Bijlage no. 11,
175
den gemeenteraad van Leeuwarden, 1923.
Indien de rector gedurende vier achtereenvolgende
jaren de bij het vorige lid bedoelde salarisverhooging
van 500.heeft genoten, mag hem die verhooging
zonder zijne toestemming niet worden ontnomen.
Indien een leeraar benoemd wordt tot rector, wordt
tenminste de wedde toegekend, die onmiddellijk gelegen
is boven het bedrag laatstelijk door hem als leeraar aan
wedde genoten.
Art. 4.
De jaarwedde der leeraren, uitgezonderd die in de
lichamelijke oefening, bedraagt 125.— per wekelijksche
les (van 50 minuten), na 2, 4, 6, 8 en 10 dienstjaren
telkens te verhoogen met 10.en na 12, 14, 16, 18
en 20 dienstjaren telkens te verhoogen met 5.per
lesuur, alzoo tot een maximum van 200.per weke
lijksche les (van 50 minuten).
Aan een leeraar, bedoeld bij het vorig lid, worden
zonder zijne toestemming niet meer dan 30 wekelijksche
lessen opgedragen.
De jaarwedde der leeraren in de lichamelijke oefening
bedraagt 105.per wekelijksche les (van 50 minu
ten), na 2, 4, 6 en 8 dienstjaren telkens te verhoogen
met 10.en na 10, 12, 14 en 16 dienstjaren telkens
te verhoogen met 5.per lesuur alzoo tot een
maximum van 165.per wekelijksche les (van 50
minuten).
Aan een leeraar, bedoeld bij het derde lid, worden
zonder zijne toestemming niet meer dan 36 wekelijksche
lessen opgedragen.
Op voorstel van curatoren, den inspecteur der gym
nasia gehoord en na goedkeuring van den Minister van
Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, kunnen leeraren
worden benoemd op het aanvangssalaris, verhoogd met
een of meer periodieke verhoogingen. In deze gevallen
wordt tegelijkertijd geregeld op welke tijstippen de
volgende periodieke verhoogingen zullen worden toe
gekend.
Op de jaarwedden van leeraren, die in geen der door
hen onderwezen vakken volledige bevoegdheid bezitten
wordt vijftien ten honderd gekort, met dien verstande,
dat geen aftrek wordt toegepast op de jaarwedde van
een leeraar, die in het bezit is van twee akten, welke
elk afzonderlijk bevoegd maken tot het geven van het
onderwijs aan eene hoogere burgerschool met drieja
rigen cursus, uitgezonderd de akte voor schoonschrijven.
Art. 5.
Behalve de bovengenoemde vaste leeraren kunnen
door den Raad op voorstel van curatoren, den inspecteur
gehoord, tijdelijke leeraren, voor één cursus of gedeelte
daarvan worden aangesteld.
De bezoldiging wordt alsdan geregeld overeenkomstig
het bepaalde in artikel 4, zoodat rekening gehouden
wordt met de dienstjaren der tijdelijk aangestelden.
Art. 6.
Voor het hem opgedragen ambt van conrector ont
vangt de daarvoor aangewezen leeraar, boven de jaar
wedde, waarop hij als leeraar aanspraak heeft, eene
toelage van 200.per jaar.
Art. 7.
Ingeval van ontstentenis of van afwezigheid wegens
ziekte, die langer dan eeen maand duurt, wordt de
aanvangsjaarwedde van den vroegeren of afwezigen
leeraar, berekend over het tijdvak, waarover de ontsten
tenis of de afwezigheid loopt, door curatoren, den rector
gehoord, verdeeld onder hen, die de lessen hebben
waargenomen.
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1923. Hifi. ÏIO. 11.
NIEUWE bureauruimte voor secretarie, gemeente
werken en politie (bijlagen nos. 32 en 42
van 1921).
