kan gewoonlijk ruim 1 L K.G. zwavelzure ammoniak worden gehaald. Voor de distillatie van 1 M3 faecaliëri is ongeveer 45 K.G. steenkolen noodig. waarmede reeds een groot gedeelte van den verkoopprijs van het verkregen product verloren gaat; Hieronder volgt nu een kort overzicht van de kosten voor de benoodigde grondstoffen, bij de bereiding van 11 K.G. zwavelzure ammoniak. 45 K.G. steenkolen a f 26.per ton f 1.17 1IV2 K.G. zwavelzuur a f 80.per ton 0.92 5 K.G. kalk a f 30.per ton 0.15 Voor 11 K.G. zwavelz. ammoniak f 2.24 De 100 K.G. zwavelzure ammoniak komt dus op pl.m. f 22.50 en dit bedrag staat vrijwel gelijk met den heden daagschen marktprijs. Wanneer nu nog de fabricatiekosterï. en het onderhoud, met afschrijving van de installatie, in rekening wordt gebracht, dan kan het niet anders, of de fabricatie van dit product zal steeds met verlies gepaard gaan. Daarbij komt nog. dat voor de resteerende 15 van het totale kwantum (de dikke faecaliën) een afzetgebied moet worden gevonden, waarvoor wellicht nog een klein compost- bedrijf noodzakelijk is. Overigens verspreidt de verwerkte vloeibare stof bij afvoer vaak nog vrij veel stank, ik meen dan ook niet tot oprichting van eene zwavelzure amnioniak- fabriek te kunnen adviseeren en acht het niet noodig. eene dergelijke installatie verder te begrooten. Behalve de verwerking tot zwavelzure ammoniak, zou de z.g. poudretteering kunnen worden overwogen. Ten gevolge van'de verdamping van het water uit de faecaliën. waarbij natuurlijk mestwaardige stoffen verloren gaan. worden deze in een kleiner volume gecomprimeerd. Op deze wijze wordt het mogelijk, eene soort mestpoeder, of ook wel -koeken in den handel te brengen, welke op gemakkelijke wijze kunnen worden getransporteerd. Veel opgang heeft deze fabricatie tot heden echter nog niet gemaakt: in Holland heeft ze wei nig toepassing gevonden, o.a. heeft Dordrecht de poudret- teerinrichting wegens de hooge kosten weder opgeheven. Ik beschik niet over voldoende bedrijfsgegevens, om het voor en tegen uitvoerig te kunnen bespreken; zeer zeker zal deze fabricatie gedrukt worden door de hooge steenkoolprijzen en zullen deze niet door de opbrengst der meststof kunnen wor den betaald. Bij beide bovengenoemde bewerkingen der faecaliën. is liet de vraag, of dergelijke gecompliceerde en vaak kostbare inrichtingen, voor de stedelijke bevolking van eenig nut zijn. De inwoners eener stad ondervinden van genoemde faecaliën-verwerkingen geene bijzondere gemakken en de onhygiënische ophaaldienst komt daarbij niet te vervallen. Ik moet ten slotte concludeeren, dat, zoolang eene stad niet, over eene goede rioleering beschikt, de ouderwetsche menging van het huisvuil met faecaliën, het z.g. composteeren, niet is te verwerpen. Hierop zal ik later uitvoeriger terug komen en daarbij in hef bijzonder het compostvraagstuk voor Leeuwarden behandelen. Ten einde bovenstaande vraagstukken beter te kunnen beoordeelen. heb ik in verschillende steden de reinigings inrichtingen bezocht en nagegaan in hoeverre deze voor Leeuwarden tot voorbeeld zouden kunnen strekken. Van al deze bezoeken een volledig verslag te doen, zou bij de ontwik keling der voorstellen voor Leeuwarden, te veel afleiden en het rapport uitvoeriger maken dan strikt noodzakelijk is. )ver het algemeen heeft het bij deze bezoeken mijne aandacht getrokken, dat de verwerking van stedelijke afval stoffen op twee zéér uiteenloopende wijzen geschiedt. Bij de eene methode wordt het vuil geheel als eene soort van brandstof behandeld, en maakt men gebruik van de meest moderne werktuigen en vindingen der techniek, terwijl daar. waar geene vuilverbranding wordt toegepast, de afvalstoffen in den regel op de meest primitieve wijze tot meststof worden verwerkt, zonder ook maar eenigszins van de moderne tech niek te profiteeren. Wat nu Leeuwarden betreft, meen ik goed te doen. met de twee volgende voorstellen te komen: Plan A. Het vermengen van huisvuil met faecaliën tot compost te blijven voortzetten. Dit voorstel zal vermoedelijk het minst hostbare blijhen en de gewenschte verplaatsing en moderni seering van dit bedrijf, zal bovendien in betrekkelijk horten tijd ten uitvoer kunnen worden gebracht. Daaren boven voorkomt het de vernietiging van mestwaardige stoffen. Als schaduwzijde brengt het echter met zicheen onhygiënisch en onaestetisch tonnenstelsel, onaange naam voor de inwoners en voor de werklieden, aan dezen dienst verbonden. Plan B. De stad van een rioleeringsstelsel te voorzien, waarop alle buizen voor loozing van faecaliën en huiswater worden aangesloten. Verbranding van het huisvuil, met zoo mogelijk opwekking van electriciteit. Dit voorstel kan de meest hygiënische en tevens de aangenaamste oplossing van het vraagstuh worden genoemd. De uitvoering zal evenwel met hooge uitgaven gepaard gaan en de aanleg van een volledig rioleerings- systeem is een belangrijk werk, dat niet binnen een of twee jaar tot stand zal kunnen worden gebracht. Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1922. 244 Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1922. ttijl. no. 245

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1922 | | pagina 123