Bijlage no. 36.
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1917.
BESTAANDE REDACTIE.
Artikel -4.
Het schoolgeld1, tot de bedragen in de vorige
artikelen vermeld, is verschuldigd voor de leer
lingen die op 1 Januari tot de school behooren.
Voor hen, die in den loop van het jaar worden
toegelaten, is, met inachtneming van de voorgaan
de bepalingen, een evenredig bedrag verschuldigd,
berekend over volle maanden, met inbegrip van de
maand, waarin de leerling voor het eerst de school
bezoekt.
Artikel 6.
Ontheffing of teruggave van schoolgeld wordt
door Burgemeester en Wethouders verleend:
a. bij overlijden van den leerling of door vertrek
naar elders, op schriftelijke aanvraag van de be
langhebbenden.
b. bij het verlaten der school wegens liet eindi
gen van den leertijd, ambtshalve of op aanvraag
van de belanghebbenden.
De aanvragen om ontheffing of teruggave moe
ten zijn ingediend binnen twee maanden na het
overlijden van den leerling of het verlaten der
school.
a. de verordening tot het heffen van schoolgel
den voor het onderwijs aan de gemeentelijke be
waarscholen, vastgesteld Dij raadsbesluit van den
26 Juli 1898 (Gemeenteblad no. 15 van dat jaar),
te wijzigen als volgt:
I.
Aan artikel 4 wordt toegevoegd een nieuw lid,
luidende:
Het afwijking van het in het vorige lid bepaalde,
is voor hen, die reeds vroeger de school bezochten
en in den loop van het jaar opnieuw worden toe
gelaten, voor zoover het verlaten der school niet
het gevolg is van vertrek naar elders, het school
geld verschuldigd van 1 Januari van het loopende
jaar af.
II.
Artikel 6 wordt gelezen als volgt:
Ontheffing of teruggave van schoolgeld wordt
door Burgemeester en Wethouders verleend bij
overlijden van den leerling of door vertrek naar
elders, zoomede bij het verlaten der school wegens
het eindigen van den leertijd.
b. te bepalen dat deze wijziging in werking-
treedt den 1 Januari 1918.
Leeuwarden, den 19
De Raad voornoemd,
266
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden 1917. Bijlno. 36.
WIJZIGING der verordening tot het heffen
van schoolgeld voor het onderwijs
aan de middelbare avondhandels
school (gem. blad no. 9 van 1916.)
Aan den Gemeenteraad.
In de praktijk is gebleken dat de verordening tot
het heffen van schoolgeld voor het onderwijs aan
de middelbare avondhandelsschool (Gemeenteblad
no. 9 van 1916) een leemte bevat. Volgens artikel
7 dier verordening wordt ontheffing of teruggave
van schoolgeld verleend bij overlijden van den leer
ling, wanneer deze de school verlaat wegens ver
trek naar elders, zoomede wanneer een leerling in
den loop van het jaar meer dan 30 achtereenvol
gende dagen wegens ziekte de school niet heeft
kunnen bezoeken. Ten aanzien van leerlingen, die
de school verlaten tengevolge van het eindigen van
den leertijd (op 15 Juni), kan derhalve geen ont
heffing of teruggave van den, over een vol jaar
opgelegden, aanslag worden verleend. Blijkbaar is
met dezen factor bij de vaststelling van de veror
dening geen rekening gehouden. De billijkheid
eischt dat niet alleen de verordening op dit punt
wordt aangevuld, doch dat tevens aan de school-
geldplichtigen, die tengevolge van gemelde leemte
geene ontheffing of teruggave van schoolgeld over
de kalenderjaren 1916 en 1917 hebben kunnen krij
gen, deze alsnog wordt verleend. Overeenkomstig
bet bepaalde in het nieuw voorgestelde artikel 8, is
in het onderhavige geval een schoolgeld verschul
digd over 6 maanden, zoodat de ontheffing of te
ruggave 4/10 gedeelten van den aanslag over een
vol jaar zou bedragen.
Nu toch de verordening eene wijziging zal moe
ten ondergaan, achten wij het wenseheljjk dat daar
in tevens eene bepaling wordt opgenomen, strek
kende om ook ontheffing of teruggave van school
geld te verleenen in het geval dat leerlingen om
andere oorzaken dan overlijden, vertrek naar elders
of het eindigen van den leertijd, de school verlaten
in de eerste helft van het kalenderjaar. Zooals de
verordening nu luidt, moet voor de hierbedoelde
leerlingen het schoolgeld worden betaald tot het
einde van het kalenderjaar. Naar onze meening
brengt de billijkheid mede dat in gevallen als hier
aangegeven het schoolgeld niet verder in rekening-
wordt gebracht dan tot het einde van het loopende
schooljaar. Eene bepaling van dezelfde strekking-
komt ook voor in de verordening tot het heffen van
schoolgeld voor het onderwijs aan het gymnasium.
Het bedrag der ontheffing zal moeten worden be
paald op 4/10 gedeelten van den aanslag over een
vol jaar.
Door het aanbrengen van de boven omschreven
wijzigingen zal de opbrengst der schoolgelden
eenigszins lager worden.
Wij hebben de eer U voor te stellen te besluiten
overeenkomstig het hieronder afgedrukte ontwerp.
Leeuwarden, den 26 October 1917.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
J. PAT1JN, Burgemeester.
M. GOSLINGS, 'Secretaris.
ONTWERP
BESTAANDE REDACTIE.
Artikel 7.
Ontheffing of teruggave van schoolgeld wordt
door Burgemeester en Wethouders verleend:
lo. op aanvraag of ambtshalve:
bij overlijden van den leerling;
wanneer deze de school verlaat wegens vertrek
naar elders;
2o. op aanvraag van den schoolgeldpliohtige
De Raad der gemeente Leeuwarden;
overwegende dat het wenschelijk is de verorde
ning tot het heffen van schoolgeld voor het onder
wijs aan de middelbare avondhandelsschool, vast
gesteld bij raadsbesluit van den 7 September 1915
(Gemeenteblad no. 9 van 1916), te herzien;
gelet op het voorstel van Burgemeester en Wet
houders
besluit:
A. a. de verordening tot het heffen van school
geld voor liet onderwijs aan de middelbare avond
handelsschool, vastgesteld bij raadsbesluit van den
7 September 1915 (Gemeenteblad no. 9 van 1916),
te wijzigen als volgt:
I.
In artikel 7 wordt sub lo. gelezen als volgt:
lo. a. bij overlijden van den leerling;
b. wanneer deze de school verlaat wegens het
eindigen van den leertijd of door vertrek naar
elders
267