Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1935. Art. 7. Een leeraar, die door ongesteldheid wordt verhinderd onderwijs te geven, zorgt dat de Rector daarvan ten spoedigste worde onderricht. Hij behoeft de vergunning van den Rector, om de gemeente te verlaten voor den tijd van ééne week, voor langer afwezigheid heeft hij de vergunning van Curatoren noodig. Indien de Rector wordt verhinderd zijne functiën waar te nemen, geeft hij daarvan aan den President-Curator en den Conrec tor kennis. Voor eene afwezigheid gedurende meer dan ééne week heeft ook hij het verlof van Curatoren noodig. Bij ongesteldheid, afwezigheid of ontstentenis van den Rector neemt de Conrector zijne functiën waar en voorziet hij, zooveel mogelijk, in overleg met de andere leeraren, in den geregelden gang van zaken. Art. 8. Bij ontstentenis of afwezigheid van een leeraar be paalt de Rector de wijze, waarop door de overige leer aren in het onderwijs zal worden voorzien bij geschil daarover beslissen Curatoren. Mocht deze voorziening langer dan eene week duren, dan geschiedt de voortzetting daarvan niet dan onder goedkeuring van Curatoren. Kan op de wijze, in de beide vorige alinea s bepaald, niet behoorlijk in het onderwijs worden voorzien, dan kan door den Gemeenteraad op de wijze, zooals gere geld is in art. 17 der Hooger Onderwijswet, in overleg met den Rector, de waarneming der lessen tijdelijk aan iemand buiten de leeraren van het gymnasium worden opgedragen. wonen. De Rector is verplicht, zoo dikwijls hem dit gevraagd wordt, aan Curatoren een nauwkeurig bericht te geven van den staat van het gymnasium en van de onderscheidene klassen, en hun aangaande de leeraren en het gedrag der leerlingen de gewenschte inlichtingen te verstrekken. Hij deelt aan Curatoren zijn opmerkingen mede zoo dikwijls hij daartoe, in het belang van de orde en het onderwijs, ten aanzien van eenig leeraar of leerling aanleiding vindt. Art. 5. De Rector heeft het toezicht op alle klassen van het gymnasium. Hij is verplicht van tijd tot tijd, en bevoegd zoo dik wijls hem goeddunkt, de onderscheidene klassen te be zoeken en de lessen aldaar korter of langer tijd bij te wonen. Hij kan daarbij door eigen ondervraging naar de vorderingen der leerlingen onderzoek doen. Art. 6. De leeraren geven met betrekking tot hun onderwijs aan den Rector al de door hem gevraagde inlichtingen, deelen hem hun opmerkingen mede, zoo dikwijls zij daartoe aanleiding vinden, en maken hem bekend met alle voorkomende bijzonderheden van eenig belang, be paaldelijk in geval van wangedrag der leerlingen. Art. 7. Indien de Rector wordt verhinderd zijn betrekking waar te nemen, geeft hij daarvan, onder opgaaf van redenen, onverwijld kennis aan den Conrector en aan den President-Curator. Hij behoeft, behalve in den vacantietijd en bij verhindering om een andere reden dan wegens ziekte, de toestemming van den President- Curator voor een afwezigheid van niet langer dan twee dagen en die van Curatoren voor een langere afwezig heid. Een leeraar, die verhinderd wordt zijn betrekking waar te nemen, geeft daarvan, onder opgaaf van re denen, onverwijld kennis aan den Rector. Hij behoeft, behalve in den vacantietijd en bij verhindering om een andere reden dan wegens ziekte, de toestemming van den Rector voor een afwezigheid voor niet langer dan twee schooldagen en die van Curatoren voor een langere afwezigheid. Art. 8. Bij ontstentenis van den Rector neemt de Conrector zijn functiën waar en voorziet hij, zooveel mogelijk, in overleg met de andere leeraren, in den geregelden gang van zaken. Art. 9. Bij ontstentenis of afwezigheid van een leeraar be paalt de Rector de wijze, waarop door de overige leer aren in het onderwijs zal