bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1926.
WONINGBEDRIJF.
Blijkens de Memorie van Antwoord op het Voorloopig
Verslag van de Tweede Kamer der Staten-Generaal,
betreffende de Staatsbegrooting voor 1926, zijn van de
Regeering voorloopig geen verdere maatregelen te
wachten, welke kunnen leiden tot afschrijving van
bouwkosten op met Rijksvoorschot gebouwde woningen.
Niettemin is ons College ten deze diligentmet name
worden, zulks in samenwerking met andere gemeenten,
stappen bij het Rijk voorbereid, ten einde te komen tot
een verlaging van de rente der Rijksvoorschotten.
Overlegging van een volledige en overzichtelijke lijst
der inkomsten en huren van de bewoners van gemeente
en vereenigingswoningen is thans nog niet mogelijk.
GASFABRIEK.
De belooning van een plaatswerker, die bij nacht een
stoker moet vervangen, geschiedt in verband met art.
24, lid 4, van het Werkliedenreglement, in dier voege,
dat dit artikel (25 van en boven het uurloon van een
plaatswerker) slechts wordt toegepast wanneer de ver
vanging van een werkman drie dagen of korter duurt.
Duurt zij langer, dan wordt van den aanvang der werk
zaamheden af het derde lid van art. 28 van genoemd
reglement (hoogere loonklasse, t. w. loon van een
stoker) op den werkman toegepast.
De verhooging van het bedrag voor straatverlichting
is toe te schrijven aan de uitbreiding van het aantal
gaslantaarns. In 1925 waren gemiddeld ongeveer 137
lantaarns in gebruik, terwijl dit aantal op 1 October j.l.
178 bedroeg. Voor 1927 is gerekend op 200 stuks.
Wat de vraag omtrent de geraamde hoeveelheid
steenkolen betreft, worde opgemerkt, dat bij de begroo
ting voor 1926 het gemiddelde van de verwerkte kolen
in de jaren 1922, 1923 en 1924 is aangenomen. Voor
1927 is gerekend naar het gemiddelde over de eerste
drie maanden van het jaar 1926, vermits deze verge
lijking met de werkelijkheid beter overeen blijkt te
komen.
EL ECTRICITEITBEDR1JF.
Dat volgens de begrooting voor 1926 het aantal in
woners op 1 Januari 1927 werd geschat op 47.352 en
volgens de ontwerp-begrooting voor 1927 op 47.261,
d. i. 91 minder, vindt zijn oorzaak hierin, dat voor 1926
was uitgegaan van het bekende aantal zielen op 1 Ja
nuari 1925 en van de toeneming der bevolking over
1922, 1923 en 1924, terwijl, zooals in de toelichting bij
volgno. 1 staat vermeld, voor 1927 is uitgegaan van het
bekende aantal inwoners op 1 januari 1926 en de toe
neming in 1923, 1924 en 1925. V/aar nu die toeneming
in het eerste geval totaal 1953 personen bedroeg en in
het tweede geval 1386, is het begrijpelijk, dat zich ver
schillen, als waarop in het verslag de aandacht wordt
gevestigd, kunnen voordoen.
Naar aanleiding van de vraag in zake de winstderving
als gevolg van de verlaging der meterhuur, zij in herin
nering gebracht het besluit van den Raad d.d. 8 Juni
j.l., waarbij die huur met ingang van 1 Januari 1926
met 50 werd verlaagd. Zooals in ons desbetreffend
voorstel (bijlage no. 12) te lezen staat en in de toelich
ting tot volgno. 8 der ontwerp-begrooting is herhaald,
werd de winstderving toen op 10.500.-— begroot, bij
een geraamde opbrengst van f 23.184.Hiermede
rekening houdend, hebben wij voor 1927 den post
meterhuur met een gelijk bedrag verlaagd.
