bijl. no. S3. Bijlage no. 33. Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1924. a. op vleesch, waarvan de invoer krachtens artikel 9 der wet zonder nader onderzoek geoorloofd is; b. op vleeschwaren, die, verpakt in hermetisch ge floten blikken, potten of flesschen, worden ingevoerd en verkocht; c. op gesmolten vet; d. op magen en darmen; e. op vleesch en vleeschwaren per postpakket in gevoerd; op vleesch en vleeschwaren, per spoor aange voerd, mits dezelve gedurende de uren, waarop de invoer overigens verboden is, niet van het station wor den verwijderd en bij verwijdering van het station recht streeks en zonder oponthoud van het station langs den kortsten weg naar het daarvoor bestemde lokaal in het openbaar slachthuis worden vervoerd, teneinde aldaar, tegen betaling der verschuldigde rechten, de keuring te doen geschieden; g. op vleesch, dat afkomstig is van slachtdieren, geslacht en gekeurd in het openbaar slachthuis, deze gemeente is uitgevoerd, mits bij den weder-invoer de vereischte goedkeuringsmerken nog op duidelijk zicht bare wijze op het vleesch aanwezig zijn, of waarvan de vervoerder het bewijs levert, bij het ontbreken van deze merken, dat het afkomstig is van dieren, als hiervoor bedoeld. 2. De invoerder van het in het vorige lid sub a bedoelde vleesch is verplicht zorg te dragen, dat dit vleesch zoodanig is verpakt en op de verpakking van namen en adressen voorzien zij, dat duidelijk blijkt voor wien het bestemd is en van wien het afkomstig is. a. op vleesch, waarvan de invoer krachtens artikel 9 der wet zonder nader onderzoek geoorloofd is, alsmede op vleeschwaren, ingevoerd bij een hoeveelheid van ten hoogste twee kilogram, indien de persoon, voor wien zij bestemd zijn, en de, met hem samenwonende, per sonen niet werkzaam zijn in het slagersbedrijf, in het bedrijf der verduurzaming of bereiding van vleesch of in den handel in vleesch of vleeschwaren; b. op vleeschwaren, die, verpakt in hermetisch ge sloten blikken, potten of flesschen, worden ingevoerd en verkocht; c. op gesmolten vet; d. op magen en darmen; e. op vleesch en vleeschwaren per postpakket in gevoerd; op vleesch en vleeschwaren, per spoor aange voerd, mits dezelve gedurende de uren, waarop de invoer overigens verboden is, niet van het station wor den verwijderd en bij verwijdering van het station recht streeks en zonder oponthoud van het station langs den kortsten weg naar het daarvoor bestemde lokaal in het openbaar slachthuis worden vervoerd, teneinde aldaar, tegen betaling der verschuldigde rechten, de keuring te doen geschieden; g. op vleesch, dat afkomstig is van slachtdieren, geslacht en gekeurd in het openbaar slachthuis, deze gemeente is uitgevoerd, mits bij den weder-invoer de vereischte goedkeuringsmerken nog op duidelijk zicht bare wijze op het vleesch aanwezig zijn, of waarvan de vervoerder het bewijs levert, bij het ontbreken van deze merken, dat het afkomstig is van dieren, als hiervoor bedoeld. 2. De invoerder van het vleesch en de vleeschwaren, bedoeld in het vorige lid sub a, is verplicht zorg te dragen, dat dit vleesch en deze vleeschwaren zijn ver pakt en op de verpakking zoodanig van namen en adressen voorzien zijn, dat duidelijk blijkt voor wien zij bestemd zijn en van wien zij afkomstig zijn. III. de overige artikelen van het aangehaalde besluit opnieuw ongewijzigd vast te stellen. Leeuwarden, 19 De Raad voornoemd, 420 Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1924. VERSLAG van Rapporteurs omtrent het verhan delde in de sectie-vergaderingen van den gemeenteraad over de ontwerp-begrootingen voor het dienstjaar 1925 (bijlagen no. 31 van 1924 en nos. 1 en 2 van 1925). ALGEMEENE BESCHOUWINGEN. Meerdere leden achtten den tijd voor de bestu deering der begrooting te kort gesteld. Dit gold naar hunne meening eveneens voor belangrijke raadsstukken, die minstens 14 dagen vóór de be handeling in den Raad, in het bezit der leden be lmoren te zijn. Een der leden was van oordeel, dat het ongewenscht is de stukken op Zondag ter visie te leggen. Van andere zijde werd dit beaamd, doch erkende men de moeilijkheid voor sommige leden om op andere dagen voldoenden tijd voor de bestudeering te vinden. Men wenschte den maatregel dan ook wel te besten digen, doch dan uiterlijk tot 1 uur 's namiddags. Door een der leden werd gevraagd, welke plannen Burgemeester en Wethouders hebben omtrent de ver bouwing van het stadhuis. De houding van een der te- gewoordige wethouders bij de behandeling van het door het vorig college ingediende plan, had bij dit lid de verwachting opgewekt, dat van hem de indiening van een gewijzigden opzet kon worden tegemoet gezien. Het zelfde lid drong aan op voorziening in den toestand, die zou ontstaan bij het uitbreken van besmettelijke ziekten. Voorts vond hij het geraamde bedrag voor den bouw van een nieuwe brug over het Vliet te hoog, hoe wel hij met Burgemeester en Wethouders van oordeel is, dat een oplossing hier gewenscht is, onafhankelijk van het groote verkeersplan. Enkele leden wenschten over te gaan tot verhaal op de ambtenaren en werklieden van de te hunnen behoeve gestorte pensioenpremiën. Volgens hunne meening moe ten verschillende zaken op afdoening wachten wegens het