202
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeente
raad van Leeuwarden, 1935. BIJLAGE NO. IO5.
BIJLAGE NO. 105.
Aan den Gemeenteraad.
Bij Uw besluit van 28 Mei j.l. is om prae-advies in
onze handen gesteld een adres dd, 17 Mei te voren van A.
Meijer, bouwkundige alhier, waarin vergunning wordt gevraagd
voor den aanleg van straten op het perceel, kadastraal be
kend gemeente Leeuwarden, sectie P no. jl+lO, gelegen ten
Westen van Oldegalileën,
Onder wederaanbieding van de stukken hebben wij de eer U
te berichten, dat tegen het verleenen van de gevraagd-e ver
gunning van onze zijde geen bedenkingen besbaan, Op de hier»
■bij overgelegde teekening, gemerkt "bij 919 van 95" I3 k®*1
stra-tenplan geprojecteerd-. De sloot langs de Zuidzijde van
het terrein moet tot op een afstand van 5 Meter voorbij de
Weabalijke grens van de Westelijkste straat worden gedampt*-
Voor de uitvoering van het plan is een strookje grond ter
.grootte van ongeveer 1^0M2 van de ten Zuiden aangrenzende
gemeentelijke opslagplaats noodig, tegen afstand waarvan
geen bezwaren bestaan; op de teekening is dit strookje
grond met enkele aroeering Jfi do letter A aangeduid. Tegen
over dezen grondafstand worden van het bovengemelde per
ceel Sectie F no. 3I4.IQ aan de gemeente in eigendom over
gedragen twee strooken grond achter de woningen aan Olde
galileën, ter gezamenlijke oppervlakte van ongeveer 380 M2,
op de teekening met enkele arseering en de letters B en C
aangeduid. Deze ruilingen kunnen geschieden met gesloteh
beurzen.
De aan te leggen straten, welke een breedte verkrijgen
van 6 Meter, zullen behooren tot die der derde klasse. Na
het gereedkomen moeten zij in eigendom aan de gemeente
worden overgedragen onder bijbetaling van de in de Bouwver
ordening genoemde bedragen.
Met de bepalingen, welke bij den straataanleg in acht
genomen moeten worden en die omschreven zijn in onzen, in
afschrift hierbij gaanden, brief dd. lij. Mei 1935» no» 919/
585, gaat de adressant, blijkens een bij de -stukken aan
wezige gezegelde verklaring, accoord. Voor nadere bijzon
derheden zij verwezen naar het eveneens bij de stukken
overgelegde schrijven dd. 1& Maart j.l., no. 366 van den
Directeur der Gemeentewerken.
Het stratenplan maakt geen deel uit van het in behande
ling zijnde uitbreidingsplan der gemeente, daar het gelegen
is in de bebouwde kom.
Met betrekking tot de bebouwing van het terrein is heu
vfenschelijk voorschriften als bedoeld bij artikel 1+5 der
Woningwet vast te stellen. In verband daarmede hebben wij,
gehoord de Commissie voor de Openbare Werken, zoodanige
voorschriften ontworpen en aan do Commissie voor de^Straf
verordeningen verzocht deze in een ontwerp-verordening
samen te vatten. Nadat laatstgenoemde Commissie ^aan ons
verzoek had voldaan, is het ontwerp van 31 Mei j.l. af
gedurende vier weken voor een ieder ter Inzage gelegd
Secretarie der gemeente, welke nederlegging door het hoofd
van het gemeeptebe-st-uur ter algemeen.®- Jsennis- is gebracht.