Een der leden acht het onbillijk, dat de aanvrager van
een gas- of electriciteitsmeter het plaatsen van den
meter moet betalen, terwijl latere bewoners van het per
ceel daarvan zijn vrijgesteld. Wij zouden het echter veel
eer onbillijk vinden wanneer, indien een gasverbruiker
een perceel verlaat en dit wordt betrokken door een
ander, die ook gas wil gebruiken, de plaatsingskosten
andermaal aan den nieuwen bewoner in rekening wer
den gebracht. De plaatsing van electriciteitsmeters ge
schiedt kosteloos.
Te zijner tijd zal tot verbetering van de verlichting
in de Van Swietenstraat en de Baljeestraat worden over
gegaan.
GEMEENTEREINIG1NG.
Het nieuwe terrein is sedert 15 Februari 1926 geheel
in gebruik, met uitzondering van de berging van een
gedeelte der faecaliën. Dat tot dusverre nog faecaliën
naar het oude terrein moesten worden gebracht, vindt
zijn oorzaak in de omstandigheid, dat de autotractie
nog niet ten volle bij den tonnendienst is ingevoerd.
Uit ons, inmiddels aangenomen, voorstel tot het be
schikbaar stellen van de gelden, benoodigd voor het
aanschaffen van nog een tractor en zes aanhangwagens,
kan den Raad bekend zijn, dat zeer binnenkort alle
faecaliën uitsluitend naar het nieuwe terrein zullen
worden vervoerd.
Gelijk op buiten gelegen terreinen meer het geval is,
zijn de werklieden op het nieuwe land „aan weer en
wind blootgesteld". Afsluiting van de loodsen „aan de
windzijde" stuit op de moeilijkheid, dat de wind niet
steeds uit denzelfden hoek waait. Een afsluiting zou
bovendien een goed overzicht over het terrein belem
meren.
Het verschil tusschen de verliescijfers van 1925 en
1927 kan als volgt worden verklaard
In de eerste plaats is in de ontwerp-begrooting voor
1927 aan meerdere rente opgenomen een som van
j 15.131.(zie volgnos. 47, 48 en 49) en vervolgens
is onder volgno. 66 een grooter bedrag voor afschrij
vingen geraamd van 13.786.Deze hoogere bedra
gen zijn een gevolg van het in gebruik nemen van het
terrein aan den Greunsweg, zoomede van de aanschaf
fing van auto's voor de tonnen- en sproeidiensten. De
berekening in het rapport van den Directeur der Reini
ging van 18 April 1923 was gebaseerd op de toen be
schikbare gegevens betreffende het dienstjaar 1922.
Wanneer nu het eindcijfer van 1922 vergeleken wordt
bij het begrootingscijfer voor 1927, dan blijkt, dat het
verliessaldo over 1922 275.649.bedraagt en dit voor
1927 op 243.932.— wordt geraamd. Dit lagere ver
liescijfer is mede een gevolg van de onder volgnos. 7
en 15 geraamde inkomsten van 9000.wegens ver
goeding voor het schoonmaken der veemarkt en
11.000.wegens verhaal van bijdragen voor eigen
en weduwen- en weezenpensioen, welke kosten in 1922
niet in ontvang konden worden verantwoord. Trekt men
dit totale bedrag ad 20.000.af van het verlies over
1922, dan blijkt, dat niettegenstaande de ingebruikneming
van het nieuwe terrein en de invoering der autotractie,
het verliescijfer voor 1927 nog 11.000.lager is
geraamd dan in bovenvermeld rapport van den Directeur
was becijferd, zulks niettegenstaande het feit, dat sedert
1922 een aanmerkelijke toeneming van de werkzaam
heden heeft plaats gehad als gevolg van de voortschrij
dende uitbreiding der stad.
Volgnummers 18 en 47. in antwoord op de vraag,
betreffende het hoogere bedrag, geraamd voor rente van
opgenomen kasgeld, zij medegedeeld, dat de gelden,
benoodigd voor den aankoop van de auto's voor de
tonnen- en sproeidiensten, ten bedrage van rond
50.000.opgenomen zijn bij de centrale kas, waar
voor een rente van 5 of 2500.—, verschuldigd is.
