Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1925.
De ontvangbewijzen van voorschotten uit de ge
meentekas, Register letter N, ieder ten bedrage van
duizend gulden, geteekend door den voorzitter en den
secretaris der commissie, worden door hem ingevuld,
genummerd en geparafeerd.
Hij zorgt, dat, wanneer gelden van den gemeente
ontvanger zijn ontvangen, aan Burgemeester en Wet
houders worde kennis gegeven van het aantal, de data
en de nummers der afgegeven ontvangbewijzen.
De afrekening der rente heeft plaats bij het sluiten
van ieder dienstjaar.
Nadat de rekening van den directeur deswege door
de commissie goed bevonden is, wordt die door hem
met het register ten kantore van den gemeente-ontvan
ger vergeleken en gesloten en Burgemeester en Wet
houders het bedrag der renten opgegeven. Die renten
worden verantwoord op het dienstjaar, waartoe zij be
trekking hebben.
Art. 19.
Hij zorgt, dat in den regel niet meer dan twee duizend
gulden in kas blijft.
Iedere volle duizend gulden boven dat bedrag wordt
door hem gestort bij den gemeente-ontvanger tegen
inwisseling van het oudste in datum der afgegeven
ontvangbewijzen, dat op de keerzijde, door den ge
meente-ontvanger voor kwitantie en door het lid
secretaris der commissie voor „gezien" geteekend, op
zijne plaats in het register wordt gehecht.
Dit register wordt door den voorzitter genummerd en
iedere bladzijde daarvan geparafeerd.
Ook van de intrekking der ontvangbewijzen doet de
directeur mededeeling aan Burgemeester en Wethouders.
Art. 1.
De directeur der gemeentewerken staat onder de
onmiddellijke bevelen van burgemeester en wethouders.
Art. 2, 2e lid.
Hij houdt voortdurend toezicht op alle gemeente
werken, zooals die in art. 1 der verordening, regelende
den rang, het getal, de benoeming, de bezoldiging enz.
der ambtenaren en werklieden van de gemeentewerken
zijn aangeduid.
Art. 3, 2e en 3e lid.
Hij regelt de werkzaamheden van den hoofdopzichter,
de opzichters, den teekenaar en de klerken aan zijne
afdeeling verbonden, behoudens wat den opzichter van
de plantsoenen betreft, de bijzondere bepalingen die
voor dezen worden vastgesteld.
Intusschen ziet hij toe dat deze opzichter de bijzon
dere voor hem geldende voorschriften naar behooren
opvolgt.
Art. 7.
Het kantoor der gemeentewerken is voor het publiek
II.
Artikel 19 vervalt en wordt vervangen door het vol
gende artikel 19
Hij zendt jaarlijks vóór 1 April aan de commissie in
de stukken genoemd in artikel 15, lett. a tot en met
van het reglement voor de Stads bank van leening.
III.
Art. 35 wordt onder N gelezen
„Register van bij de centrale kas gestorte en opge
nomen kapitalen."
O. de instuctie voor den directeur der gemeente
werken (gemeenteblad 1911 no. 42) te wijzigen als
volgt
I.
Aan art. 1 wordt een nieuw tweede lid toegevoegd
luidende als volgt
Hij is gehouden tot hetgeen door de verordeningen,
de gemeentewerken betreffende, tot zijne verplichtingen
wordt gebracht.
II.
Het 2e lid van art. 2 wordt gelezen als volgt
Hij houdt voortdurend toezicht op alle gemeente
werken, zooals die in art. 1 der verordening, regelende
den rang, het getal, de benoeming, enz. der ambtenaren
van de gemeentewerken zijn aangeduid.
III.
Het 2e lid van art. 3 wordt gelezen als volgt
Hij regelt de werkzaamheden van het personeel, aan
zijne afdeeling verbonden, behoudens wat den techni-
schen ambtenaar voor de plantsoenen betreft, de bij
zondere bepalingen die voor dezen worden vastgesteld.
Het 3e lid van art. 3 vervalt.
IV.
Art. 7 wordt gelezen als volgt
392
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1925. Bijl. HO. 20.
geopend van 's voormiddags 9 tot 's namiddags 5 uur,
uitgezonderd op zon- en algemeene christelijke feest
dagen.
Zooveel mogelijk moet de directeur van 's voormid
dags 912 uur aan het bureau aanwezig zijn. Wordt
hij hierin verhinderd, dan zorgt hij, dat hij gedurende
dien tijd wordt vervangen door den hoofdopzichter.
