I
BI
I
i
■SM
Ij) ii
O II
m
nvi
e I
II
Vïj
lU
Bijlade tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad
van Leeuwarden, 1946. BIJLAGE NO.100.
BIJLAGE NO.100.
Aan den Gemeenteraad.
In de practijk is het wenschelijk gebleken om over te
gaan tot de invoering van een regeling, welke het mogelijk
maakt om van overheidswege controle uit te oefenen op de wij
ze, waarop pleegkinderen door hun pleegouders -in het bijzon
der in kindertehuizen- verzorgd worden en om, zoo noodig, in
het belang der pleegkinderen in te grijpen. Verschillende ge
meenten hebben ten aanzien van deze materie reeds verordenin
gen vastgesteld. Sommige dezer regelingen binden de bevoegd
heid om pleegkinderen te houden aan een preventief werkend
vergunningsstelsel; andere daarentegen werken repressief in
dien zin, dat het houden van pleegkinderen verboden wordt in
die gevallen, dat het belang van pleegkinderen in het algemeen
een zoodanig verbod eischt. In het hierbij aan Uwen Raad aan
geboden ontwerp is het laatstvermelde principe neergelegd.
Gemeend wordt, dat een vergunningsstelsel voor dit doel te
omslachtig werkt en'in de meeste gevallen niet in overeen
stemming zou zijn met het weldadig karakter van de opneming
van een pleegkind in een gezin. Lal het repressief stelsel
echter volledig willen voldoen, dan is het noodig, dat de
ambtenaren, belast met de controle, i.e. de politie, bekend
zijn met de gevallen, waarin in woningen en inrichtingen Dleeg-
kinderen zijn opgenomen. Aanvankelijk is, ten einde hierin te
voorzien, er aan gedacht om in de verordening voor de ple°g-
ouders een verplichting op te nemen, om van het opnemen, ver
trek of overlijden van een pleegkind aangifte te noen bij den
Commissaris van Politie als hoofd van der 'gemeentelijken
dienst, die met het toezicht op de pleegkinderen zal worden
belast. Aangezien echter de pleegouders in de genoemde geval
len reeds op grond van het Besluit Bevolkingsboekhouding ver
plicht zijn om aangifte te doen bij het gemeentelijk bevol-
kingsbureau, kan een voor het publiek hinderlijke en veelal
onbegrepen dubbele aangifte worden vermeden, wanneer dit bu
reau regelmatig aan de Politie de; gegevens doorgeeft, waaruit
de laatste voor haar controle een lijst van toezicht-behoeven-
de pleegouders kan samenstellen.
Wat betreft de artikelsgewijze toelichting op de ontwerp
verordening moge het volgende worden opgemerkt,
ad artikel 1Buiten de werking der verordening is gehouden de op
neming van kinderen door voogden. Naar de meening der Oommis
sie bestaat er voor de plaatselijke overheid geen aanleiding
om in de geyallen, dat een pleegkind in het gezin van den
voogd wordt opgenomen, in te grijpen, waar het Burgerlijk Wet
boek reeds op afdoende wijze de belangen van het minderjarige
kind tegen kwaadwillige of zich slecht gedragende voogden be
schermt
In sommige elders geldende verordeningen is als criterium
voor het begrip: "pleegkind" gesteld, dat voer de inwoning,
kost en verpleging door de ouders of voogden een vergoeding
verschuldigd is. In het ontwerp is dit criterium niet overge
nomen, omdat dit naar het oordeel der Commissie de bepalingen
der verordening op losse schroeven zou stellen in al de ge
vallen, dat het verschuldigd zijn van een vergoeding door de
pleegouders ontkend wordt en door de controleerende' ambtenaren
van de politie niet bewezen kan worden. Bovendien impliceert
het feit, dat geen vergoeding bedongen en ontvangen wordt, op
"zich"
■V fl|l
i V