Bijlage no. 22
180
181
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1920.
tot het aanbrengen van minder belangrijke wijzigingen
in de onderdeelen II en III van dit besluit, welke
noodzakelijk mochten blijken, ter voldoening aan door
de Regeering of Gedeputeerde Staten gestelde voor
waarden.
Leeuwarden,
19
De Raad voornoemd.
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1920. Bijl. no. 22.
9
WIJZIGING van de Verordsning tot
het heffen van eene Belasting
op Tooneelvertooningen, enz.
Aan den Gemeenteraad.
Bij de behandeling der ontwerp-gemeentebegrooting,
dienst 1920, werd namens ons college medegedeeld
dat het in de bedoeling lag bij den Raad te komen
met een voorstel tot verhooging der belasting op
tooneelvertooningen enz., doch dat het gaarne eenige
vermakelijkheden buiten de verhooging zou houden,
b.v. voorstellingen om der wille van de kunst zelve
gegeven, omdat dan de verhoogde belasting te
zeer zou drukken. Daar het echter geenszins de be-
I doeling is om vertooningen, welke niet beslist onder
die omschrijving vallen, in deze voordeelen te doen
deelen en wij er niet in geslaagd zijn in de verordening
een goede omschrijving op te nemen van de vertoo
ningen, voor welke de belasting in dezen gedachten-
gang wel en voor welke zij niet moest worden ver
hoogd, hebben wij gemeend den Raad te moeten voor
stellen, de belasting voor alle vertooningen te ver
dubbelen. In Amsterdam heeft men geprobeerd de
moeilijkheden te ondervangen het daar ontworpen
stelsel voldoet echter, volgens bekomen inlichtingen,
I slecht.
Van deze gelegenheid wenschen wij tevens gebruik
te maken om in de belasting die vertooningen te be
trekken, die tot heden niet werden belast, omdat zij
I niet als openbaar werden beschouwd.
Hierdoor zullen o. a. thans de abonnements-voor
stellingen voor de leden der vereeniging „De Harmonie"
in de belasting worden betrokken. Reeds in 1911
bij de behandeling van het eerst ingediende ontwerp
werd betreurd (Handelingen blz. 187) dat dit toen niet
mogelijk was. Een hernieuwde lezing van het arrest
van den Hoogen Raad van den 2den September 1857
(Oosterwijk blz. 1351), waarop het toenmalig college
van Burgemeester en Wethouders zich beriep ton
betooge dat deze voorstellingen, alleen voor aan bal
lotage onderworpen leden der vereeniging, hunne
huisgenooten en vreemdelingen toegankelijk, niet open
baar zouden zijn in den zin der wet, heeft ons echter
doen zien dat het arrest een ruimere strekking heeft
en tot zekere hoogte de uitlegging van het woord
„openbaar" in art. 240 der Gemeentewet aan de
verordening overlaat. Deze omschrijving komt in de
verordeningen van andere gemeenten dan ook voor.
Dit nieuwe standpunt is bij art. 1 hier thans toegepast,
terwijl verder eenige technische verbeteringen in de
verordeningen zijn aangebracht.
De opbrengst der belasting, na de voorgestelde
wijziging, zai per jaar pl.m. 80,000.meer be
dragen dan thans.
Wij hebben alzoo de eer U hiernevens, vergezeld
van eene memorie van toelichting, ter vaststelling
aan te bieden ontwerp-wijzigingen van de verordening
tot het heffen van eene belasting op tooneelvertoo
ningen en andere openbare vermakelijkheden en van
de daarbij behoorende verordening op de invordering.
Leeuwarden, 14/15 Mei 1920.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
J. M. VAN BEYMA, Burgemeester.
M. GOSLINGS, Secretaris.
"T
'Ir
ONT WERP.
BESTAANDE REDACTIE.
Art. 1.
Er wordt ten behoeve van de gemeente geheven
eene belasting op tooneelvertooningen en andere open
bare vermakelijkheden, waaronder deze verordening
verstaat alle tooneel- en bioscope-voorstellingen, voor
drachten, muziek- of zanguitvoeringen, danspartijen,
gymnastiekuitvoeringen, hardrijderijen, harddraverijen,
wedrennen, wedstrijden, veldspelen, tentoonstellingen,
cafó-chantants, café-concerts, vertooningen van zeld
zaamheden, gelegenheden van vermaak en alle verdere
vertooningen en uitvoeringen, tenzij uitdrukkelijk bij
deze verordening vrijgesteld, die tegen betaling van
entrée voor het publiek toegankelijk worden gesteld.
Muziek- of zanguitvoeringen, waaronder begrepen
is het ten gehoore brengen van muziek of zang door
automaten, gramofoons enz., danspartijen, café-chan-
tants, café-concerts, enz., die voor het publiek open-
De Raad der gemeente Leeuwarden
overwegende, dat het wenschelijk is de verorde
ning tot het heffen van eene belasting op tooneel
vertooningen en andere openbare vermakelijkheden
met daarbij behoorende verordening op de invorde
ring te wijzigen
gelet op het bepaalde bij artikel 240e der Gemeente
wet;
gezien het voorstel van Burgemeester en Wet
houders
besluit vast te stellen de navolgende
A. VERORDENING tot het heffen eener belasting
op tooneelvertooningen en andere open
bare vermakelijkheden.
Art. 1.
Er wordt ten behoeve van de gemeente geheven
eene belasting op tooneelvertooningen en andere open
bare vermakelijkheden, waaronder deze verordening
verstaat alle tooneel- en bioscoop-voorstellingen, voor
drachten, muziek- of zanguitvoeringen, feesten, dans
partijen, gymnastiekuitvoeringen, hardrijderijen, hard
draverijen, het geven van gelegenheid tot schaatsen
rijden of rolschaatsenrijden, wedrennen, wedstrijden,
veldspelen, demonstraties, tentoonstellingen, café-
chantants, café-concerts, vertooningen van zeldzaam
heden, gelegenheden van vermaak en alle verdere
vertooningen en uitvoeringen, tenzij uitdrukkelijk bij
deze verordening vrijgesteld.
Openbaar zijn de tooneelvertooningen en andere
vermakelijkheden welke voor het publiek of een
deel van het publiek, hetzij tegen betaling, hetzij