Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1932.
SECTIEVERSLAG.
aan Burgemeester en Wethouders verzocht om het
werk in Leeuwarden gelijkmatig onder de hier wonende
straatmakers te doen verdeelen.
MEMORIE VAN ANTWOORD.
beeld bij het sleuvenwerk op de Nieuwestad reeds een
rouleeringsstelsel toegepast. Het ligt in de bedoeling,
voor zoover zulks met het oog op de belangen van het
werk toelaatbaar is, in die richting voort te gaan.
Men klaagde over het feit, dat gebruikers van kuip
baden van de badinrichting aan den Wissesdwinger
dikwijls lang moeten wachten en vroeg, of daarin door
uitbreiding van de badinrichting te voorzien was. Het
vorige jaar werd aangedrongen op invoering van ge-
zinskaarten. Gevraagd werd of Burgemeester en Wet
houders hieraan aandacht hebben besteed.
Wij zijn bereid de noodzakelijkheid van uitbreiding
der gemeentelijke badinrichting ons tot dusver niet
overtuigend gebleken nogmaals te onderzoeken en
daarbij tevens de wenschelijkheid van invoering van
gezinskaarten onder het oog te zien.
Nu de kansen op het tot stand komen eener over
dekte bad- en zweminrichting gering schenen te zijn,
werd de vraag gesteld, of er ook nog kans zou bestaan
op het maken van een niet-overdekte inrichting, even
tueel in overleg met de commissie, welke voor eerst
genoemde inrichting bestaat.
In antwoord op een verzoek van de Commissie tot
oprichting eener overdekte zwem- en badinrichting om
financiëelen steun der gemeente bij het verwezenlijken
harer plannen de desbetreffende brief is alsnog te
Uwer inzage gelegd hebben wij haar onlangs doen
weten, dat wij hare voorstellen in de tegenwoordige
tijdsomstandigheden voor de gemeente te bezwarend
achten om daarop te kunnen ingaan. Wanneer de ge
noemde commissie met ons overleg zou wenschen te
plegen omtrent het maken van eene niet-overdekte
zweminrichting, dan zijn wij daartoe uiteraard gaarne
bereid. De tegenwoordige omstandigheden beletten ons
evenwel voorloopig, eigener beweging met een daartoe-
strekkend voorstel te komen.
Aangedrongen werd op een intensieve verbetering
van de sportterreinen aan de Fonteinstraat en dus op
verhooging van de post voor gewoon onderhoud.
De behoefte aan een „intensieve verbetering" van
de sportterreinen aan de Fonteinstraat achten wij
niet zoo groot, dat op het oogenblik het uittrekken van
extra gelden daarvoor voldoende gewettigd zoude zijn.
Men drong aan op de plaatsing van meer klokken
aan den buitenkant der stad en vroeg, of de wijzer
platen van de Oldehove niet electrisch konden worden
verlicht.
Het electrisch verlichten der wijzerplaten van de
Oldehove brengt, naar bij een bereids ingesteld onder
zoek gebleken is, meer technische moeilijkheden mede,
dan men oogenschijnlijk zou meenen. Bovendien kennen
wij aan het plaatsen van klokken in verschillende
wijken der stad meer nut toe dan aan een dergelijke
verlichting van de torenklok. Beide zaken zijn intusschen
nog bij ons in onderzoek.
GRONDBEDRIJF.
Gevraagd werd of Burgemeester en Wethouders
zouden willen medewerken tot verlaging der rente
voor erfpachtsgronden.
Ook werd er voor gepleit de mogelijkheid te schep
pen om deze rente af te koopen.
GASFABRIEK.
Gevraagd werd of het reservefonds. groot
200.000.—, niet voordeeliger voor het bedrijf op
andere wijze kon worden belegd.
Deze vraag is ook ten vorigen jare gesteld ons ant
woord daarop is te vinden op blz. 517 van bijlage no.
22 van 1931.
Dit denkbeeld zullen wij overwegen.
Het reservefonds van de Gasfabriek is belegd bij de
Centrale Kas; aan het bedrijf wordt daarvoor 2 °/c rente
's jaars vergoed. Deze belegging is in overeenstemming
met het voorschrift van art. 28, derde lid, der beheers-
verordening (gemeenteblad 1925 no. 34), volgens het
welk het onderwerpelijke fonds moet worden belegd
door uitleening aan de gemeente of aan het bedrijf zelf,
immers de gelden worden thans aangewend om voor
een deel in de behoefte van de gemeente aan vlottend
kapitaal te voorzien. Belegging op andere wijze, bij
voorbeeld in effecten, brengt het risico van koersverlies
mede, welk risico juist ten opzichte van een reservefonds
moet worden vermeden.
Aangedrongen werd op verlaging der huur voor
muntgasmeters.
Een huur voor muntgasmeters bestaat hier ter stede
niet (vgl. het medegedeelde in bijlage no. 22 van 1931,
blz. 518). Van ons College is geen voorstel tot ver
laging van den prijs van het muntgas te verwachten.
562
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1932. Bijlage no. 24.
SECTIEVERSLAG. MEMORIE VAN ANTWOORD.
GEMEENTEREINIGING.
