Bijl. no. 16. Bijlage No. 16. 221 Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1922. kleur, waaraan een zilveren penning zooals hun van gemeentewege verstrekt wordt. Art. 3. De inspecteurs en politiedienaren worden door den burgemeester, op kosten der gemeente, van de noodige wapenen en verdere uitrusting voorzien. III. In artikel 3 wordt geplaatst vóór het woord „inspec teurs" het woord „hoofdinspecteur", achter dit laatst genoemde woord een komma. B. te bepalen dat deze wijziging in werking treedt den 1 April 1922. Leeuwarden, 19 De Raad voornoemd, ONTWERP II. BESTAANDE REDACTIE. Art. 4, eerste lid. De jaarlijksche bezoldiging van den secretaris-boek houder der stads-armenkamer bedraagt van 2800. tot 3300.—. Art. 20. De bezoldiging van het personeel der politie bedraagt: voor den inspecteur van politie 1ste klasse van 3300.tot 3800.per jaar; voor den inspecteur van politie 2de klasse van 2600.tot 3100.per jaar; voor den inspecteur van politie 3de klasse van 2300.tot 2800.per jaar; voor de controleurs van 1800.tot 2300.per jaar; voor de politiedienaren der 1ste klasse van 39. tot 41.per week; voor de politiedienaren der 2de klasse van 37. tot 39. per week; voor de politiedienaren der 3de klasse van 35. tot 37. per week. De politiedienaren belast met recherchedienst ont vangen 100.per jaar boven hun gewone bezoldiging. De inspecteurs en de politiedienaren van de eerste, tweede en derde klasse worden door den burgemeester op kosten der gemeente voorzien van de noodige boven- kleeding. De Raad der gemeente Leeuwarden; gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethou ders; besluit: A. de Salarisverordening 1919 te wijzigen als volgt: 1. In artikel 4, eerste lid, worden de cijfers 2800 en 3300 vervangen onderscheidenlijk door 3300 en 3800. II. In artikel 20, eerste lid: worden de woorden „inspecteur van politie 1ste klasse" vervangen door de woorden „hoofdinspecteur van politie"; worden de woorden „den inspecteur van politie 2de klasse" vervangen door de woorden „de inspecteurs van politie; vervalt de zinsnede „voor den inspecteur van politie 3de klasse van 2300.tot 2800.per jaar"; in artikel 20, laatste lid: wordt geplaatst vóór het woord „inspecteurs" het woord „hoofdinspecteur", achter dit laatstgenoemde woord een komma. B. te bepalen dat deze wijziging in werking treedt den 1 April 1922. Leeuwarden, 19 De Raad voornoemd, 220 Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1922. VERBOD TOT DRANKVERKOOP op Zon- en feestdagen (bijlage no. 36 van 1920). Aan den Gemeenteraad. De toepassing van art. 1 der verordening houdende verbod van den verkoop van sterken drank in het klein op Zondagen en Christelijke feestdagen (gemeenteblad 1920 no. 34) heeft tot moeilijkheden aanleiding ge geven, omdat de Kantonrechter en in hooger beroep de rechtbank de verordening niet verbindend verklaarden op grond, dat zij zich ook uitstrekt tot niet voor het publiek openstaande localiteiten en bovendien niet, zooals art. 135 der gemeentewet eischt, geacht kon worden te regelen belangen der openbare orde, zedelijkheid en gezondheid, noch de huishouding der gemeente. Daarenboven had ook de Hooge Raad bij arrest van 4 April 1921 (W. B. A. no. 3749) een soortgelijke ver ordening onverbindend verklaard, omdat zij, door hare werking niet uitsluitend te beperken tot voor het publiek openstaande localiteiten, verder ging dan evengenoemd art. 135 der gemeentewet. Thans heeft de Hooge Raad bij arrest van 12 De cember 1921 (Weekblad voor Gemeentebelangen no. 1) echter de bevoegdheid van den Raad, om voor voor het publiek openstaande localiteiten een zoogenaamd tap- verbod uit te vaardigen, uitdrukkelijk erkend. Artikel 1 der bovengenoemde verordening moet dus ten aanzien van de localiteiten, waarover zij zich zal uitstrekken, een verandering ondergaan. Thans luidt zij in dit opzicht onbeperkt. Voorts is het gewenscht de redactie iets ruimer te nemen, omdat nu alleen het ver bod geschreven is voor den vergunninghouder en niet voor zijn personeel, noch voor het in de localiteit zich bevindend publiek, wat tot een minder juiste toepassing aanleiding kan geven. De Commissie voor het ontwerpen van Strafverorde ningen heeft dus de eer U voor te stellen te besluiten de hieronder in het aangeboden ontwerp neergelegde wijziging in de verordening, houdende verbod van den verkoop van sterken drank in het klein op Zondagen en Christelijke feestdagen, door bekrachtiging van dat ont werp op te nemen. Leeuwarden, 1 Maart 1922. De Commissie voornoemd, de Voorzitter, J. M. VAN BEYMA. ONTWERP. BESTAANDE REDACTIE. Artikel 1. Het is den houder van een vergunning voor den ver koop van sterken drank in het klein verboden sterken drank te koop aan te bieden of te verstrekken: a. van Zaterdagmiddags tot den daaraanvolgenden Maandag 8 uur des voormiddags; b. van den middag van den dag voorafgaande aan Christelijke feestdagen tot den daaraanvolgenden dag 8 uur des voormiddags. Dit verbod is niet van toepassing voorzoover sterke drank verkocht wordt bij hoeveelheden van 10 Liter of meer. De Raad der gemeente Leeuwarden; gezien het voorstel der Commissie voor het ontwer pen van Strafverordeningen; besluit: vast te stellen de navolgende VERORDENING tot wijziging der verordening, houdende verbod van den verkoop van ster ken drank in het klein op Zondagen en Christelijke feestdagen. Eenig artikel. Artikel 1 wordt gelezen als volgt: Het is verboden in eene voor het publiek toeganke lijke localiteit, waarvoor eene vergunning tot verkoop van sterken drank in het klein is verleend, sterken drank te koop aan te bieden, te verstrekken of te gebruiken: a. van Zaterdagmiddags tot den daaraanvolgenden Maandag 8 uur des voormiddags; b. van den middag van den dag voorafgaande aan Christelijke feestdagen tot den daaraanvolgenden dag 8 uur des voormiddags. Dit verbod is niet van toepassing voorzoover sterke drank verkocht wordt bij hoeveelheden van 10 Liter of meer. Leeuwarden, 19 De Raad voornoemd,

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1922 | | pagina 111