De resteerende 2000.vormt de rente, die naar ra
ming aan het centraal kasbeheer verschuldigd zal zijn
voor het opnemen van gelden voor het gaande houden
van den gewonen dienst.
452
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gi
BANK VAN LEENING.
De vraag, of het niet beter is den publieken verkoop
van niet ingeloste panden bij avond te houden, zullen
wij aan de Commissie voor de Stadsbank van Leening
overbrengen.
OPENBAAR SLACHTHUIS.
Aanvankelijk was het de bedoeling, den prijs van den
grond te stellen op 2.per M2., maar uit over
weging, dat het ten opzichte van het grondbedrijf bil
lijker en ook juister was, den prijs met de werkelijke
waarde van den grond in overeenstemming te brengen,
is die nader op 6.per Al2, bepaald. Voor het Open
baar Slachthuis, waarvan gebleken was, dat het zich
kon bedruipen, leverde dit geen bezwaar op.
Krachtens art. 20 van de bestaande beheersverorde-
ning (gemeenteblad no. 9 van 1925) komt de winst van
het bedrijf geheel aan de gemeente ten goede.
Met betrekking tot de aan den rijkssubontvanger der
accijnzen uitgekeerde vergoeding blijven wij van mee
ning, dat, zoolang de werkzaamheden van den sub
ontvanger voor een groot deel verricht worden in z.g.
gemeentetijd, waardoor de kans bestaat, dat voor een
deel der werkzaamheden, anders door hem verricht, een
hulpkracht moet worden in dienst genomen, de gemeente
op een gedeelte van de vergoeding aanspraak mag
maken.
GEMEENTEBEGROOTING.
Volgnummer 190. Een eigen drukkerij biedt onge
twijfeld voordeelen; er zijn echter ook niet onbelangrijke
bezwaren aan verbonden, in het bijzonder ten opzichte
van de huisvesting van een dergelijke inrichting. Intus-
schen heeft deze aangelegenheid onze aandacht.
Aanschaffing van een tweeden multigraph zou slechts
zin hebben bij gelijktijdige uitbreiding van het bedie
nend personeel.
Volgnummer 236. Er wordt bij voortduring op gelet,
dat niet onnoodig voorwerpen op de openbare straat
worden uitgestald of geplaatst.
Volgnummer 238. Over de aan de politie verstrekte
dienstkleeding is nooit de geringste klacht binnen ge
komen.
Volgnummer 271. De met het Bestuur van het Dia-
conessenhuis gevoerde correspondentie in zake de aan
besteding van werken en leverantie's, is gevoegd bij de
begrootingsstukken, die voor de Raadsleden ten Stad-
huize ter visie liggen.
Volgnummer 315. De bezoldiging van de betrekking
van directeur der algenieene begraafplaatsen, welke niet
den geheelen man eischt, is ingevolge het besluit van
den Raad d.d. 15 Juli 1924 op het tegenwoordige bedrag
bepaald, juist met het oog op de omstandigheid, dat deze
ambtenaar, naast zijn gemeentelijke functie, een deel
van zijn dag met andere werkzaamheden productief kan
maken.
Volgnummer 359. Aan de commissie voor de school
bioscopen is opgedragen de regeling van het kinemato-
grafisch onderwijs aan de leerlingen der lagere scholen.
Wanneer het belangstellende lid zich tot die commissie
wendt, zal aan zijn wensch om opgave van de dagen
en uren, waarop bedoeld onderwijs wordt gegeven, on
getwijfeld worden voldaan.
