VIII, 13. 118—122.
1940.
INKOMSTEN.
118 Subsidie van het Rijk en corporaties in de kosten der gemeentelijke hoogei-e burgerscholen 19.109,50
Geraamd wordt voor de eerste drie klassen der H.B.S.-A. een rijkssubsidie voor 1940 van
6 X/ 900,5.400,Voor de beide hoogste klassen der H.B.S.-A wordt gerekend
op een subsidie van 50 der netto-kosten. Blijkens een den Minister aangeboden begrooting
worden de netto-kosten over 1940 geraamd op 15.619,zoodat over 1940 aanspraak
kan worden gemaakt op 7.809,50, terwijl van de Kamer van Koophandel op een subsidie
van 500,wordt gerekend. Voor de geheele school alzoo tezamen 13.709,50. Voor de
middelbare meisjesschool is een rijkssubsidie geraamd van 6 X 900,— 5.400,
De post kan derhalve in totaal op 19.109,50 geraamd worden.
Ingevolge de gewijzigde bepalingen der Middelbaar-onderwijswet en de daarbij ge
maakte overgangsbepalingen blijft het subsidie voor de H.B.S.-A op denzelfden voet ge
handhaafd als voor de voormalige H.B.S. met 3-jarigen cursus en daaraan verbonden
hoogcre handelsschool.
119 Bijdragen van andere gemeenten in de kosten der van Rijkswege gesubsidieerde gemeentelijke
hoogere burgerscholen als bedoeld in art. jóquater, sub i, der Middelbaar-onderwijswet.19.898,
Ingevolge artikel 36quater der M.O.-wet, zooals deze nader is gewijzigd, kunnen bij
dragen van andere gemeenten worden gevorderd voor leerlingen uit die gemeenten af
komstig, die de eerste drie klassen der Gem. H.B.S.-A en de door het Rijk gesubsidieerde
afdeeling der Middelbare school en H.B.S. voor meisjes alhier bezoeken. Deze bijdrage be
draagt per leerling de helft van het verschil tusschen het jaarlijksch schoolgeld voor dien
leerling verschuldigd en een door den Minister van Onderwijs, Kunsten en Weten
schappen telkens voor 5 jaar vast te steller bedrag. Dit bedrag is door den Minister be
paald op 430,
De opbrengst van het schoolgeld voor de Gem. H.B.S. A is voor 1940 geraamd op
j 8.500,Bij den aanvang van den cursus 1939/40 bedroeg het totaal aantal leerlingen
van deze inrichting van onderwijs 202 en het aantal buitenleerlingen van de eerste drie
klassen 65, zoodat het door de buitenlecrlingen van deze klassen te betalen gemiddeld
schoolgeld moet worden geraamd op 65/202 X 8.500,— 2.735,
De bijdragen van buitengemeenten zullen dus naar schatting voor deze school moeten
opbrengen: (65 Xf 430,2.735,—) 2 12.607,50.
De opbrengst van het schoolgeld voor de Middelbare School en H.B.S. voor Meisjes
is voor 1940 geraamd op 14.000,Bij den aanvang van den cursus 1939'/40 bedroeg
het totaal aantal leerlingen van deze inrichting van onderwijs 154 en het aantal buiten
leerlingen van de door het Rijk gesubsidieerde afdeeling 43, zoodat het door de buiten
leerlingen voor deze afdeeling te betalen gemiddeld schoolgeld moet worden geraamd
op 43 154 X 14.000,3.909,De bijdragen van de buitengemeenten voor deze
afdeeling zullen dus naar schatting moeten opbrengen (43 X f 430,3.909,—) 2 -
ƒ7.290,50.
In totaal zal derhalve op dezen post moeten worden verantwoord 12.607,50+/ 7.290,50=
19.898,—.
De krachtens afzonderlijke regeling te vorderen bijdragen voor leerlingen der niet van
Rijkswege gesubsidieerde afdeeling van de Middelbare School en H.B.S. voor Meisjes
en voor de beide hoogste klassen der H.B.S. A zullen op volgno. 122 worden verantwoord.
Bijdrage van het Rijk en corporaties in de kosten van de middelbare avondhandelsschool f 2.350,
Door het Rijk wordt een bijdrage verleend ten bedrage van 50 der netto kosten.