ontbreken van de noodige middelen, terwijl naar hun oordeel het personeel te hoog wordt beloond. Zij vonden de verhouding in bezoldiging tusschen particuliere en gemeentelijke werknemers onjuist en achtten zich niet verantwoord de belastingpenningen, mede opgebracht door particuliere werknemers, te benutten tot bevoor rechting van het overheidspersoneel. BEDRIJFSBEGROOTINGEN. GEMEENTEWERKEN. Gewone dienst. Gevraagd werd naar de oorzaak, dat vele onderhouds- en aanschaffingsposten zooveel lager geraamd zijn dan vorige jaren. Meerdere leden vroegen of Burgemeester en Wethou ders nu nog niet tot de conclusie waren gekomen dat er aan het huidige systeem van straatmaken ernstige touten kleven. Men verwachtte van de uitvoering der bestratingen in eigen beheer aanmerkelijke verbetering, daar nu de beste krachten de stad verlaten en minder geroutineerden overblijven. Voorts werd gevraagd of Burgemeester en Wethouders al een beslissing hebben genomen ten aanzien van de los-vaste werklieden. Volgnummer 90. Uitgaven ten behoeve van het gemeentelijk grondbedrijf. Gevraagd werd naar de oorzaak van het groote verschil vergeleken bij vorige jaren. Volgnummer 95. Bijdragen in de kosten van voort durend onderhoud der van particulieren overgenomen straten. Gevraagd werd welke maatregelen Burge meester en Wethouders denken te nemen wanneer, door de tegenwerking van enkele bewoners, de overname van straten nog niet kan plaats hebben, terwijl het meeren- deel zich tot overdracht bereid heeft verklaard. Men meende dat een wijziging der verordening was toege zegd. Volgnummer 107. Men drong er op aan méér red dingsmiddelen bij de bruggen aan te brengen. Volgnummer 110. Onderhoud van de badinrichting aan den Wissesdwinger. Enkele leden drongen aan op het heffen van een hooger tarief op drukke dagen, ten einde daardoor op die dagen den drukken toeloop te doen verminderen. Eventueel zou dan op andere dagen een lager tarief kunnen worden gevraagd. Andere leden wa ren daarentegen van oordeel dat de oplossing moest worden gezocht in het instellen van goedkoope dagen en van lagere tarieven, vooral wanneer door kinderen uit één gezin gelijktijdig van de badgelegenheid werd gebruik gemaakt. Voorts werd aangedrongen op het stichten van méér badgelegenheden op andere plaatsen in de stad. Ook werd het stichten van een zweminrichting bepleit. Volgnummer 111. In verband met de verlaging van dezen post werd geklaagd over het geringe aantal uri noirs, vooral in de buitenwijken. Een lid vroeg of de nieuw geplaatste urinoirs niet te duur zijn. Volgnummer 112. Gevraagd werd of de gemeente wel genoeg doet aan het beschikbaar stellen van sport terreinen. I3oor sportclubs wordt dikwijls geklaagd over te weinig sportgelegenheden, dit in tegenstelling met andere gemeenten. Volgnummer 115. Verschillende leden klaagden over den slechten toestand der bestrating, ondanks de verhoo ging van dit volgnummer op de vorige begrooting. Door de geheele stad is voorziening gewenscht. Ten aanzien van nieuwe straten werd de klacht geuit, dat deze niet spoedig genoeg opnieuw worden bestraat, met het ge volg, dat groote oneffenheden ontstaan, welke zeer hin derlijk zijn voor het rijverkeer en schadelijk voor de aan liggende woningen. De aandacht werd gevestigd op den slechten toestand van het eerste gedeelte van den Harlin- gerstraatweg en aangedrongen op afdoende verbetering, mede door het aanbrengen van trottoirs aan beide zijden. Tevens werd gevraagd den Nieuwen Hollanderdijk en de Fabriekssteeg op te nemen in de lijst van de te verbe teren straten. Met nadruk werd er op gewezen, dat telkens pas aangelegde straten worden opgebroken voor kabel- of buislegging. Men drong aan op meer overleg bij de verschillende diensten. Betreurd werd, dat nog steeds winkelwaren worden uitgestald op plaatsen waar dit verboden is. Volgnummer 120a. Enkele leden achtten een bedrag van 10.000.voor het baggeren der grachten te hoog. Volgnummer 123. Een der leden betreurt het, dat de Noordersingel wordt ontsierd, doordat deze als ligplaats is aangewezen voor woonschepen. Volgnummer 125. Een lid stelde de vraag, wie belast is met de keuring van de brandstof voor de verwarming van de gemeente-gebouwen. Hij meende dat dit het beste aan de gasfabriek kon worden opgedragen. Volgnummer 127. De opmerking werd gemaakt of de in gemeentedienst zijnde behanger niet kan worden belast met het onderhoud der gordijnen, welke post meermalen op de begrooting voorkomt. Volgnummer 129. Geklaagd werd over de verwoes ting der plantsoenen door losloopende honden. Men meende in verhooging der hondenbelasting een middel te hebben om dit euvel tegen te gaan. Volgnummer 133. Meerdere leden drongen aan op het planten van meer boomen in de stad. Naar hunne mee ning komen verscheidene straten, zoowel in de binnen stad als in de buitenwijken, voor beplanting in aanmer king, hetgeen het stadsschoon zou bevorderen en ook hygiënisch nuttig zou zijn. Volgnummer i34. Meerdere leden stelden de vraag wat Burgemeester en Wethouders denken te doen met de oude Oosterbrug. Men meende dat deze kon dienen ter vervanging van de Verwersbrug, waar de toestand 421

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1924 | | pagina 206