Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1932. SECTIEVERSLAG. Ontstemming wekte het, dat de Directeur nopens nevenbetrekkingen anders werd behandeld dan de sub ontvanger. Gevraagd werd een vaste Raadscommissie voor dit bedrijf. Gewone dienst. Gevraagd werd naar het stadium waarin het uitbrei dingsplan der gemeente verkeert. Meerdere leden achtten het gewenscht, dat in zake het politiepersoneel wordt gegaan in de richting van het georganiseerd overleg. Meerdere leden, hoewel vol lof over de intensieve pogingen tot reguleering van het verkeer, vroegen of de gemeente niet wat al te rijk wordt bedeeld met verkeers-eilanden en plaatsen van circuit-verkeer. Het eiland bij den Mr. P. J. Troelstraweg achtte men een niet gelukkige oplossing van het verkeersprobleem aldaar. Er werd aangedrongen om tijdens de Zaterdag- avondmarkt op de Nieuweburen het autoverkeer daar te verbieden. De vraag werd gesteld of en, zoo ja, hoe kracht dadiger tegen de baldadigheid der jeugd opgetreden kan worden. Ook werden maatregelen tegen de dansgelegenheden gevraagd. Medegedeeld werd, dat aan huurders van een stand plaats op de Zaterdagavondmarkt op de Nieuweburen belet werd om elders te colporteeren, terwijl anderen, niet-huurders, toegelaten werden om met drukwerken te colporteeren. Men vroeg hoe het een met het ander te rijmen was. Een lid wees op het brandgevaar bij de schiphuizen aan de Lange Negen. Bij brand is er geen plaats en geen toegang voor de bluschwerktuigen. Hij achtte verbetering van den toegangsweg aldaar urgent. Hetzelfde lid gaf in overweging in het politie-regle- ment een voorschrift op te nemen, krachtens hetwelk alle onbeheerd staande rijwielen voorzien moeten zijn van een rijwielslot. De ontmanteling van den Prinsentuin werd door een der leden in de aandacht van Burgemeester en Wet houders aanbevolen. Een ander lid achtte het niet ge wenscht, dat af en toe de wandelweg achter dezen tuin wordt afgesloten. Een der leden achtte het gewenscht dezen tuin een andere bestemming te geven. Een der leden wees op de hooge kosten voor ver warming van sommige gemeentelocaliteiten, zoo van douanelokalen, op de veemarkt en van de brugwach- MEMORIE VAN ANTWOORD. Dit punt is ook in vorige jaren ter sprake gekomen en laatstelijk beantwoord in bijlage no. 22 van 1931, blz. 519. Dit onderwerp is hierboven reeds besproken. Lezing van de laatste alinea van de eerste kolom op blz. 432 van onzen aanbiedingsbrief had deze vraag kunnen voorkomen en bevat het antwoord er op. Deze opmerking vindt hare beantwoording in de mededeeling, welke wij het vorig jaar te dezer zake hebben gedaan bij de Memorie van Antwoord (bijlage no. 22 van 1931, blz. 512, 2e kolom). Wij kunnen daar aan toevoegen, dat de daar bedoelde voorstellen zich in een gevorderd stadium van voorbereiding bevinden. De in den laatsten tijd in de gemeente aangelegde verkeerseilanden, daaronder begrepen dat bij den mr. P. Troelstraweg, zijn naar onze meening even zoovele verbeteringen van het verkeer ter plaatse gebleken, die uitstekend voldoen aan het daarmede beoogde doel. Een verbod, als hier bedoeld, is reeds meermalen overwogen, doch afgestuit op de moeilijkheden, welke het voor het automobielverkeer naar en van de con certzaal in de Breedstraat zou medebrengen. De politie treedt tegen de baldadigheid der jeugd voortdurend op. Een voorname factor in dezen is echter het leeren van tucht en van eerbiediging van andermans eigendom, zoomede het bijbrengen van gevoel voor orde en netheid, hetgeen vooral tot de taak der ouders en der onderwijzers behoort. Zooals het vorige jaar bij de behandeling van de begrooting reeds is medegedeeld, bestaan op het stuk der dansgelegenheden te dezer stede strenge voor schriften. Wij zullen naar aanleiding van de hier gedane mede deeling een onderzoek ter zake instellen. Er bestaat naar onze meening voldoende gelegenheid voor de bluschmiddelen om een eventueelen brand in de schiphuizen aan de Lange Negen te bestrijden. Omtrent dit denkbeeld zullen wij het advies van den Commissaris van Politie inwinnen en het daarna tot een punt van overweging in onze vergadering maken. Uit onze desbetreffende mededeelingen in de brieven tot aanbieding van de begrootingen voor 1932 en 1933 kan gebleken zijn, dat ook wij een ingrijpende ver andering van de inrichting van den Prinsentuin ge wenscht achten. Op het oogenblik ontbreekt het echter aan de noodige geldmiddelen om dit plan te ver wezenlijken. De mogelijkheid of op de kosten van verwarming der hier genoemde localiteiten en gebouwen verder bezui nigd kan worden, zullen wij gaarne onderzoeken. 