Art. 9.
Het is hem verboden, aakoopen te doen of leveringen
toe te zeggen, tenzij met machtiging van burgemeester
en wethouders.
De aanschaffing van kantoorbehoeften, gereedschap
pen en materialen voor de in eigen beheer uit te voeren
werken, is hiervan uitgezonderd.
Art. 10, 2e en 3e lid.
Hij gaat alle door de opzichters noodig geachte last
gevingen tot levering zorgvuldig na en onderteekent,
bij goekeuring, de daarvoor te verstrekken bons.
Alle rekeningen van leveringen en alle betalingslij sten
van arbeidsloon enz. worden door hem onderzocht en
na goedkeuring voor „gezien" geteekend, met verwij
zing naar het artikel der gemeente-begrooting van in
komsten en uitgaven, waaruit de betaling zal moeten
geschieden.
Art. 11, le lid.
Hij ziet toe, dat de afzonderlijke posten van de
gemeente-begrooting voor zooveel het beheer der
gemeentewerken betreft, niet worden overschreden,
zonder daartoe vooraf de noodige machtiging te hebben
ontvangen.
Art. 12, 2e lid.
Hij zorgt voor eene goede bewaring en ordelijke rang
schikking van alles wat tot het archief behoort, alsmede
voor eene juiste bijhouding der verschillende registers
tot zijn beheer en administratie betrekkelijk. Met name
zorgt hij, dat op zijn kantoor steeds voorhanden zij een
register tot inschrijving van de door de ambtenaren der
stadsreiniging en de ambtenaren en bedienden van
politie ontdekte gebreken aan voorwerpen, bedoeld bij
art. 179 lett. h der gemeentewet.
Art. 13, 2e en 3e lid.
In de gewone vergaderingen van burgemeester en
wethouders brengt hij verslag uit omtrent de afgeloopen
werken en doet hij voorstellen omtrent hetgeen voor
ziening eischt.
Hij dient den directeur der gemeentelijke gasfabriek
en dien der stadsreiniging van raad en medewerking,
voor zooveel betreft het onderhoud, de vernieuwing of
stichting van gebouwen tot die takken van dienst be-
hoorende en ontwerpt de daartoe noodige plannen en
bestekken.
Het kantoor der gemeentewerken is voor het publiek
geopend op werkdagen, uitgezonderd des Zaterdags,
van des voormiddags 8'/2 tot des namiddags \2x/2 uur
en des namiddags van 2 tot 5/2 uur. Des Zaterdags is
het kantoor geopend van 8'/2 uur des voormiddags tot
1 uur des namiddags.
De directeur is zooveel mogelijk van 's voormiddags
912 uur aan het bureau aanwezig.
V.
Aan art. 8 worden een nieuw 2e en 3e lid toegevoegd,
luidende
Ieder jaar maakt hij een inventaris op van alle on
roerende en roerende goederen, op den laatsten werk
dag der maand December tot het bedrijf behoorende,
ingericht volgens het hem door Burgemeester en Wet
houders te verstrekken model.
Hij vergelijkt dezen inventaris met het register voor
in- en uitslag van magazijngoederen, door den boek
houder gehouden, en stelt hem geteekend en met zijn
opmerkingen voorzien, den boekhouder ter hand, om bij
de rekening te worden overgelegd.
VI.
Het 2e lid van art. 9 wordt gelezen
De aanschaffing van kantoorbehoeften en gereed
schappen is hiervan uitgezonderd.
VII.
In het 2e lid van art. 10 wordt voor het woord „op
zichters" gelezen de woorden „technische ambtenaren".
In het 3e lid van art. 10 vervallen de woorden: „met
verwijzing naar het artikel der gemeentebegrooting van
inkomsten en uitgaven waaruit de betaling zal moeten
geschieden."
VIII.
Het le lid van art. 11 wordt gelezen als volgt
Hij ziet toe, dat de afzonderlijke posten van uitgaaf
der begrooting van gemeentewerken niet worden over
schreden, zonder daartoe vooraf de noodige machtiging
te hebben ontvangen.
IX.
In het 2e lid van art. 12 wordt voor het woord „stads
reiniging" gelezen: „gemeentereiniging" en in het 4e
lid van dat artikel voor „opzichters" „technische
ambtenaren".
X.
Het 2e lid van art. 13 vervalt.
In het 3e lid van dat artikel wordt voor het woord
„gasfabriek" gelezen: „lichtbedrijven" en voor „stads
reiniging" „gemeentereiniging".
393