Bijl. no. 5. Bijlage no. 5. Bijlage tot liet verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1926. ONTSIERENDE RECLAME. Aan den Gemeenteraad. Het toenemen van licht- en andere reclameteekens heeft de aandacht van de Schoonheidscommissie ge trokken, ook voor zoover zij niet reeds aan haar werden voorgelegd; dit laatste is het geval met vóór de gevellijn uitstekende uithangborden, e. d., die krachtens art. 62 der Bouwverordening slechts onder goedkeuring van Burgemeester en Wethouders mogen worden aange bracht. De niet hieronder vallende reclames zijn in de eerste plaats die, welke op de daken worden geplaatst en voorts de op den gevel geschilderde of op andere wijze plat hiertegen bevestigde reclames. Vooral tegen de eerste, voor zoover zij ontsierend op het stadsbeeld werken, heeft de Schoonheidscommissie bezwaren. Hoe wel men zich een modern zakenkwartier tegenwoordig niet meer denken kan zonder de velerlei reclameteekens, waarvan sinds korten tijd de lichtreclames tot de meest gezochte behooren, en die iets levendigs geven dat men ongaarne geheel missen zou, kan toch gereedelijk worden toegegeven dat de in de avonduren vroolijk aandoende illuminatie vaak niet opweegt tegen de lee- lijke houten stellages, die men in het daglicht hiervan te aanschouwen krijgt. Trouwens, ook de Schoonheids commissie wil niet anders dan zorgen dat de reclame niet ontsierend werkt en met dien wensch gaat de commissie voor het ontwerpen van strafverordeningen accoord. Men kan hierbij op verschillende wijze te werk gaan preventief, zoodat voor elke aan te brengen reclame vergunning van Burgemeester en Wethouders moet worden aangevraagd, of repressief, zoodat eerst als blijkt dat het teeken op zichzelf of in verband met de omgeving minder fraai aandoet, het verwijderd kan worden. Voor het laatste gevoelt de commissie het meest juist waar het lichtreclames betreft, zal vaak pas na aanschouwing blijken dat verwijdering of alleen wijziging uit een oogpunt van welstand gewenscht is. Dit stelsel wordt in Alkmaar toegepast, waarbij echter de aanvullende bepaling geldt, die ook de commissie voorkomt billijk te zijn tegenover de betrokkenen, dat de mogelijkheid bestaat zich van te voren van de goed keuring van Burgemeester en Wethouders te verzekeren. Eene dergelijke vergunning wordt echter, evenals te Alkmaar, voor niet langeren tijd verleend dan voor vijf jaar. De plaats, waar eene dergelijke verbodsbepaling thuis behoort, komt ons voor de Bouwverordening te zijn en wel hoofdstuk VI, dat o. a. voorschriften van welstand geeft en waarin dan een nieuw artikel zal moeten worden opgenomen. Bij de redactie is er reke ning mee gehouden dat, zoo noodig, ook ingegrepen kan worden, indien open terrein wordt gebezigd om reclameborden op te richten. Op grond van het bovenstaande heeft de commissie de eer U voor te stellen te besluiten tot wijziging der Bouwverordening, volgens het hieronder afgedrukt ontwerp. Leeuwarden, 16 Januari 1926. De Commissie voor het ontwerpen van Strafverordeningen. de Voorzitter, J. M. VAN BEYMA. ONTWERP. De Raad der gemeente Leeuwarden; gelet op het voorstel der Commissie voor het ont werpen van Strafverordeningen; besluit vast te stellen de navolgende VERORDENING tot wijziging der Bouwveror dening. Art. I. Na art. 64bis wordt ingevoegd een nieuw art. 64ter, luidende als volgt Het is den eigenaar of erfpachter van een gebouw, een erf, of een erfafscheiding verboden daarop of daar aan op eenigerlei wijze een van de openbare straat af zichtbaar reclameteeken te hebben, waaromtrent Burge meester en Wethouders bij aanschrijving hebben te kennen gegeven dat dit wegens zijn ontsierend karakter moet verwijderd of op nader aangegeven wijze veran derd worden. Het verbod in het vorig lid is niet van toepassing, indien Burgemeester en Wethouders tot het aanbrengen van het reclameteeken op door hen te stellen voor waarden schriftelijk vergunning hebben verleend, welke vergunning echter slechts voor een tijd van ten hoogste vijf jaren kan gegeven worden. Art. II. Deze verordening treedt in werking op 1 Februari 1926, met dien verstande dat zij voor de op dien dag reeds aanwezige reclameteekens in werking treedt op 1 Februari 1927. Leeuwarden, 19 De Raad voornoemd, 353

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1926 | | pagina 167