s
s
g
O
Bijlage tot het verslag der handelingen \an den gemeenteraad van Leeuwarden, 1921.
<v
c
Jïf
"o
Hoofdstuk
VIII.
Afdeeling
I.
184
Art. 2
185
Art. 3
OMSCHRIJVING DER UITGAVEN
Overgebracht
De jaarwedden zijn uitgetrokken tot de bedragen
zooals zij in de wet op liet lager onderwijs zijn aan
gegeven, of zooals zij zijn geregeld bij raadsbeslui-
tén van 14 Januari 1919 en 11 Maart 1919, goed
gekeurd door Gedeputeerde Staten van Friesland
bij besluit van 20 Maart 1919, no. 98.
De wedderegeling voor 1921 is nog niet bekend.
Wel is aan de onderwijzers uitbetaald een voor
schot ad 200,op de voor 1920 toe te kennen
salaris verhoogi ng, waarom deze post met
31.400,zijnde 200,weddeverhooging voor
ieder onderwijzer, dient te worden verhoogd.
De raming van dezen post wordt alzoo
370.875,— 31-400,— ƒ402.275,—, ronde
som 403.000,
enselielijk is liet in onvoorziene uitgaven, voor
eventueel in 1921 toe te kennen verhoogingen, een
post ad 10.000,te reserveeren.
Belooning, als bedoeld in art. 20 duodecies, le
iid, der wet tot regeling van het lager onderwijs,
toe te kennen aan onderwijzers, verbonden aan in
de gemeente gevestigde bijzondere scholen, welke
voor Rijksvergoeding in aanmerking komen.
Volgens art. 26 duodecies der wet moet, indien
de gemeenteraad aan de onderwijzers der open
bare scholen een extra bezoldiging toekent voor
het bezit of voor het gebruik maken van bevoegd
heden, waarvoor geen wettelijke akten verkrijg
baar zijn, zoomede aan den onderwijzer, die als
plaatsvervanger van het hoofd der school is aan
gewezen, een gelijke belooning uit de gemeentekas
aan de onderwijzers der bijzondere scholen worden
verleend. Geraamd wordt eene uitgaaf van
2.000,—.
Vergoeding ingevolge art. 59 decies, le lid, dei-
wet tot regeling van het lager onderwijs aan in de
gemeente gevestigde bijzondere scholen, welke
voor Rijksvergoeding in aanmerking komen, voor
aan die scholen verbonden boventallige onder
wijzers
Artikel 59 decies, le lid, der wet bepaalt, dat zoo
aan eene openbare school meer onderwijzers ver
bonden zijn dan waarvoor het Rijk vergoeding
geeft, het bestuur eener overeenkomstige bijzon
dere school aanspraak heeft op uitkeering uit de
gemeentekas van de jaarwedden van even zooveel
onderwijzers boven het van rijkswege gesubsidieer
de getal.
Over 1919 zal ingevolge voornoemd wetsartikel
aan de besturen der bijzondere scholen worden
vergoed 2.834.995.
Geraamd wordt eene som van 5000.in ver
band met meerdere aanvraag om vergoeding en
verhoogde salarissen.
Zie volgno. 48.
Toelagen en bijdragen tot opleiding van onder
wijzers
Toelagen als hier bedoeld worden door de ge
meente niet verleend, waarom deze post hier niet
toepasselijk is en dus kan worden weggelaten.
Over te brengen
44
Uitgegeven
BEDRAG
in 1919.
GERAAMD BEDRAG
voor
1920
1921
403.000 -
2.000
30.000
Memorie
2.000 -
5.000 -
410.000 -
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1921. tfijl. no.l.
u
O
Hoofdstuk
VIII.
Afdeeling
OMSCHRIJVING DER UITGAVEN.
Uitgegeven
BEDRAG
in 1919.
GERAAMD BEDRAG
voor
I.
1920
1921
Overgebracht
410.000
186
Art. 4
Uitgaven ten behoeve van het openbaar her-
halingsonderwys
Aan de herhalingsschool voor jongens met 2- en
aan die voor meisjes met 3-jarigen cursus zullen
vermoedelijk geregeld 18 onderwijzers en onder
wijzeressen werkzaam zijn.
De jaarwedden zijn uitgetrokken tot de bedragen
als in de wet op het lager onderwijs zijn aangege
ven en zullen bedragen als volgt:
2 ieder met een jaarwedde van 500,1.000,
16 400,6.400,
Voor leermiddelen is geraamd 800,
7.933
57
8.000
8.200
Samen 8.200,
Stichting van schoollokalen en onder wij zerswo-
Instandhouding en huur van schoollokalen en
onderwijzerswoningen
Aanschaffing van schoolmeubels bij eerste in
richting van schoollokalen
Aanschaffing en onderhoud van schoolmeubels
187
Art. 5
Aanschaffing en onderhoud van schoolboeken,
leermiddelen en schoolbehoeften
Voor leermiddelen is thans geraamd 17.500,
met inbegrip van het bezorgloon aan de scholen.
Eenigc posten, vroeger onder dit artikel opgeno
men, worden thans door het bedrijf der gemeente
werken betaald.
15.552
38
16.740
17.500
Verlichting, verwarming en schoonmaken der
188
Art. 6
Plaatselijk schooltoezicht
1.100
1.100
1.500
189
Art. 7
Commissie tot wering van schoolverzuim
200
200
200
190
Art. 8
Kosten van vergelijkende examen s en uitgaven
voor onderzoek omtrent onderwijzers-sollicitanten
naar vaeeerende betrekkingen
In verband met de uitgaven, welke op 1 Augus
tus 1920 reeds 650,bedragen, wordt eene som
geraamd van 1000,
693
32
800
1.000
191
Art. 9
Schoolbibliotheken, belooningen en eereblijken
Geraamd als volgt:
Schoolbibliothekenƒ1600,
Kosten van eereblijken100,
423
85
700
1.700
Samen ƒ1.700,
Voor vernieuwing van schoolbibliotheken wordt
1000,extra geraamd.
192
Art. 10
Kosten van een cursus voor onderwijzers en
onderwijzeressen voor het geven van zangonder-
50
50
193
Art. 11
Kosten van het gebruik van de kinematograaf
ten behoeve van het onderwijs
573
700
700
Over te brengen
440.850