18
126
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1920.
LASTEN
Uitgegeven
BEDEAG
in 1918.
GERAAMD BEDRAG
voor
1919.
1920.
XV. {Art. 18 Ilm der verordening
Een storting in het afschrijvings- en vernieuwingsfonds, bere
kend volgens de bepalingen van art. 27 der verordening
Totaal Hoofdstuk XV
XVI. (Art. 18 Iln der verordening.)
Een storting in het reservefonds berekend volgens de bepalingen
van artikel 30
Totaal Hoofdstuk XVI f
XVII. (Art. 18 IIo der verordening.)
Een winstuitkeering aan de gemeente
Totaal Hoofdstuk XVII
Totaal Hoofdstuk I
II
III
IV
V
VI
VII
VIII
IX
X
XI
XII
XIII
XIV
XV
XVI
XVII
Totaal der Lasten
11988
11988
4318
4318
6478
6478
Nihil
Nihil
135774
12518
Nihil
1012
8059
26145
150
106000
1007
3
60491
10483
119886:
4318
6478
384432
68
68
75
75
12
12
78
846
44
056
90
03B
27
586
85B
8
75
12
31B
15496
16496
5164
5164
7746
7746
Nihil
Nihil
139948
11755
Nihil
2650
3800
3275
160
100000
1500
Nihil
82300
13050
15496
5164
7746
386836
18
40B
4 O5
60B
60B
69
12
96
18
405
60B
96
20136
20136
3173
3173
4760
31
31
52
52
27B
4760 275
Nihil
Nihil
212445
20326
Nihil
2975
8450
8051
150
100000
1000
Nihil
74500
15047
20136
3173
4760
59
96
93
471016
25B
31
52
27B
84
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1920. Bijl. no. 3.
TOELICHTING.
XV
In onderstaand staatje wordt nader aangegeven op welke gronden deze storting berust
Aanschaf-
Vermoedelijke
Aanschaf-
Afschrijving.
OMSCHRIJVING.
waarde
uitbreiding
waarde
1 Januari 1919.
1919.
1 Januari 1920.
Bedrag.
Kabelnet en huisaanslui-
228,217
215
40,000
268,217
216
27a
6,705
43
Schakelinrichting (stads-
paneel), transformatoren,
transformatorzuilen en
schakelhuisjes
56,522
67
20,000
76,522
67
5
3,826
13
Meters en sehakelklokken,
meubilair kantoor, ge
reedschappen, straatver
lichting, leidingnet, ijk-
inrichting en meetinstru
menten en abonnements
installaties
73,747
54B
22,300
96,047
545
10
9,604
75
358,487
43
82,300
440,787
43
20,136
31
XVI
'XVII
Volgens voorgaande hoofdstukken van Baten en Lasten zal de winst over 1920 vermoedelijk
7,933.795 bedragen, waarvan volgens art. 30 van de verordening 40 of/3,173.52 in het reserve
fonds moet worden gestort zoolang dit fonds geen f 100,000.bedraagt.
Volgens art. 30 van de verordening moet 60 van de winst, geraamd op f 7,933.79* aan de
gemeente worden uitgekeerd.
127