BESCHRIJVINGSBILJET
Uitgereikt den Model B.
voor de plaatselijke directe belasting naar het inkomen.
M.
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1917.
Gemeente Leeuwarden. Dienstjaar
No. 19
Ieder, aan wien een beschrijvingsbiljet is toegezonden, is gehouden op dat biljet de daarin gestelde
vragen volledig en nauwkeurig te beantwoorden en deze antwoorden met zijne gewone handteekening
te bekrachtigen; eene verwijzing naar vorige aangiften is niet geoorloofd. Wordt eene wijziging in
het bedrag der inkomsten bekend binnen drie maanden na den aanvang der belastingplichtigheid, dan
moet daarvan door of namens den belastingplichtige schriftelijk opgave worden gedaan ten kantore van
den controleur der belasting, uiterlijk binnen 8 dagen na het bekend worden van zoodanige wijziging.
Indien iemand verklaart, niet te kunnen schrijven, geschiedt de invulling van het biljet behoudens
eigen verantwoordelijkheid, met vermelding der redenen kosteloos door een ambtenaar der gemeente
belastingen, die na voorlezing, namens dengene, aan wien het biljet is uitgereikt, het biljet onderteekent.
De ambtenaren der gemeentebelastingen zijn gehouden op aanvraag de belastingplichtigen kosteloos behulp
zaam te zijn bij het invullen der beschrijvingsbiljetten.
Ieder, aan wien een biljet is toegezonden, is verplicht het binnen tien dagen ten kantore van den
controleur dezer belasting terug te zenden. Uitstel kan door dien ambtenaar, op een daartoe gedaan
schriftelijk verzoek, behelzende de redenen waarom aan het voorschrift van dit artikel niet kan worden
voldaan, worden verleend.
Overtreding van deze bepaling wordt gestraft op de wijze, bepaald in artikel 271 der Gemeentewet.
1. Welke zijn Uw namen en voornamen?
(indien de aangeefster weduwe is, ook eigen
naam. Voluit geschreven).
2. Indien gij gehuwd zijt, welke zijn de naam en
voornamen Uwer vrouw?
3a. Hoe groot is het aantal Uwer inwonende eigen,
aangehuwde of kleinkinderen of pupillen, die
niet zelfstandig in deze belasting moeten worden
aangeslagen en op den len Januari den vollen
ouderdom van 16 jaar niet hebben bereikt, of
wegens voortdurende lichaams- of zielsgebreken
niet in staat zijn in hun onderhoud te voorzien
b. Hebt gij te Uwen laste komende inwonende
hulpbehoevende bloed- of aanverwanten
Zoo ja, welke zijn hun naam en voornamen?
(voluit geschreven).
a.
b.
4. Welk perceel of perceelsgedeelte wordt door U
bewoond
Is het perceel Uw eigendom of eigendom Uwer
echtgenoote?
Zoo neen, hoeveel bedraagt de werkelijke huur,
die gij betaalt?
5. Welk beroep, bedrijf, of welke onderneming-
oefent gij uit?
Welk ambt of welke bediening of betrekking
wordt door U bekleed
6. Indien gij onder eene firma handelt, welke is
haar naam?
312
Bijlage tot het vers'ag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1917. Bijl. no. 43.
7. Welke ambten of betrekkingen hebt gij vroeger
bekleed, tengevolge waarvan gij toelage, pen
sioen of wachtgeld geniet?
8. Indien gij bij anderen werkzaam zijt, in wiens
of wier dienst zijt gij?
9. Zijt gij of Uwe eclitgenoote ook medegerechtigd
tot een nog onverdeelden boedel?
Zoo ja, tot welken?
10. Zijt gij of U we eclitgenoote eigenaaf van onroe
rende goederen buiten deze gemeente?
Zoo ja, in welke gemeente zijn die goederen
gelegen
11. Hoeveel bedragen Uwe inkomsten:*
I. a. aan huren, pachten en andere inkomsten uit onroerende goederen?
b. vermoedelijke huurwaarde van eigen woning, buitenplaats, stal enz
bij U in gebruik?
c. renten van hypothecaire vorderingen
d. renten, dividenden en andere inkomsten uit effecten, obligatiën
schuldvorderingen, aandeelen in coöperatieve vereenigingen, enz.
e. belooningen voor tijdelijke diensten?
II. a. bezoldigingen, tractementen, salarissen?
b. toelagen?
pensioenen, wachtgelden, lijf- en andere renten, jaarlijksche uit
keeringen uit weduwenfondsen?
jaarlijksche uitkeeringen wegens levensverzekering en dergelijke
overeenkomsten of uit anderen hoofde?
uitkeeringen genoten van bloed- of aanverwanten
berekende voordeelen, die niet in geld worden genoten, als vrije
woning, vrije kost, kleeding en dergelijke?
III. a. zuivere winsten en voordeelen uit beroepen, bedrijven en neringen
b. emolumenten van ambten en betrekkingen?
c. inkomsten uit tantièmes enz.?
d. werkloonen en daghuren?
e. alle andere wisselvallige inkomsten?
c.
e.
Totaal
De inkomsten enz. onder I wmrden gesteld op het bedrag van de
opbrengst over het laatst verloopen kalender- of boekjaar, of, zoo het
genot minder dan 1 jaar geduurd heeft, naar het vermoedelijk bedrag
der inkomsten; die sub. II op hun jaarlijkseh bedrag bij den aanvang
van het belastingjaar, of bij lateren aanvang van belastingplichtigheid
op het tijdstip van dien aanvang; die sub. III op het gemiddelde over
de drie laatst voorafgaande jaren, of, zoo deze maatstaf wegens korteren
duur van het genot der inkomsten niet kan worden toegepast, indien
het genot langer dan 1 jaar geduurd heeft, naar het gemiddelde van
den duur van het genot of, indien het genot korter dan 1 jaar geduurd
heeft, naar het vermoedelijk bedrag der inkomsten.
Over te brengen f
Art. 6 der verordening tot het heffen van eene plaatselijke directe belasting naar het inkomen luidt:
Onder het inkomen, waarnaar de klassificatie geschiedt, is bij hoofden van echtvereenigingen begrepen het inkomen
der huwelijksgemeenschap en ook het eigen inkomen der vrouw, tenzij scheiding van goederen heeft plaats gehad.
313
