Bijlage no. 46.
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1919.
Art. 1.
ongewijzigd, behalve dat het woord „invordering" in
het eerste lid is vervangen door „inning."
Art. 2.
(ongewijzigd).
Art. 3.
(ongewijzigd).
Art. 4.
(ongewijzigd).
B. VERORDENING op de invordering
van markt- en weeggelden voor
het gebruik van de veemarkt
en van de daarop geplaatste
weegtoestellen.
Art. 1.
De inning van het markt- en weeggeld geschiedt
bij wijze van gadering.
De gaarders worden door burgemeester en wet
houders benoemd. Dezen voorzien hen van eene in
structie, waarin mede wordt bepaald de wijze van
verantwoording der door hen geïnde gelden.
De instructie wordt aan den Raad medegedeeld.
De gaarders zijn voorzien van een onderscheidings-
teeken, door burgemeester en wethouders vast te stellen.
Art. 2.
Zij, die vee ter markt wenschen te brengen, doen
daarvan opgave aan den gaarder met vermelding van
het getal en soort van vee.
Voor zoover verschillende gaarders zijn aangesteld,
moet dit geschieden aan den gaarder, die bijzonder
belast is met het innen van de marktgelden voor het
soort van vee, dat ter markt zal worden gebracht.
Art. 3.
Het weeggeld moet betaald worden aan den gaarder,
die met de inning daarvan is belast.
Art. 4.
Ingeval van verschil tusschen hem, die vee ter
markt brengt, en den gaarder omtrent het verschul
digde recht is eerstgemelde verplicht het van hem
gevorderde te voldoen, behoudens zijne bevoegdheid
tot het indienen van bezwaar bij burgemeester en
wethouders, die daarop in hoogste ressort beslissen.
Art. 5.
Deze verordening treedt in werking den 1 Januari
1920.
Leeuwarden,
19
De Raad voornoemd,
378
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1919. Bijl. no. 46.
Ambulanti8me der schoolhoofden (Bijlage no. 7.)
Aan den Gemeenteraad.
In Uwe vergadering van 2 September j.l. werd door
Uwe medeleden, de heeren L. Zandstra en K. de Boer,
een voorstel ingediend om te besluiten aan het nieuw
te benoemen hoofd der gemeenteschool no. 11, zoodra
aan deze school door vertrek naar elders of om een
andere reden een vacature ontstaat onder het klasse-
personeel, het onderwijs in eene eigen vaste klasse op
te dragen. Dat 'voorstel werd om prae-advies in onze
handen gesteld. Wij hoorden daarop de Commissie
van Toezicht op het Lager Onderwijs en den School
opziener in het district Leeuwarden en verwijzen U
naar de door dezen gegeven adviezen, neergelegd in
de brieven van 8 October 1919 no. 610 en 29 October
1919 no. 706.
Zooals het voorstel er ligt kan de meerderheid van
ons college zich daarmede niet vereenigen.
In onze vergadering zijn evenwel stemmen opge
gaan om een proef te nemen met het opdragen van
eene vaste klasse aan het hoofd, waarin de meerder
heid wenscht mee te gaanvan het welslagen van
deze proefneming wenscht zij verdere stappen in dezen
afhankelijk te stellen.
Wij geven U daarom in overweging te besluiten
1niet in te gaan op het bovenomschreven voorstel
van de heeren L. Zandstra en K. de Boer
2. Burgemeester en Wethouders te machtigen bij
wijze van proef aan het (te benoemen) hoofd van
gemeenteschool no. 11 een vaste klasse voor het geven
van onderwijs aan te wijzen.
Leeuwarden, den 6 November 1919.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
J. M. VAN BEYMA, Burgemeester.
A. JONKEREN, L.-Secretaris.
379