564 Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1932. Bijlage no. 24. SECTIEVERSLAG. tershuisjes. Ook de verwarming van de Muziekschool kost te veel. Gevraagd werd of hier verandering van systeem niet gewenscht is. Gevraagd werd of er niet een kleiner aantal vee artsen voor het veterinair markttoezicht kan worden aangewezen. Gewezen werd op de hooge post voor vernielde ruiten in schoolgebouwen, een verschijnsel dat in ver band werd gebracht met de toenemende losbandigheid van de jeugd. Volgens een der leden kunnen de schooltuintjes voor de aangevraagde 600.beter worden onderhouden dan thans geschiedt. Een ander lid achtte deze post te hoog. Gevraagd werd hoeveel boventallige- en reserve onderwijzers er nog zijn. Een der leden meende, dat het aanbeveling ver diende de toelatingsleeftijd voor het voorbereidend lager onderwijs hooger te stellen. Een ander lid achtte het gewenscht, dat dit onderwijs werd gegeven vanwege vereenigingen met gemeente lijke subsidie. Hetzelfde lid achtte het gewenscht de gehuwde onderwijzeressen te laten afvloeien. Gevraagd werd of een bedrag voor schoolreisjes in dezen tijd te verdedigen valt. Gevraagd werd of er nog niet meer op de leermid delen van al de scholen kon worden bezuinigd. Volgens een lid werd er te veel uitgegeven voor het onderhoud der bewaarscholen. MEMORIE VAN ANTWOORD. Er zijn, met inbegrip van den Directeur van het Openbaar Slachthuis, geregeld 8 veeartsen bij de vee markt werkzaam. Vermindering van dit aantal is althans tijdens de drukke voor- en najaarsmarkten uitgesloten. Wij zullen evenwel overwegen of voor de markten, waarop de aanvoer van rundvee gering pleegt te zijn, met een kleiner aantal veeartsen kan worden volstaan. Er zij echter op gewezen, dat dit aantal met het oog op het hier ter stede bestaande zoogenaamde ver scherpte markttoezicht altijd grooter zal moeten blijven, dan het eertijds was. Ook wij achten dezen post hoog. Van een onvoldoende onderhoud der schooltuintjes is ons niet gebleken. Te hoog achten wij dezen post niet. Het aantal boventallige onderwijzers aan de open bare lagere scholen in deze gemeente bedraagt 20 reserveonderwijzers zijn er niet meer. Naar aanleiding van deze opmerking zij er aan her innerd, dat de Raad op 7 Mei 1929 een voorstel tot verhooging van de leeftijdsgrens voor toelating van leerlingen op de gemeentelijke bewaarscholen van drie tot vier jaar, heeft verworpen (zie bijlage no. 8 van 1929 en Handelingen, blz. 85). Overigens wijzen wij er op, dat bedoelde leeftijds grens automatisch zal stijgen in verband met den thans geldenden leeftijd van toelating tot de lagere scholen. Een voorstel tot opheffing van de gemeentelijke bewaarscholen is van ons College niet te verwachten. Ons standpunt in zake de gehuwde onderwijzeres is den Raad bekend. (Zie bijlage no. 17 van 1930, blz. 512 bovenaan). Naar onze meening is dit het geval. Deze vraag hebben wij hierboven reeds beantwoord. Deze meening kunnen wij, lettende op de gebouwen waarin de bewaarscholen gevestigd zijn, niet deelen. Overigens achten wij deze bewering, zonder kennis te dragen van de feiten, waarop zij steunt, moeilijk voor bespreking vatbaar. Kan. zoo vroeg dit zelfde lid, het aantal kinderen per klas op alle lagere scholen niet worden opgevoerd Het aantal kinderen per klasse kan natuurlijk worden opgevoerd. Echter bepaalt art. 30 der verordening op het openbaar lager onderwijs in deze gemeente, dat in den regel op de scholen voor gewoon lager onderwijs in het 7e en 8e leerjaar het aantal leerlingen gemiddeld 30, met een maximum van 32, bedraagt, en in de andere 6 klassen gemiddeld 36, met een maximum van 38, en op de school voor uitgebreid lager onderwijs in elke klasse niet meer dan 24. Wij zijn vooralsnog niet voor nemens U een wijziging van deze grenzen, in den zin van verruiming, voor te stellen, omdat wij zulks in strijd met de belangen van het onderwijs achten. 565

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1932 | | pagina 280