Volgnummer 537. Het is ons niet recht duidelijk,
waarom het hier aan het woord zijnde lid er op aan
dringt de regeling van de concerten in den Prinsentuin
over te laten aan de Commissie voor het Stedelijk
Orkest. Immers de wethouder, die meer in het bijzonder
met de regeling der Prinsentuin-concerten is belast, is
tevens voorzitter van de Raadscommissie voor het
Stedelijk Orkest.
van Leeuwarden, 1926. Bijlno. 3d.
Volgnummer 539. Waar nog het vorig jaar (zie
Handelingen van 9 December 1925, blz. 367) de Raad
met groote meerderheid dit subsidie heeft gehandhaafd
op grond, dat men niet elk jaar weer aan het bestaan
van het Stedelijk Orkest moet tornen waardoor de
muzikanten in hun bestaanszekerheid worden bedreigd
en het orkest in zijn rustige ontwikkeling wordt ge
stoord hadden wij niet gedacht, dat thans meerdere
leden toch weder tegen het verleenen van subsidie
zouden ageeren.
Volgnummer 545. Of men het algemeen belang met
een subsidie aan de Openbare Leeszaal al dan niet
gebaat acht, is een zaak, welke wij, nu deze post sinds
tal van jaren op de gemeentebegrooting is uitgetrokken,
hier ter plaatse buiten bespreking meenen te mogen
laten.
Naar geleidelijke vermindering van het bedrag der
subsidie wordt gestreefd; voor 1927 was zij echter niet
wel mogelijk.
Wij zullen de opmerkingen, in het verslag gemaakt
met betrekking tot verhooging der abonnementsgelden
en het gebruikmaken van de gratis lectuur, ter kennis
van het Bestuur der Openbare Leeszaal brengen.
Volgnummer 547. Deze post is uitgetrokken tot de
zelfde som als voor 1926 werd geraamd, aangezien dat
bedrag door ons voldoende werd geacht.
Volgnummer 559. De vraag, of het juist is, dat er
in het Stadsziekenhuis niet voldoende ruimte is voor de
patiënten van de Stads-Armenkamer, moet in ontken-
nenden zin worden beantwoord. Wel komt het een
enkele maal voor, dat het Ziekenhuis door het opnemen
van patiënten, anders dan op verzoek van de Stads-
Armenkamer, geheel bezet is. In zulk een geval wordt
echter de patiënt van de Armenkamer in het St. Boni-
facius-hospitaal ondergebracht.
Volgnummer 576. Naast het bedrag van 3.000.
onder dit volgnummer uitgetrokken voor bijdragen in
de kosten van verpleging van patiënten, o. a. in het
Friesch Volkssanatorium te Appelscha, hebben wij ge
meend in de ontwerp-begrooting voor 1927 ten behoeve
van gemeld sanatorium geen post te moeten opnemen.
Volgnummer 578. Met de restauratie van het voor-
I malig dakloozentehuis aan den Groningerstraatweg is
kort geleden een aanvang gemaakt.
Volgnummer 603. De gemeente is ongetwijfeld tot
de hierbedoelde uitgave, geraamd op 50.verplicht.
Men leze slechts het in de toelichting tot dit volgnummer
aangehaalde artikel 32 van het Koninklijk Besluit d.d.
19 Augustus 1920 (Staatsblad no. 712) in verband met
art. 10 der Wet op de Kamers van Koophandel 1920.
Volgnummer 157. Niet recht duidelijk is, wat hier
met „losloopende honden" wordt bedoeld. Wel kan
worden medegedeeld, dat aan de toepassing der ver
ordening tot heffing van de hondenbelasting zooveel
mogelijk de hand wordt gehouden; in den loop van
1926, bijv., is tegen onderscheidene personen proces
verbaal wegens overtreding van art. 8 dier verordening
opgemaakt.
Volgnummer 158. Er worden hier ter stede inder
daad tamelijk veel bazars gehouden; of er echter te veel
worden gehouden, is een quaestie van appreciatie.
Leeuwarden, 9 November 1926.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden.
L M. VAN BEYMA, Burgemeester
E. SCHOTMAN, Secretaris.
463