Aan den Gemeenteraad
In Uwe vergadering van 26 Juli 1921 werd overeen
komstig de nos. 3 en 4 van het voorstel van 19 Mei/
9 Juni van dat jaar, opgenomen in bijlage no. 32, be
sloten
tot de inrichting van het voormalig hotel-Weidema,
Groot Schavernek no. 9, tot bureaux van Gemeente
werken, Woningbedrijf, Woningbeurs en Woningtoe
zicht volgens de plannen door den Directeur der Ge
meentewerken ingezonden bij brieven van 27 April 1.1.
no. 747 en 3 Juni 1.1. no. 482 en daarvoor aan Burge
meester en Wethouders een crediet te verleenen van
f 31,000.—
Burgemeester en Wethouders uit te noodigen
aan den Raad nadere plannen en begrootingen in te
dienen
a. voor den bouw van een nieuw politiebureau ter
plaatse van de tegenwoordige gebouwen van Gemeente
werken, de Openbare Leeszaal, het kantoor van den
Gemeente-Ontvanger en de Muziekschool, een en ander
op den hoek van de St. Jacobsstraat en het Gouver
neursplein
b. voor de inrichting van het tegenwoordig bureau
van politie ten dienste ter secretarie.
Op onze opdracht heeft de Directeur der Gemeente
werken zich dadelijk, zoodra gebleken was dat bij het
Gedeputeerd college tegen de uitgaven geen bezwaren
zouden zijn, gezet aan de uitwerking van de plannen
voor het nieuwe bureau van Gemeentewerken. Intus-
schen kwam, toen deze uitwerking reeds in een verge
vorderd stadium van uitvoering was gekomen, de zaak
onder een geheel nieuw licht te staan door het beschik
kingsrecht dat de gemeente herkreeg over de Infirmerie,
die, eigendom der gemeente, aan het Rijk voor militaire
doeleinden was afgestaan en daarvoor niet langer noodig
was. In verband met de gunstige plaats, niet ver van
het Stadhuis en de Gemeentewerf, rees de vraag of een
deel van het gebouw niet in plaats van het voormalig
hotel Weidema voor den dienst van Gemeentewerken
ware in te richten. Dit zou daarenboven de Directeur
heeft (zie bijlage no. 32 van 1921) tegen den grooteren
afstand van het Groot Schavernek van Stadhuis en werf
altijd eenige bedenking gehad allicht het voordeel
hebben van geringere kosten van inrichten. Bovendien
kan met de verbouwing dadelijk worden begonnen, ter
wijl voor de gezinnen, in Weidema ondergebracht, nog
eerst plaats zou moeten worden gevonden. Ten slotte
kan als bijkomstig voordeel worden geboekt dat op
kosten van concierge, schoonhouden, centrale verwar
ming zou worden bespaard als tegelijkertijd in het Mi
litair Hospitaal nog andere diensten, waarvoor nog alles
zins ruimte over zou blijven, en waarover hieronder
nader, plaats zouden kunnen vinden.
