelen, thans alhier geldende en neerge
legd in de verordening op eet- en drinkwaren en ge
bruiksartikelen gemeenteblad 1915 no. 3h lu het
voorstel van 11 September 1915 van Burgemeester en
Wethouders is reeds medegedeeld dat Gedeputeer
de Staten bij de stukken, die zij ter zake den Raad
aanboden, een model-keuringsverordening hebben
gevoegd, die ten behoeve van den provincialen
dienst zou kunnen worden gebezigd, al behoefden
aanvullingen en wijzigingen in verband met
plaatselijke toestanden en omstandigheden niet
uitgesloten te zijn. Voor een goede werking-
van den dienst zou echter eenvormigheid zoo
veel mogelijk in de strafverordeningen der onder
scheidene aangesloten gemeenten van nut zijn. De
voorname geschilpunten tusschen de gemeentelijke
regeling en de provinciale ontwerp-verordening-
stelden Burgemeester en Wethouders in hun even
genoemd voorstel in het licht. Men dadelijke beslis
sing werd van Uwe Vergadering toen evenwel niet
gevraagd, omdat de totstandkoming van den dienst
eerst moest vaststaan, terwijl ook onze commissie
t il de Gezondheidscommissie over de nieuwe straf
bepalingen haar oordeel nog niet hadden doen ken
nen.
Het ontwerp heeft thans, nu blijkens mededee-
ling van Gedeputeerde Staten circulaire no. 12S
van 1915) de totstandkoming van den provincialen
keuringsdienst verzekerd is. in onze commissie een
punt van bespreking uitgemaakt. Het bovenge
schetste voordeel van uniformiteit der verordenin
gen van de aangesloten gemeenten, waarmede de
dienst heeft te werken, woog voldoende zwaar om
onze commissie er toe te brengen 1' te adviseeren
de ontwerp-verordening van Gedeputeerde Staten
in het algemeen over te nemen. Wij zouden liet
echter een verslechtering hebben geacht, indien
weder werd afgeschaft de regeling ten aanzien van
de aanduiding op kannen, vaten enz., of de inhoud
volle of afgeroomde koemelk bevat: van de etiket-
teering en sluiting van flesschen met gepasteuri
seerde en kindermelk; en van het vervoer van melk
in open vaatwerk, welke punten bij de laatste her
ziening der verordening bij Uw besluit van den 5en
Januari 19.15 waren opgenomen. Wat wij eindelijk
bepaald iu het provinciale ontwerp misten, was liet
voorschrift van het tweede lid van artikel 3 dei-
Leeuwarder verordening, dat den eigenaar schade
loos stelt voor nadeel door de daad der keuring ge
leden. Aldus aangevuld konden wij er ons mede ver
eenigen dat de verordening, zooals zij als voorbeeld
door Gedeputeerde Staten bij de stukken was over
gelegd, de plaats zou innemen van de plaatselijke
verordening op eet- en drinkwaren en gebruiksarti
kelen, behoudens mogelijke door de Gezondheids
commissie nog in overweging te geven wenken.
De voorzitter kan hierbij nog aanteekenen, dat
van deze laatste, onder dagteekening van 26 dezer,
het schrijven is ontvangen, waarbij met de boven-
a an gegeven denkbeelden algeheele instemming
wordt betuigd.
Op grond van een en ander wordt I dus voorge
steld te besluiten tot vaststelling eener verordening-
op de keuring van levensmiddelen en andere waren
volgens het hierbij gaand ontwei*]).
Leeuwarden, 6/26 Januari 1916.
De Commissie roor het Ontwerpen
ran Strafverordeningen,
l)e Voorzitter,
J. PATIJN.
Aan den Gemeenteraad.
In aansluiting aan het bovenstaande, ons dooi
den voorzitter medegedeelde, voorstel der commis
sie voor het ontwerpen van Strafverordeningen,
hebben wij de eer 1' voor te stellen te besluiten met
ingang van een nader door ons college te bepalen
tijdstip:
a. in te trekken de verordening betreffende den
keuringsdienst voor eet- en drinkwaren en ge
bruiksartikelen in de gemeente Leeuwarden;
b. te doen eindigen de loopende overeenkomst met
de scheikundigen van den keuringsdienst, waarbij
zij zich tot het verrichten der tot dien dienst betrek
kelijke werkzaamheden hebben verbonden.
Leeuwarden, 28 Januari 1916.
Burgemeester en Wethouders ran Leeuwarden.
J. PATIJN, Burgemeester.
M. GOSLINGS. Secretaris
129