Bijlage No. 26. Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1921. tot het aanbrengen van minder belangrijke wijzigingen in de onderdeelen 1 en II van dit besluit, welke nood zakelijk mochten blijken, ter voldoening aan door de Regeering of door Gedeputeerde Staten gestelde voorwaarden; IV. in beginsel te besluiten de exploitatie van het in dit besluit bedoelde volksbadhuis voor rekening der gemeente te nemen, zulks in afwachting van de daar omtrent nader door Burgemeester en Wethouders in te dienen voorstellen. Leeuwarden, den 19 De Raad voornoemd Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1921. Bijl. HO. 26. VASTSTELLING eener nieuwe Keurings verordening. Aan den Gemeenteraad. In art. 34 der Warenwet 1919 (Staatsblad no. 581) is bepaald dat bestaande keuringsdiensten onder zekere voorwaarden kunnen blijven voortbestaan. Het verzoek daartoe voorzoover betreft den keuringsdienst in onze provincie is bereids door de regeering toegestaan. In verband hiermede is de tijd gekomen de verordening welke art. 6 juncto art. 34 van genoemde wet eischt, thans vast te stellen en wij meenen goed te doen U daarvoor de ontwerp-verordening, welke van regee- ringswege is ontworpen en ons door Gedeputeerde Staten fs toegezonden, ter vaststelling aan te bieden. Immers, gelijk in de begeleidende missive van dit col lege d.d. 12 Augustus 1920, no. 109, 1ste afdeeling B, Provinciaal blad no. 82, wordt opgemerkt, is uniformi teit in dezen zeer wenschelijk en met de Gezondheids- I commissie, welke wij om advies hebben gevraagd, j meenen wij dat tegen het aangeboden ontwerp gee nerlei bezwaar bestaat. De thans bestaande veror dening op de keuring van levensmiddelen en andere waren van 22 Februari 1916 (gemeenteblad no. 6) zal hierdoor komen te vervallen. Op grond van het bovenstaande hebben wij de eer U voor te stellen te besluiten: vast te stellen eene verordening op de keuring van waren volgens het afgedrukte ontwerp. Leeuwarden, 21 April 1921. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, SCHOONDERA1ARK, L.-Bur ge meester. M. GOSLINGS, Secretaris. ONTWERP. De Raad der gemeente Leeuwarden; gelet op de artt. 6 en 34 der Warenwet 1919 (Staats blad no. 581 alsmede op het advies der Gezondheidscommissie, gegeven bij brief van 25 October 1920; Besluit: vast te stellen de navolgende VERORDENING op de keuring van Waren. Art. 1. Deze verordening verstaat onder „waren" hetzelfde, wat artikel 1 van de Warenwet, Staatsblad 1919, no. 581, daaronder verstaat. Met „verkoopen" wordt in deze verordening gelijk gesteld: o. het ten verkoop in vooraad hebben; b. het afleveren; c. het uitstallen; d. het vervoeren; e. het te koop of in ruil aanbieden; het uitdeelen; g. het aanwezig hebben op markten; li. het aanwezig hebben in winkels, woningen, berg plaatsen, werkplaatsen, fabrieken, stallen, voer- of vaartuigen of op erven bij fabrikanten, kooplieden, winkeliers, slijters of venters in gebruik. Het aanwezig hebben van waren in woningen of stal len wordt met verkoopen niet gelijk gesteld, voor zoover de onder letter h genoemde personen aannemelijk kun nen maken, dat de aanwezige waren uitsluitend bestemd zijn voor eigen gebruik. Art. 2. Het is verboden waren te verkoopen, die ondeugdelijk van samenstelling zijn of die in ondeugdelijken toestand verkeeren. Art. 3. 242 Het is verboden waren te verkoopen, die bij gebruik overeenkomstig de bestemming voor het leven of de gezondheid schadelijk zijn of kunnen zijn. 243

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1921 | | pagina 134