Bijlage no. 59, n n Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1920. Bijl. ÏIO. O 9. STEUN aan de woningstichting „Ons belang" voor den bouw van 68 woningen nabij den Groninger straatweg. Aan den Gemeenteraad De woningstichting „Ons belang", gevestigd te Amersfoort, als stichting uitsluitend in het belang van verbetering der volkshuisvesting werkzaam, toe gelaten bij Koninklijk besluit van 6 Februari 1920, no. 41, heeft het voornemen opgevat in deze gemeente over te gaan tot woningbouw. Zij heeft daartoe uit gekozen een gedeelte van de gemeentelijke terreinen tusschen den Groninger straatweg en het Cambuurster- pad. Oorspronkelijk was hare bedoeling om 81 wo ningen te stichten, gesplitst in 29 middenstands- en 5'2 volkswoningen, waarvan de eerstgenoemde groep zou worden gebouwd met steun ingevolge het Konin klijk besluit van 6 November 1919, no. 51 en de tweede groep met voorschotten overeenkomstig de bepalingen der Woningwet. In verband met eene wijziging in het stratenplan bleek later, dat op het voor de stichting bestemde terrein niet meer dan 68 woningen gebouwd konden worden, n.l. 24 midden stands- en 44 volkswoningen. Onderwijl de voorbe reidingen voor het bouwplan werden getroffen ver scheen de circulaire -van den Minister van Arbeid, d.d. 80 Juli 1920, no. 18251, bevattende nadere voor schriften omtrent woningbouw. Als gevolg daarvan moest het geheele bouwplan opnieuw onder de oogen worden gezien. Krachtens de bepalingen dier circulaire toch vallen onder het begrip „arbeiderswoning" (volks woning) huizen met een inhoud van niet meer dan 800 M3. Eerst bij woningen met een inhoud boven 300 M3. begint het begrip „middenstandswoning". Waar nu de 68 woningen, die bovengenoemde stichting denkt te bouwen, alle minder dan 300 M3. inhoud hebben, kunnen zij gerangschikt worden onder arbei derswoningen, waarvoor steun ingevolge de Woning wet wordt verleend. Naar aanleiding daarvan zijn de vier onder dagteekening van 5 Juni en 14 Augustus 1920 aan den Raad gerichte adressen vervangen door een nieuw adres, d.d. 24 September 1920, waarin het bestuur der stichting mededeelt 68 woningen te zullen bouwen, waartoe een voorschot wordt gevraagd van 552,793.De benoodigde grond is bij besluit van Burgemeester en Wethouders d.d. 24 Juni 1920, no. 2109/742, aan de stichting provisioneel in erfpacht toegewezen. Blijkens de bij het adres overgelegde gedetailleerde berekeningen worden de totale bouwkosten geraamd op f 559,593.De stichting bezit een eigen kapitaal groot f 6,800.zoodat zij een bedrag van f 552,793. aan voorschotten noodig heeft. De woningen zullen worden gebouwd naar 5 ver schillende typen. Alle hebben beneden gang, keuken, huiskamer en zitje of zitkamer en boven 3 slaapkamers benevens een vliering. Achter iedere woning is een bergplaatsje ontworpen. De door de stichting van het plan opgezette ex ploitatie-rekening laat de volgende cijfers zien. UITGA YEN. Eifpacht5.085. Rente van eigen kapitaal 6800a 4 272.— Annuïteit bouwvoorschot 552,793.— (50 jaar) a 5,478 30,282.— Over te brengen 35,639. Overgebracht 35,639. Assurantie 0 05 °/0 Onderhoud 0.6 Grondbelasting enz. 0.55 Toezicht, beheer 0.15 1.35 van de zuivere bouwkosten ad 522,700.7,056.45 Afronding144 55 Totaal 42,840.— ONTVANGSTEN. Huuropbrengst 23 woningen type A a 365.per jaar rond 8,400 6 m B 403.— 2,420.— 15 C 413— 6,200.— 9 D 502.- 4,520 - 15 n E ,513.- 7,700.- Totaal 29,240.— Te kort 13,600 68 of per woning 200 De in het bovenstaande exploitatie-overzicht uitge trokken huren voldoen, met uitzondering van die voor het type B, aan den eisch gesteld in de bovenaange haalde circulaire van 30 Juli 1920. Volgens de be palingen dier circulaire moeten woningen met een inhoud van minder dan 225 M3. ten minste 50 van de exploitatiekosten aan huur opbrengen, woningen met een inhoud van 226275 M3. ten minste 60 en woningen met een inhoud van 276300 M3. ten minste 70 °/0 dier kosten. De exploitatiekosten der 6 woningen van het type B zijn berekend op een totaal van f 3620.en waar zij elk een inhoud hebben van 293 M3. zal aan huur ten minste moeten worden op gebracht 70 °/0 van f 3620.ƒ2534.In boven staande exploitatierekening is voor deze woningen aan huur uitgetrokken f 2420.derhalve f 114.— te weinig of per woning f 19.De huur van de type-B woningen zal dus ten minste 422.behooren te zijn. Het gevolg daarvan is dat ook het exploitatie tekort met f 114.vermindert en daardoor terugge bracht wordt tot f 13486.—. Hoewel in het betrekkelijk adres der stichting niet gevraagd is om een bijdrage uit de gemeentekas ter tegemoetkoming in de betaling der annuïteit of in het exploitatietekort, is daarop, gelijk uit de bij het adres overgelegde stukken big kt, wel gerekend. Het vragen dezer bijdrage is feitelijk ook overbodig, waar volgens de desbetreffende bepaling in de circulaire van den Minister van Arbeid d.d. 25 Juni 1919, no. 6658, een bijdrage zal worden verleend, die gelijk is aan het verschil tuschen de huur die op grond van de werkelijke bouwkosten, alles inbegrepen, noodig wezen zou om een sluitende exploitatierekening te verkrijgen en de huur, die door de huurders moet worden opgebrachtvan deze bijdrage komt 75 °/0 voor rekening van het Rijk en 25 °/0 voor rekening der gemeente. Met betrekking tot de hoogte der te stichten ge bouwen zal afgeweken dienen te worden van de be palingen der Bouwverordening, waartoe Burgemeester en Wethouders bevoegd zijn, aangezien de Minister van Arbeid bij zijn meergemelde circulaire van 30 Juli 1920, de uitdrukkelijke voorwaarde gesteld heeft, dat woonverdiepingen een hoogte van niet meer dan 2.70 Meter mogen hebben en slaapverdiepingen van niet meer dan 2.40 Meter. Volgens ontvangen schrijven is de Minister niet bereid voor deze gemeente hoogere maten toe te staan en zal het ter bekoming van een voorschot uit 's Rijks kas bepaald noodig zijn aan gemelde voorwaarden te voldoen. Wij meenen nog onder de aandacht van den Raad te moeten brengen, dat de aanbouw van de hiervoren bedoelde 68 woningen er wederom het zijne toe zal bijdragen om tot vermindering van den woningnood 341

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1920 | | pagina 172