Verschillende leden stonden stil bij de voorgestelde
aanschaffing der Faunwagens. Algemeen werd be
treurd, dat hier buitenlandsch fabrikaat moet worden
genomen.
Sommige leden betwijfelden de doelmatigheid der
groote wagens in het oude stadsdeel.
Sommige leden achtten in deze tijden een dergelijke
groote uitgave niet gewettigd en wezen er op hoe, nu
alles roept om werkverruiming, hier weer arbeids
krachten op straat komen.
Andere leden, hoewel principieel niet tegen verder
gaande mechaniseering, waren er nog niet van over
tuigd, dat het voorgestelde zware materiaal het meest
geschikt is en zouden het op prijs stellen uitvoeriger te
worden ingelicht in zake het vóór en tegen van lichter
materiaal.
Naar aanleiding van het hooge bedrag voor water
gebruik op de veemarkt spraken meerdere leden hunne
verwondering er over uit, dat de gemeente hier meer
voor het water betaalt dan vele zuivelfabrieken in de
provincie.
Gevraagd werd of men niet kan geraken tot één
contract in zake de waterlevering voor de geheele
gemeente.
OPENBAAR SLACHTHUIS.
Gewezen werd op het principiëel onjuiste dat er
schuilt in het storten van een bate uit dit bedrijf in de
gemeentekas.
Een ander lid achtte de winst uit dit bedrijf te laag,
gezien de resultaten aan andere slachthuizen waar de
tarieven lager en de winsten hooger zijn. Dat lid achtte
een onderzoek wenschelijk.
Een lid achtte het slachtrecht voor nuchtere kalveren
en de weegrechten te hoog. Hij wenschte, dat tenminste
een van beiden verlaagd werd.
Bepleit werd de instelling van een Raadscommissie
voor het Openbaar Slachthuis.
Bekend was dat een gedeelte van het Slachthuis was
verhuurd. Men achtte dat minder juist.
Ook na kennisneming van nevenstaande opmerkingen
blijven wij met de meerderheid van de Commissie voor
de gemeentereiniging van oordeel, dat aanschaffing van
de voorgestelde ,,Faun"-wagens alleszins gewenscht is.
Dat buitenlandsch fabrikaat moet worden genomen is
onvermijdelijk, nu soortgelijke wagens hier te lande
niet vervaardigd worden. Overigens is den Raad uit
de stukken kunnen blijken, dat de bovenbouw der
wagens in Nederland zal worden gemaakt. En ten
slotte wordt er van Regeeringswege een onderzoek op
korten termijn ingesteld naar de mogelijkheid om be
stellingen van openbare lichamen in het buitenland aan
te wenden als middel tot verruiming van den export
uit ons land. Tot dit doel zal ook de order betreffende
de ,,Faun"-wagens het hare kunnen bijdragen.
Over het voordeel van het zwaardere boven het
lichtere materiëel handelt in het bijzonder een rapport
van den Directeur van het bedrijf d.d. 4 November j1
hetwelk bij de stukken was overgelegd. Nog uitvoeriger
inlichtingen vermogen wij niet te geven en achten wij
ook overbodig.
De hier uitgesproken verwondering moet op een
misverstand berusten, daar de gemeente voor het water,
noodig voor de veemarkt, denzelfden prijs betaalt als
de zuivelfabrieken in de provincie, n.l. 12 cent per M3.
Slechts een enkele fabriek met een oud garantiecontract
betaalt, naar de Directie der N. V. Intercommunale
Waterleiding Gebied Leeuwarden ons mededeelt, bij
een afname van meer dan 30.000 M3. 10 cent.
Het antwoord op deze vraag is te vinden in onzen
aanbiedingsbrief, zoomede in den brief van evenge-
noemde directie, die bij de begrootingsstukken was over
gelegd. Men zie verder ook de Memorie van Antwoord
van verleden jaar (bijlage no. 22, blz. 516).
Ten aanzien van dit punt hebben wij onze meening
reeds in den aanbiedingsbrief kenbaar gemaakt.
Tegen het instellen van een onderzoek naar de uit
komsten van andere slachthuizen, ter vergelijking met
die van het bedrijf hier ter stede, bestaat bij ons geen
bezwaar. De wenschelijkheid van verlaging der tarieven
kan daarbij tevens onder het oog worden gezien.
Het standpunt van ons College in zake de instelling
van eene commissie van bijstand voor het Openbaar
Slachthuis kan den Raad uit de schriftelijke en monde
linge gedachtenwisseling der laatste jaren voldoende
bekend zijn.
Vermoedelijk wordt hier gedoeld op een tijdelijke
ingebruikgeving, bij wijze van proef, van een gedeelte
der exportslachthal aan een handelaar uitsluitend ten
behoeve van het doorhakken van koppen, waarvan de
hersens uitgenomen en vervolgens naar het buitenland
verzonden worden. Dit gebruik is door den Directeur
van het Openbaar Slachthuis ongeveer drie weken ge
leden toegestaan in afwachting van de goedkeuring van
ons College bij voortduren daarvan. De bedoeling is,
de slachthal die thans grootendeels ongebruikt staat,
weder eenigszins productief te maken. Voor het ge
bruik wordt 4.— in de week betaald. Van een minder
juisten toestand is ons te dezen niets gebleken.
563