Bijlage no. 24.
Bij
-
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1920. Bijl. no. 24.
WIJZIGING der Bouwverordening.
Aan den Gemeenteraad.
Sinds de totstandkoming der Bouwverordening
zijn de in art. 6 genoemde bedragen, welke zij, die
straten hebben aangelegd, bij overdracht hiervan san
de gemeente moeten betalen als bijdrage in de kosten
van voortdurend onderhoud en van toezicht op den
aanleg, onveranderd gebleven. Willen deze bijdragen,
zooals toch de bedoeling was, in goede verhouding blij
ven tot de werkelijke uitgaven voor onderhoud, die de
gemeente krijgt te dragen, dan zullen zij belangrijk
moeten worden verhoogd, wat ongetwijfeld zonder
meer zal worden toegegeven, maar wat overigens
blijken kan uit de door den Directeur der Gemeente
werken bij schrijven van 19 Januari 11. no. 88/77
overgelegde berekening, waaruit wij aanhalen dat b.v.
de kosten van waalstraatklinkers in 1905 per duizend
18.bedroegen en thans ƒ52.terwijl het salaris
van den opzichter, welke het toezicht uitoefent, thans
ruim 21/2 maal zooveel bedraagt als voor 15 jaar,
toen de verordening tot stand kwamde overige
cijfers zijn naar rato.
Met eene dus voorgenomen verhooging der even-
genoemde bijdrage, waarop trouwens ook reeds uit
den Raad is aangedrongen, gaat zoowel de Gezond
heidscommissie als de Commissie van openbare
werken accoord de laatste achtte het echter beter
dat telken jare de bedragen zouden moeten worden
vastgesteld dit leek ons echter uit practisch oogpunt
minder wenschelijk.
Wij meenen er evenwel voor te moeten waken, dat
door deze bepaling de bouw van arbeiderswoningen
zou worden belemmerd. Slechts bij uitzondering toch
worden straten der 4de klasse aangelegd, daar ze van
onvoldoende breedte zijn. Het gevolg is dus, dat
arbeiderswoningen zullen gebouwd worden aan de
duurdere straten der 3de klasse.
Het artikel laat thans vrijstelling toe van de betaling
der kostenbijdrage waar de aanvrage klaarblijkelijk
geschiedt in het belang van verbetering der volks
huisvesting, d. w. z. ten behoeve van aanbouw door
woningbouwvereenigingen met overheidssteun krach
tens de wet. Wij meenen naar aanleiding van het
bovenvermelde deze bepaling zoo te moeten uit
breiden, dat ook wanneer de aanleg der straten
door particulieren kennelijk geschiedt met het doel
daaraan arbeiderswoningen te bouwen, ook ten behoeve
daarvan deze vrijstelling moet kunnen verleend worden.
Naar aanleiding van het bovenstaande hebben wij
de eer U voor te stellen art. 6 der Bouwverordening
te wijzigen volgens bijgaand ontwerp.
Leeuwarden, 3 Juni J920.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
J. M. VAN BEYMA, Burgemeester
M. GOSLINGS, Secretaris.
ONTWERP.
BESTAANDE REDACTIE.
Art. 6, lid 2, 1°.
Bij de aanvrage om vergunning verbindt de ver
zoeker zich:
1°. tot betaling eener bijdrage in de kosten van
liet voortdurend onderhoud ten bedrage van
a. f 1.per M2. voor straten tweede klasse;
b. f 1.50 per M2. voor straten derde klasse
c. 1.50 per M2. voor straten vierde klasse;
Art. 6, lid 2, 2°.
2°; tot betaling der kosten van het van gemeente
wege te houden toezicht op den aanleg der straten
met riolen enz., ten bedrage van 15 cents voor eiken
M2. aan te leggen oppervlakte openbare straat.
Art. 6, lid 6.
Vrijstelling van de betaling der bijdrage in de
kosten van het voortdurend onderhoud kan door
den Raad worden verleend, ingeval de aanvrage
klaarblijkelijk geschiedt in het belang van verbetering
der volkshuisvesting.
De Raad der gemeente Leeuwarden
gezien het voorstel van Burgemeester en Wethouders
gelet op het advies der Gezondheidscommissie,
gegeven bij brief van 28 Mei 1920
alsmede op de bepalingen der Woningwet;
besluit
vast te stellen de navolgende
VERORDENING tot wijziging der Bouwverordening.
I.
Art. 6, lid 2, 1°, wordt gelezen als volgt:
1°. tot betaling eener bijdrage in de kosten van
het voortdurend onderhoud ten bedrage van
a. f 3.per M2. voor straten tweede klasse
b. f 4.50 per M2. voor straten derde klasse;
c. f 4.50 per M2. voor straten vierde klasse
II.
Art. 6, lid 2, 2°, wordt gelezen als volgt:
2°. tot betaling der kosten van het van gemeente
wege te houden toezicht op den aanleg der straten
met riolen enz., ten bedrage van 45 cents voor eiken
M2. aan te leggen oppervlakte openbare straat.
III.
Art. 6, lid 5, wordt gelezen als volgt:
Vrijstelling van de betaling der bijdrage in de
kosten van het voortdurend onderhoud kan door den
Raad worden verleend, voor zoover te zijner beoor
deeling de aanvrage klaarblijkelijk geschiedt in het
belang van verbetering der volkshuisvesting of met
het oog op den bouw van arbeiderswoningen.
Leeuwarden, 19
Be Raad voornoemd,
197