De netto kosten zullen ongeveer bedragen 4.500,50 hiervan is 2.250,Door
de Kamer van Koophandel wordt een subsidie verleend van 100,per jaar. In totaal
alzoo 2.350,
Bijdragen van gemeenten en anderen in de kosten van gemeentelijke hoogere burgerscholen 5.355,
Ingevolge de getroffen gemeenschappelijke regeling kunnen van andere gemeenten
en van particulieren bijdragen worden gevorderd voor het bezoeken van leerlingen uit
die gemeenten van de beide hoogste klassen der H.B.S.-A, de middelbare avondhandels
school en de niet van Rijkswege gesubsidieerde afdeeling der middelbare school en H.B.S.
voor meisjes. Voor het bezoeken van de andere inrichtingen van middelbaar onderwijs
28
VIII, 13, 14. 123—128.
1940.
INKOMSTEN.
door leerlingen uit andere gemeenten worden bijdragen krachtens de wet gevorderd,
welke verantwoord worden onder volgno. 119.
Geraamd wordt, dat in 1940 zal worden ontvangen voor:
de beide hoogste klassen der H.B.S.-A2.565,
de Middelbare Avondhandelsschool - 480,
de afdeeling der M.H.B.S- 2.310,
Tezamen5.355,
123 Ontvangst wegens over een vorigen dienst te weinig genoten subsidie van het Rijk voor
het middelbaar onderwijsmemorie
Het valt thans niet te zeggen of op dezen post iets kan worden ontvangen.
124 Ontvangsten inzake verkochte programma's en lesroosters van de gemeentelijke H.B.S. A.
en de Middelbare School en H.B.S. voor Meisjes100,-
In verband met de ontvangst over 1938 geraamd op 100,
125 Vergoeding van de Vereeniging voor Christelijk Nijverheids-onderwijs te Leeuwarden voor
het gebruik van lokalen in het gebouw der G.H.B.S.-A ten behoeve der Christelijke Industrie-
en Huishoudschool1.000,-
Ingaande 14 November 1938 zijn aan genoemde vereeniging tot wederopzegging
eenige lokalen in het gebouw der G.H.B.S.-A in gebruik gegeven tegen een vergoeding
van ƒ1.000,per jaar (besluit Burgemeester en Wethouders d.d. 17 November 1938,
no. 3453/1007).
126 Bijdrage van den volgenden dienst in de kosten van werken 5.670,-
De kosten van het maken van brandvrije trappen, der vernieuwing van de licht
installatie en die van den bouw van een rijwielbergplaats in en bij het gebouw der
H.B.S.-A (zie volgno. 444) worden geraamd op 6.300,welk bedrag zal worden ver
deeld over tien dienstjaren. Ten laste van de volgende negen diensten kornt dus 9/10 X
6.300,—ƒ5.670,—.
14. Hooger onderwijs.
127 Schoolgelden18.000,
De heffing geschiedt krachtens raadsbesluit d.d. 27 September 1939, waarop Konink
lijke goedkeuring is gevraagd, ter vervanging van het raadsbesluit d.d. 16 November
1938, goedgekeurd bij Koninklijk besluit van 31 Januari 1939, no. 23.
Schoolgelden gymnasium:
opbrengst 1938 23.578,60
raming 1939- 23.000,
kohieren 1938/39- 19.025,07
raming 1940- 18.000,
Het aantal leerlingen is afgenomen.
128 Subsidie van het Rijk in de kosten der gymnasia6.300,-
Bij art. 8bis der Hooger-onderwijswet, zooals deze thans luidt, is bepaald, dat het subsidie
wordt vastgesteld op een bedrag per klasse bij algemeenen maatregel van bestuur te regelen.
Dit subsidie is bepaald op 900,per klasse. Het gymnasium telt 6 klassen en 1 parallel
klasse, zoodat gerekend kan worden op een vast subsidie van 6.300,Bij artikel 2
van het Koninklijk besluit van 8 Februari 1934 (Staatsblad no. 47) is bovendien bepaald,
dat, indien het subsidie berekend wordt naar 900,per klasse, vermeerderd met het
bedrag, dat ingevolge artikel 8quater, le lid, der Hooger-onderwijswet van andere
gemeenten wordt ontvangen, blijft beneden 90 van het bedrag, dat aan subsidie van
het Rijk ten behoeve van het gymnasium over 1921 is ontvangen, het Rijkssubsidie zoodanig
29
