188
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1919.
Art. 6.
Van op de graven geplaatste zerken of hekken kan
het onderhoud aan de gemeente worden overgedragen,
tegen betaling in eens per graf van
300.voor een dubbelen steen of zerk
150.voor een enkelen steen of zerk
75.voor een steen of zerk met een oppervlakte
van ten hoogste 84 vierkante decimeter
150.voor een ijzeren hek om een graf.
De ingevolge het eerste lid betaalde gelden worden
tot een afzonderlijk fonds gevormd.
De Raad behoudt zich voor, om de som van over
dracht van het onderhoud van zerken, hekken enz.
van buitengewonen vorm en buitengewone bewerking,
bij afzonderlijk besluit vast te stellen.
Het onderhoud van zoogenaamde monumenten, van
grafkelders en gemetselde graven kan niet worden
overgedragen.
De verplichting tot onderhoud vervalt, zoodra de
begraafplaats gesloten wordt.
Art. 7.
Voor het openen en weder dicht maken van een
eigen graf is verschuldigd
op de le afdeeling 2 verdiepingen 15.
8
10
6
8
4.50
7.—
4.—
1 verdieping
2e 2 verdiepingen
1 verdieping
3e '2 verdiepingen
1 verdieping
4e 2 verdiepingen
1 verdieping
Ten aanzien van lijken van kinderen, beneden de
12 jaar is de helft, ten aanzien van kinderen beneden
het jaar een vierde van genoemd bedrag verschuldigd.
Voor het ontruimen van een graf op elk der af-
deelingen op één diep is f 2.50, op twee diep ƒ5.
verschuldigd boven het voor het openen verschuldigde
recht.
Art. 8.
Voor elk uur, waarop na den daarvoor krachtens
de verordening van politie op het begraven en de
begrafenissen in de gemeente Leeuwarden gestelden
tijd, begraven wordt, is een recht verschuldigd, en wel
op de eerste afdeeling voor het eerste uur 5.
voor elk volgend uur 2.50
op de tweede afdeeling voor het eerste uur ƒ4.
voor elk volgend uur 2.
op de derde afdeeling voor het eerste uur 3.
voor elk volgend uur 1.50
op de vierde afdeeling voor het eerste uur 2.
voor elk volgend uur 1.
op de afdeeling 4a voor het eerste uur ƒ1.—voor
elk volgend uur 0.25.
Art. 9.
Voor het houden van toezicht bij het openen van
een grafkelder is telkens 10.verschuldigd.
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1919. Bijlno. ij.
Art. 10.
Voor het in gebruik verkrijgen van een bepaald
graf voor 10 jaren, is verschuldigd
op de le afdeeling100.
tl ^e 50.
n li n
4e 12.50
Voor het openen en dichtmaken van zoodanige
graven en voor het lichten en weder plaatsen van
zerken en andere gedenkteekenen zijn gelijke rechten
verschuldigd als bij de artt. 4, 5, 6 en 7 voor eigen
graven zijn vastgesteld.
Voor het onderhoud der hierbedoelde graven wordt
vanwege de gemeente zorg gedragen, doch niet langer
dan tot de sluiting der begraafplaats.
Art. 11.
Voor het in gebruik verkrijgen van een graf voor
één begraving is, met de rechten voor het openen
en weder dichtmaken, onverschillig welke de ver
dieping zij, verschuldigd
op de le afdeeling35.
ii iï 2e 25.
ii ii 3e 15.
n ii 4e ii 6.
terwijl op de 5de afdeeling kosteloos begraven wordt.
Wogens lijken van kinderen beneden de 12 jaar de
helft, beneden het jaar een vierde.
Art. 12.
Voor het gebruik van het lijkenhuis is, wegens
ieder lijk, dat daarin op verlangen van nabestaanden
tijdelijk wordt geplaatst, voor eiken dag verschuldigd
3.gedeelten van dagen voor geheele gerekend.
Art. 13.
Voor het gebruik van de lijkbaar en verdere ge
reedschappen is voor elke begraving verschuldigd
op de eerste afdeeling 2.
tweede
ii ii derde
vierde
afdeeling 4a
Art. 14.
De begraving geschiedt kosteloos van bedeelden
tegen overlegging eener verklaring, afgegeven door
het armbestuur van hetwelk de overledene onderstand
ontving, van andere onvermogenden, tegen over
legging van eene verklaring, afgegeven door den
armbezoeker der Stadsarmenkamer en door Burge
meester en Wethouders voor goedgekeurd geteekend,
of bijaldien de overledene niet in de gemeente was
gevestigd, op bevel van den burgemeester.
Art. 15.
Overgangs- en slotbepalingen.
Met afwijking van het bepaalde in artikel 1 is voor
1.50
I-
0.50
0.25
189