366
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad
van Leeuwarden, 1935* BIJLAGE WO#200.
c. de gebouwde eigendommen, uitsluitend dienende als
inrichting van lager onderwijs;
d. de gebouwde eigendommen, uitsluitend dienende als
inrichting van weldadigheid of tot genezing of verpleging
van zieken of gebrekkigen, mits geen winst wordt gemaakt of
beoogd anders dan ten bate der inrichting.
Ar t9,
Voor gebouwde eigendommen, welke met hunne gebouwde aan-
hoorigheden gedurende een tijdvak van 12 achtereenvolgende
maanden ongebruikt en onverhuurd gebleven zijn, wordt aan
hem, die gedurende dat geheele tijdvak daarvoor is aangesla
gen, de belasting teruggegeven.
Ter bekoming van de teruggave, in het eerste lid van dit
artikel bedoeld, moet de belanghebbende binnen twee maanden
na het einde van het daar vermelde tijdvak een verzoekschrift
indienen bij den Controleur der gemeentebelastingen.
Eveneens kan ontheffing of teruggaaf van straatbelasting
door den Controleur der gemeentebelastingen worden verleend,
wanneer blijkens een bij de aanvraag om ontheffing of terug
gaaf over te leggen uitspraak van Gedeputeerde Staten op grond
van artikel 53 der Wet op de Grondbelasting (wet van 26 Mei
I87O, Staatsblad no. 82, zooals deze wet nader is gewijzigd)
ontheffing op den aanslag wegens grondbelasting is verleend.
Art. 10o
Indien een aanslag in de belasting ten onrechte niet of
te laag is opgelegd, wordt de niet of 'ce weinig geheven be
lasting van den belastingplichtige of zijne erfgenamen nage
vorderd, zoolang niet drie jaren sedert den aanvang van het
belastingjaar zijn verstreken»
Art. 11»
Onjuiste aanslagen kunnen door den Controleur der gemeen
tebelastingen ambtshalve worden verminderd of vernietigd.
Art. 12.
Voor de toepassing van de artikelen 297j 299 3^0 der
Gemeentewet, treedt ten aanzien van deze verordening in de
plaats van den Raad, Burgemeester on Wethouders of van den
Burgemeester, de Controleur der gemeentebelastingen.
Art. 13.
Deze verordening treedt in werking op 1 Januari 193^*
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad
van Leeuwarden, 1935. BIJLAGE NO. 200.
ONTWERP B.
VERORDENING op de invordering van de straatbelasting.
Artikel 1.
De invordering van de straatbelasting geschiedt door den
Gemeenteontvanger krachtens de door den Controleur der gemeen
tebelastingen vastgestelde en hem toegezonden kohieren.
Art, 2.
Na ontvangst van het kohier zendt de Gemeenteontvanger
binnen 1I4. dagen een gedagteekend aanslagbiljet, waarvan het
model door Burgemeester en Wethouders wordt vastgesteld, aan
de daarop voorkomende belastingplichtigen.
Art. 3.
De belasting is invorderbaar in zoovele termijnen, als
er na de maand, waarin een belastingkohier aan den Gemeente
ontvanger is toegezonden, nog maanden van het belastingjaar
overblijven.
De eerste termijn vervalt den laatsten dag van de maand,
volgende op die, waarin de toezending heeft plaats gehad,
eij zoo vervolgens den laatsten dag van iedere opvolgende maand
een termijn.
De belastingbedragen, uitgetrokken op de kohieren, welke
in de laatste maand van het belastingjaar o^ later aan den
Gemeenteontvanger worden toegezonden, zijn een maand daarna
ineens invorderbaar.
Art. i)..
Bij nalatigheid in het tijdig aanzuiveren van vervallen
termijnen geschiedt de invordering der belasting overeenkomstig
de voorschriften van de artikelen 291 tot en met 29I4. der
Gemeentewet.
Art. 5.
Deze verordening treedt in werking op 1 Januari 1936.