Bij: Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1940. BIJLAGE NO. 101. voor het hooiland en voor f, 443«- per jaar voor de overige perceelen, onder bepaling, dat voor de bemaling van de binnen de gemeente gelegen perceelen de pachter een bedrag van f. 3.- per 365- are per jaar verschuldigd is en hij aangewezen is voor de bediening van-het electrisch gemaal, tegen een ver goeding van f. 5Qr per jaar; V. de perceelen weiland aan het Kalverdijkje en aan den Poppe- weg, kadastraal bekend gemeente Leeuwarden, Sectie Gnos.258, 259 en 7742, te aamen groot 6.16.70 hectare, aan J. ANDRINGA, alhier, voor f. 630.- per jaar, onder bepaling, dat voor de bemaling een bedrag van: f. 3.- per 36j are per jaar moet worden -betaald; VI. de perceelen weiland nabij den Poppeweg, kadastraal bekend gemeente Leeuwarden, Sectie G nos. 2866 -en 2867, te zamen groot 2.28.10 hectare, aan W.G. BERGSMA, alhier, voor f. 230.- per jaar, onder bepaling, dat voor de bemaling een bedrag van f. 3.- per 364: are per jaaa- is verschuldigd; VII. de perceelen weiland aan het Ouddeel, kadastraal bekend ge meente Leeuwarden, Sectie F nos. 650, 645 en 274, te zamen thans nog groot 6.59.00 hectare, de perceelen weiland ten Noorden van de Boerhaavestraatkadastraal bekend alsvoren, Sectie F nos. 4475ged. en' 1571ged., thans te zamen nog groot 4.44.50 hectare, alsmede het perceel Sectie G no. 7743, ten Zuiden van de Boerhaavestraatgroot 2.26.50 hectare, aan J. KOOPMANS, alhier, voor f. 468.- per jaar voor de landen bij het Ouddeel en voor f. 694.- voor de overige perceelen, onder voorwaarde, dat voor de bemaling van laatstbedoelde perceelen een bedrag van f. 3.- per 36f are per jaar moet worden betaald; VIII. de perceelen wei- en hooiland aan en nabij het Ouddeel, kadas traal bekend gemeente Leeuwarden, Sectie F nos. 717, 722, 724, 716, 289 en 3207, te zamen groot 10,52.85 hectare, aan B.G. STIÉNSTRA, alhier, voor f. 950.- per jaar; IX. de perceelen weiland aan enmbij de Boerhaave straatkadastraal bekend gemeente Leeuwarden, Sectie F nos. 4699 en 239, te zamen groot 5.02.60 hectare, aan J.G. STIÉNSTRA, alhier, voor f.506.- per jaar, onder bepaling, dat voor de bemaling van de perceelen een bedrag van f. 3.- per 36x are per jaar moet worden betaald; X. het perceel weiland aan het Kalverdijkje, kadastraal bekend ge meente Leeuwarden, Sectie F no. 2099, thans nog groot 1.03.20 hectare, aan M. BOTTEMA, alhier, voor f. 115.- per jaar; XI. het perceel weiland nabij het Ouddeel, kadastraal bekend gemeen te-Leeuwarden, Séctie F no. 275,.groot 2.17.60 hectare, aan P.S. KOOISTRA,alhiervoor f. 193.- per jaar; XII. het perceel weiland' nabij het Ouddeel, kadastraal bekend gemeen te Leeuwarden, Sectie F no. 643, groot 2.95.10 hectare, aan E. BOUWHUIS, te Lekkum, voor f. 296.- per jaar; XIII. het perceel tuingrond aan den Harlingertrekweg, kadastraal be kend gemeente Leeuwarden, Sectie D no. 1784, groot 0.27.30 hect are, aan D.J. BRANDERHORST, .alhier, voor f. 40.- per jaar; XIV. het perceél land aan de Huizumerlaan, kadastraal bekend gemeen te Huizum, Sectie B no, 892, groot,voor zooveel den proeftuin - betreft, 1 .55.24' hectare, aan de FRIESCHE TUINBOUWVEREENIGING TE LEEUWARDEN, voor f. 325.- per jaar, alles onder de besta^ande, in verband met de Pachtwet eenigs- zinste wijzigen, voorwaarden. Leeuwarden, 17 October 1940. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, J.M. VAN BEIJMA- Burgemeester. E. SCHOTMAN Secretaris. Verzonden 24 October 1940. Bijlage tot het verslag der handelingen van den Gemeenteraad van Leeuwarden, 1940., BIJLAGE NO.102. BIJIAGE NO. 102 A.an den Gemeenteraad. Met gebruikmaking van de bevoegdheid, den burgemeester bij artikel 220 der Gemeentewet toegekend, heb ik ter voorkoming van stoornis van de openbare orde, in overleg met de Duitsche autoriteiten, een algemeen voorschrift van politie voor de in woners uitgevaardigd en onverwijld afgekondigd, met betrekking tot het verkoopen, afleveren, verstrekken of gebruiken van sterken drank. Een exemplaar van mijn desbetreffend besluit wordt hierbij aan U overgelegd en, ter voldoening aan de bepaling van het eerste lid van genoemd wetsartikel, ter kennis van Uwen Raad gebracht. Ingevolge het derde lid van artikel 220 vervallen deze voorschriften, zoo zij niet aan den Raad in diens eerstvol gende vergadering, waarin meer dan de helft van het getal zitting hebbende leden tegenwoordig is, ter bekrachtiging worden aangeboden. Mitsdien heb ik de eer bij dezen het algemeene voorschrift van politie, ingevolge artikel 220 der Gemeentewet door mij op 25 October 1940 bij besluit no.891 uitgevaardigd, en daar na onverwijld afgekondigd, aan Uwen Raad aan te bieden en U in overweging te geven te besluiten deze voorschriften te bekrachtigen - Leeuwarden, 25 October 1940. De Burgemeester van Leeuwarden, J.M. VAN BEIJMA. Verzonden 25 October 1940.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1940 | | pagina 335