f.
f
f
f
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1917.
15. Zijt gij of Uwe echtgenoote eigenaar van onroe
rende goederen buiten deze gemeente
Zoo ja, in welke gemeenten zijn die goederen
gelegen
obligatiën
II.
16. Hoeveel bedragen Uwe inkomsten:*
I. O. aan huren, pachten en andere inkomsten uit onroerende goederen?
vermoedelijke huurwaarde van eigen woning, buitenplaats, stal enz
bij U in gebruik?
renten van hypothecaire vorderingen
renten, dividenden en andere inkomsten u>t effecten
schuld vorderingen, aandeelen in coöperatieve vereenigingen, enz.
belooningen voor tijdelijke diensten
bezoldigingen, tractementen, salarissen
toelagen
pensioenen, wachtgelden, lijf- en andere renten, jaarlijksche uit
keeringen uit weduwenfondsen
jaarlijksche uitkeeringen wegens levensverzekering en dergelijke
overeenkomsten of uit anderen hoofde
uitkeeringen genoten van bloed- of aanverwanten
berekende voordeelen, die niet in geld worden genoten, als vrije
woning, vrije kost, kleeding en dergelijke?
zuivere winsten en voordeelen uit beroepen, bedrijven en neringen
emolumenten van ambten en betrekkingen
inkomsten uit tantièmes euz.
werkloonen en daghuren
alle andere wisselvallige inkomsten
b.
c.
cl.
e.
a.
b.
c.
e.
III.
Totaal
17.
De inkomsten enz. onder I worden gesteld op het bedrag van de
opbrengst over het laatst verloopen kalender- of boekjaar, of, zoo het
genot minder dan 1 jaar geduurd heeft, naar het vermoedelijk bedrag
der inkomsten; die sub. II op hun jaarlijksch bedrag bij den aanvang van
het belastingjaar, of bij lateren aanvang van belastingplichtigheid op het
tijdstip van dien aanvang; die sub. Ill op het gemiddelde over de drie laatst
voorafgaande jaren, of, zoo deze maatstaf wegens korteren duur van het
genot der inkomsten niet kan worden toegepast, indien het genot langer
dan 1 jaar geduurd heeft, naar het gemiddelde van den duur van het
genot of, indien het genot korter dan 1 jaar geduurd heeft, naar het
vermoedelijk bedrag der inkomsten.**
Welke bedragen moeten van de onder 16 vermelde
inkomsten worden afgetrokken
a. aan verschuldigde renten van opgenomen kapitalen?
b. grondbelasting, daaronder de opcenten be
gapen
c. polder-, waterschaps- en dergelijke lasten
op de onroerende goederen rustende
d. kosten van gewoon onderhoud en brandassu-
rantie van gebouwde eigendommen, tot
hoogstens 15% van de bruto-opbrengst
(D.i. bij eigen woning de vermoedelijke
huurwaarde.) Voor boerderijen in eigen
gebruik of gelijktijdig verhuurd met lande
rijen kan worden afgetrokken 50.
indien de grootte van het land méér is
dan 5 doch minder dan 10 H. A.
ƒ100.voor 10 doch minder dan 20 II.A.
150.— 20 30
200.- 30 40
250. 40 50
300.50 H.A. of meer.
e. kosten der waterleiding voor verhuurde
perceelen, die ten laste van den eigenaar
komen
Over te brengen
*1 Art. 6 der verordening tot het heffen van eene plaatselijke directe belasting naar het inkomen luidt:
Onder het inkomen, waarnaar de klassificatie geschiedt, is bij hoofden van echtvereenigingen begrepen het inkomen
der huwelijksgemeenschap en ook het eigen inkomen der vrouw, tenzij scheiding van goederen heeft plaats gehad.
Zij, die door latere afsluiting van hunne boeken, vóór de terughaling van dit biljet vraag 16111a niet kunnen
invullen, kunnen het biljet, overigens ingevuld, aan den beschrijver medegeven of terugbezorgen ten kantore van den
controleur der belasting, een en ander gelijk aan het hoofd van het beschrijvingsbiljet is omschreven, mits de niet ingevulde
cijfers worden opgegeven zoodra die bekend zijn. Uiterlijk BI Maart 19
310
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1917. Bijl. no. 43.
Overgebracht
f. bureaukosten en andere noodzakelijke uitga
ven verbonden aan de betrekking, begre
pen onder de onder 16 vermelde bezoldi
gingen c.a.?
g. verplichte bijdragen, ingehouden ter beko
ming van eigen pensioen en weduwen-
en weezenpensioen
h. premiën voor levensverzekering, voor pen
sioen, of voor lijfrenten
(ten hoogste 8% van het totaal zuiver
inkomen, doch met inbegrip van de onder
h vermelde bijdragen niet meer dan ƒ200.
i. krachtens wet, testamentaire bepaling of bij
vonnis verschuldigde lijfrenten en perio
dieke uitkeeringen, onafhankelijk van den
wil van den belastingplichtige
periodieke uitkeeringen of giften aan niet
met den belastingplichtige samenwonende
meerderjarige bloedverwanten of aange-
huwden in de rechte lijn
k. uitgaven ten behoeve van de echtgenoote
of kinderen, ten laste zijnde van den
belastingplichtige, die wegens krankzinnig
heid of ten gevolge eener chronische ziekte
buiten het gezin van den belastingplich
tige verpleegd worden
(De onder j en k te vermelden sommen
mogen niet meer bedragen dan ƒ2000.
voor eiken begiftigde).
18. Hebt gij bij de berekening van Uw inkomen
ook rekening gehouden met aan U bekende
bijzondere omstandigheden, die vermeerdering
of vermindering Uwer inkomsten in het jaar
der heffing tengevolge hebben
Zoo ja, welke zijn die omstandigheden?
19. Hebt gij nog verdere inlichtingen over Uwe
inkomsten te geven
Zoo ja, welke
Aldus naar waarheid beantwoord door mij, ondergeteekende, te Leeuwarden, den
311