s
s
16.000
Bijl. no. 1.
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1936.
INKOMSTEN, HOOFDSTUK VIII, 14, gewone dienst.
o
3
c
_bp
"o
OMSCHRIJVING DER INKOMSTEN.
Werkelijke
inkomsten
volgens de
laatst
vastgestelde
rekening.
GERAAMD BEDRAG
in het
vorig jaar.
thans
voorgedragen.
14. Hooger onderwijs.
119 Schoolgelden
De heffing geschiedt krachtens raadsbesluit van 13
Februari 1935, goedgekeurd bij Koninklijk besluit van
29 Mei 1935, no. 48, (tot 1 Januari 1936).
120 Subsidie van het Rijk in de kosten der gymnasia
Bij art. 8bis der Hooger-onderwijswet, zooals deze thans
luidt, is bepaald, dat het subsidie wordt vastgesteld op
een bedrag Der klas bij algemeenen maatregel van bestuur
te regelen. Dit subsidie is bepaald op 900.per klas.
Het gymnasium telt 6 klassen en 1 parallelklas, zoodat
gerekend kan worden op een vast subsidie van 6.300.
Bij artikel 2 van het Koninklijk besluit van 8 Februari
1934 (St.bl. no. 47) is bovendien bepaald, dat, indien het
subsidie berekend naar 900.per klasse, vermeerderd
met het bedrag dat ingevolge artikel 8 quater, le lid, der
Hooger-onderwijswet, van andere gemeenten wordt ont
vangen, blijft beneden 90 van het bedrag dat aan subsidie
van het Rijk ten behoeve van het gymnasium over 1921
is ontvangen, het Rijkssubsidie zoodanig wordt aangevuld,
dat het totaal bedrag der subsidie gelijk wordt aan 90
van het Rijkssubsidie over 1921. Geraamd wordt dat van
andere gemeenten zal worden ontvangen 6.500.Over
1921 is aan Rijkssubsidie genoten 23.259.89. In totaal
zal dus van het Rijk kunnen worden ontvangen:
6.300 (90 van 23.259.89 12.800.—)
6.300 8.133.90 14.433.90 of rond 14.434.—.
Buitengewoon subsidie van het Rijk ingevolge art.
22bis der hooger-onderwijswet in de kosten der
i gymnasia
121 Bijdragen van andere gemeenten in de kosten
der van Rijkswege gesubsidieerde gymnasia als be
doeld in art.8quater,sub 1, der Hooger onderwijswet
Ingevolge artikel 8quinquies, 2e lid, der Hooger-onder-
wijswet, zooals deze is gewijzigd bij de wet van 20 Mei
I 1922, (Staatsblad no. 367), kunnen bijdragen van andere
gemeenten worden gevorderd voor uit die gemeenten
afkomstige leerlingen, ten bedrage van 50 der netto
kosten. Over 1934 is aan buitengemeenten gedeclareerd
een bedrag van 6.571.20.
Voor 1936 wordt ƒ6.500.geraamd.
122 Verhaal van pensioensbijdragen (zie Hoofdstuk II,
volgnummers 12 en 13)
123 Terugbetaling door een leeraar aan het Gymna
sium van te veel ontvangen jaarwedde over 1934
Transporteeren
94
8.044 96
35.400
9.506
14.714 93
3.133 15
1 33
13.600
12.934
8.000 -
14.434 L
6.500
3.943 78 3.727 64
37
38.477 178
40.66) 64
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1936.
UITGAVEN, HOOFDSTUK VIII, 14, gewone dienst.
3
5b
r-H
O
OMSCHRIJVING DER UITGAVEN.
Werkelijke
uitgaven
volgens de
laatst
vastgestelde
rekening.
GERAAMD BEDRAG
in het
vorig jaar.
thans
voorgedragen.
14. Hooger onderwijs.
506 Kosten van de gymnasia
a. Jaarwedden van rectoren, leeraren en
beambten48.320.80
b. Huur en kosten van instandhouding
der schoollokalen en woningen van
rectoren, leeraren en beambten
(V. g. volgnos. 73 en 171 begrooting
gemeentewerken).
c. Erfpacht en huur van terreinen
1.555.02
d.
e.
Kosten van verlichting, verwarming
en schoonmaak der schoollokalen, zoo
mede die van water- en krachtverbruik
V. g. volgnos. 73 en 171 begrooting
gemeentewerken)
Aanschaffen en onderhouden der
schoolmeubelen, werktuigen en hulp
middelen voor het onderwijs
voor leermiddelen, etc ƒ1160,-
onderhoud leermiddelen en
schoolmeubelen 512,81
V.g. volgnos. 73 en 171 be
grooting gemeentewerken)
2.807.17
1.672.81
1672,81
Administratie-, druk-, telefoon- en
advertentiekosten
g. Kosten van het college van curatoren
375.—
50.—
Totaal54.780.80
De jaarwedden zijn laatstelijk geregeld bij raads
besluit d.d. 24 November 1925 (gemeenteblad no. 8
van 1926), goedgekeurd blijkens missive van den
Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen
van 2 Februari 1926, no. 157, afd. M.O., gewijzigd
bij raadsbesluit van 20 Maart 1934, goedgekeurd door
den Minister van O., K. en W. bij schrijven van 29
Mei 1934, no. 5588, afd. V.H.M.O. en bij raadsbesluit
van 16 April 1935, goedgekeurd door den Minister
van O., K. en W. bij schrijven van 23 Mei 1935, afd.
V.H.M.O. Op deze salarissen wordt een gelijke korting
toegepast als op de bezoldiging van het rijkspersoneel.
Transporteeren
95
54.137 25
55.881 2
54.780 80
54.137
25
55.881
27
54.780
80