worden voorzien; bij geschil daarover beslissen Curatoren. Mocht deze voorziening langer dan een week duren, dan geeft de Rector daarvan bericht aan Curatoren Kan op de wijze, in de beide vorige alinea's bepaald, niet behoorlijk in het onderwijs worden voorzien, dan kan de Gemeenteraad op de wijze, zooals geregeld is in art. 17 der Hooger Onderwijswet, de waarneming van de lessen tijdelijk aan iemand buiten de leeraren van het gymnasium opdragen. Art. 10. De Rector roept de leeraren samen, zoo dikwijls hij Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden. 1935. Bijlage no. 82. 160 Art. 11. De Rector geeft jaarlijks vijfmaal aan de ouders of voogden schriftelijk kennis van het gedrag, de vlijt en de vorderingen der leerlingen in de verschillende vakken. Art. 12. Voor het geven van privaat-onderwijs behoeft elk der leeraren de vergunning van Curatoren, die in over leg met den Rector hieraan in elk bijzonder geval zoo danige voorwaarden kunnen verbinden, als zij in het belang van het gymnasium noodig achten. Met privaat-onderwijs wordt gelijk gesteld het wer ken van leerlingen onder toezicht en ten huize van leeraren, bij wie zij niet inwonen. Art. 16. dit ter beraadslaging over aangelegenheden, het gym nasium betreffende, noodig acht of Curatoren dit ver zoeken, en eveneens zoodra hem door ten minste drie leeraren het verlangen daartoe te kennen wordt gegeven. Art. 11. Alle voorstellen en aanvragen, den gang en de rege ling van het onderwijs betreffende, van leeraren aan Curatoren worden door den Rector en wel, indien hij dit noodig acht. met zijn opmerkingen, ter kennis van dit college gebracht. Art. 12. De Rector geeft jaarlijks driemaal door uitreiking van een rapport aan de ouders of voogden kennis van het gedrag, de vlijt en de vorderingen der leerlingen in de verschillende vakken en buitendien tegen 1 No vember in die vakken, waarin de vorderingen niet vol doende zijn. Het rapport aan het einde van den cursus is het jaar rapport en vermeldt de bevordering en de bijzonder heden dienaangaande. Art. 13. De leeraren verstrekken aan den Rector een opgave van de namen dergenen, aan wie zij privaatlessen ge ven, zoomede van het getal uren, daaraan door hen besteed. Van iedere wijziging hierin geven zij den Rector kennis. Curatoren kunnen, na overleg met den Rector, aan een leeraar verbieden privaatlessen te geven, zoo dik wijls zij dat in het belang van het gymnasium noodig achten. De leeraren mogen geen privaatlessen geven aan leerlingen van het gymnasium, tenzij, in bijzondere ge vallen, met toestemming van Curatoren. Art. 14. Het aan den Rector en aan de leeraren op verzoek te verleenen eervol ontslag gaat, buitengewone omstan digheden uitgezonderd, niet eerder in dan twee maan den na den dag, waarop het verzoek om ontslag is ingediend. Art. 15. De Rector heeft het algemeen toezicht op de lokalen, schoolmeubelen, verzamelingen, werkplaatsen en andere hulpmiddelen voor het onderwijs, tot het gymnasium behoorende. De bedienden van het gymnasium staan onder zijn onmiddellijke bevelen. Art. 16. De vergadering van Rector en leeraren maakt jaar lijks. voor 25 Juni. een gespecificeerde begrooting op van het bedrag, benoodigd voor de leermiddelen en de huishoudelijke uitgaven van het gymnasium in het vol gend kalenderjaar. De Rector zendt deze begrooting aan Curatoren. HOOFDSTUK III. Over de regeling van het onderwijs, de overgangs examens en de vacantiën. Art. 17. Buiten de leerlingen kunnen met vergunning van Buiten de leerlingen kunnen met toestemming van Curatoren als toehoorders worden toegelaten zij. die Curatoren als toehoorders worden toegelaten z.), die 161

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1935 | | pagina 288