Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1940. BIJLAGE NO. 26. ONTWERP De Raad der Gemeente Leeuwarden; Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders tot onttrekking aan het openbaar verkeer van het Bagijne- klooster. met inbegrrp van gedeelten van de steeg naar de ®agijnesxraat en de Kalksteeg; Gelet op het bezwaarschrift van U. Pruis en op de bepalingen der Wegenwet; BESLUIT; tot onttrekking aan het openbaar verkeer van het Bagijne- kloostermet inbegrip van gedeelten van de steeg naar de Bagijnestraat en de Kalksteeg, een en ander omvattende het perceel, kadastraal bekend gemeente Leeuwarden Sectie C no. 654 en een gedeelte van het perceel, kadastraal bekend als- voren, Sectie C no. 2264, gelijk op de hierbij behoorende situatieteekening met een blauwe omlijning is aangeduid. Leeuwarden, De Raad voornoemd, Verzonden 5 Maart 1940- Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1940. BIJLAGE NO. 27. BIJLAGE NO. 27. Aan den Gemeenteraad. Voor de bebouwing aan de Noordwestzijde van den Gro ningerstraatweg tusschen de Willem Sprengerstraat en het per ceel Groningerstraatweg no. 23 zijn tot nog toe geen rooilij nen vastgesteld. Het gevolg hiervan is, dat bij het eventueel oprichten van een nieuw of bij wijziging van een bestaand perceel de rooilijnen moeten worden gevonden volgens de voor schriften van de Bouwverordening. Daarin is bepaald, dat, in dien voor eenige straat geen rooilijn is vastgesteld, dan als zoodanig wordt beschouwd de lijn, waarin de naastgelegen per- ceelen zijn gelegen. Liggen deze in verschillende lijnen, dan geldt als rooilijn het verlengde van de lijn, getrokken even wijdig met de as der straat uit het meest achterwaarts gele gen perceelsgedeelteDaar de voorgevels van de woningen hiér met een hoek van 45" op de as van den straatweg staan, be hoeft het geen beïoog, dat bij erentueelen bouw allerlei moei lijkheden zouden ontstaan. In het bijzonder met het oog op de aanstaande verbetering van den Groningerstraatweg is thans de tijd gekomen, om ook voor het hier bedoelde gedeelte van dien weg rooilijnen vast te stellen, gelijk ook reeds voor het meer Oostelijk gelegen weggedeelte is geschied. Deze maatregel zal,de uit een stede bouwkundig oogpunt zoozeer gewenschte verfraaiing van deze stadswijk mogelijk maken, een aangelegenheid, welke, in het vooruitzicht van de verbetering van dezen belangrijken toe-* gangsweg tot de stad, naar onze meening de volle aandacht verdient. Er moet immers worden voorkomen, dat de minder wen- schelijke toestand ter plaatse tot in lengte van jaren wordt bestendigd en dat het aanzien van dit stadsgedeelte blijft beneden het peil, waarop de bebouwing langs dezen weg behoort te staan. Ook hier moet het karakter van de bebouwing zooveel mogelijk.in overeenstemming komen met dat van den straatweg, zooals die met name na de voorgenomen verbetering zal zijn geworden. Mitsdien hebben wij een ontwerp van een rooilijnbesluit als hier bedoeld, overeenkomstig de wettelijke voorschriften,ter Secretarie der gemeente voor een ieder ter inzage nedergelegd en wel van 24 Januari tot en met 22 Februari 1940, terwijl voorts aan de bij die rooilijnen betrokken eigenaren en hypo theekhouders van de ter inzage ligging schriftelijk kennis is gegeven. Bezwaarschriften tegen het ontwerp zijn niet ingeko men. Behalve het vaststellen van rpoilijnen hebben wij ook over wogen, dat het wenschelijk zou zijn, wanneer de gemeente in het bezit kwam van de perceelen, gelegen aan het hierbedoelde weggedeelte. Dan toch had zij het in eigen hand om daar ter plaatse den meest bevredigenden toestand te scheppen en om een bebouwing tot stand te doen komen, die aan de te stellen eischen voldoet. In het hierbij overgelegde rapport d.d. 9 Mei 1939» no. 1717, van den Directeur der Gemeentewerken is dit denkbeeld nader uitgewerkt. Wij kunnen ons met den opzet daarvan wel vereenigen en zijn van meening, dat een oplossing in deze richting moet worden gezocht. Daarbij geven wij de voorkeur aan het bij schrijven van genoemden Directeur d.d. 1 Maart 1939, no. 609, overgelegde plan, gemerkt A, waarmede een radicale verbetering zal worden verkregen. Op de teekenirg I, gemerkt "bij 1612 van 39", is in kleuren aangegeven, hoe wij ons de oplossing in haar geheel ,hebb"en gedacht. De hier mede gepaard gaande kosten mogen, naar het ons wil voorkomen, geen beletsel zijn om tot de uitvoering van dit, voor den voornamen Oostelijken toegangsweg tot de stad zoo belangrijke "plan"

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1940 | | pagina 250