Vanzelf kwamen door een en ander bij ons college
de plannen voor uitbreiding van secretarie en politie
bureau weer in bespreking. Zou, zoo hebben wij ons
afgevraagd, wellicht een goedkoopere oplossing moge
lijk zijn dan die den 26 Juli 1921 werd aangenomen, eene
oplossing, die rekening hield met de omstandigheid dat
het bureau Controle der belastingen zoo zeer is inge
krompen en daarvoor dan ook niet meer bestemd is een
gedeelte van het gebouw aan den Nieuweweg, waar in-
tusschen de Intercommunale Waterleiding hare kantoren
heeft gekregen, zoodat Controle en Verificatie in het
Stadhuis onderdak zouden kunnen vinden en ook het
Ontvangerskantoor kan blijven waar het nu is. Voor
uitbreiding der secretarie zou dan dus meer ruimte ter
beschikking moeten staan dan het politiebureau kan bie
den. Aldus rees het denkbeeld, naast het aanbrengen
van eenige noodige verbeteringen, dezen laatsten dienst
ter plaatse te laten en die te geven de secretariekamers
aan de zijde van het binnenpleintje, uitkomende op het
Hofplein, (thans de bureaux der afdeelingen Expeditie,
Burgerlijke Stand en Bevolking). In plaats van een
nieuw politiebureau zou dan een nieuwe vleugel aan het
Stadhuis moeten worden aangebouwd langs het Raad-
liuisstraatje met inbegrip van het hoekperceel aan de
St. jacobsstraat en de dienstwoning van den Commis
saris van Politie. De voor de secretarie aldus te verkrij
gen vlakke grond is iets grooter dan de oppervakte' van
de oude Hoofdwacht, verminderd met de reeds bij de
secretarie in gebruik zijnde kamers, maar in verticale
richting zou veel meer ruimte worden verkregen dan bij
het oude plan. Een groote moeilijkheid schuilt in de
eischen die uit architectonisch oogpunt aan dezen
nieuwen aanbouw moeten worden gesteld. Wij ontvein
zen ons die niet en mede niet de bezwaren, gelegen in
de oplossing van het vraagstuk om dien aanbouw zoo
te doen geschieden, dat later, zij het na vele jaren, in
aansluiting aan hetgeen eens ter plaatse van het politie
bureau zal worden gesticht, ook inwendig, een goed
geheel kan worden verkregen. Van de richting, waarin
voor een juiste opheffing der moeilijkheden moet worden
gezocht, zullen Burgemeester en Wethouders zich nog
nader rekenschap geven en de definitieve plannen zullen
Uwe Vergadering te zijner bereiken en aan haar
eindoordeel worden onderworpen. Genoeg zij thans aan
te teekenen dat ook naar het vöorloopig oordeel van
den Secretaris en den Directeur der Gemeentewerken
ter aangewezene plaatse de noodige ruimte verkrijgbaar
is. Het perceel waar Gemeentewerken thans is gehuis
vest kan dan worden ingericht voor woning van den
Commissaris. Dit pand was tot voor kort woonhuis en
het is, evenals de tegenwoordige dienstwoning, gelegen
in de onmiddellijke nabijheid van het politiebureau.
Gaat de Raad met dezen nieuwen opzet der plannen
accoord, dan wordt een niet onbelangrijke kostenbe
sparing verkregen, waarbij echter wel rekening ge
houden moet worden met het feit dat de ramingen van
nu in een goedkooperen tijd zijn opgezet.
In 1921 is gerekend op:
bouw nieuw politiebureau 175.000.
inrichting hötel tot bureau gein.werken 31.000.
inrichting politiebureau tot secretarie 10.000.
inrichting gebouw Nieuweweg voor ont
vanger, controle en verificatie met
aankoop opstal30.000.
246.000.—
Thans: inrichting deel militair hospitaal
voor gemeentewerken18.200.
inrichting bureau gemeentewerken tot
woning commissaris6.500.
stichting vleugel Stadhuis 100.000.
124.700.—
Ook al zijn de cijfers, gelijk zooeven gezegd, niet ge
heel zuiver vergelijkbaar, dat bij dezen nieuwen opzet
aanmerkelijk zal worden bezuinigd is wel duidelijk. Er
is dan ook geen reden meer om langer het gebouw
Weidema te houden en wij stellen ons voor dat dit te
gelegener tijd van de hand zal kunnen worden gedaan.
Anders is dit met het perceel hoek WcerdRaadhuis
plein, dat vrij komt, en het huis Nauta, dat voorloopig
voor muziekschool zal kunnen blijven dienen. Beide in
het centrum der stad en nabij het Stadhuis gelegen moet
de gemeente niet meer uit handen geven; het eerste kan,
zoodra het vrij komt, worden verhuurd.
Behalve voor Gemeentewerken biedt de Infirmerie
ook nog ruimte voor het onderbrengen van andere
diensttakken, voor eerst van een deel van den te reor-