Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad
van Leeuwarden, 1947. BIJLAGE NO. 30.
BIJLAGE NO. 30.
Aan den Gemeenteraad.
Een der moeilijke problemen, waarvoor de .gemeentebestu
ren zich gesteld zien, is de oplossing van het speeltuinvraag-
stuk binnen de bebouwde kommen van de steden. Kan .uiteraard
in de plannen van stadsuitbreiding van te voren rekening wor
den gehouden met de voor nieuwe stadswijken bestaande behoef
te aan speeltuinruimte, binnen de bestaande practisch "volle"
steden, gebouwd in een tijd, waarin de noodzaak voor reser
veering van gronden voor speeltuinen nog niet gevoeld werd,
kan in den regel slechts zeer moeilijk een bevredigende op
lossing worden gevonden.
Zulks geldt ook voor de gemeente Leeuwarden. Ook hier
ter stede heeft men, getuige de vele aanvragen om voor dit
doel gronden beschikbaar te stellen, een steeds sterker wor
dende behoefte aan speeltuinruimte kunnen waarnemen, waaraan
tot heden slechts ten deele kon worden tegemoet gekomen. Op
grond van de ervaring tot de overtuiging gekomen, dat een
incidenteele behandeling van de binnengekomen terreinaanvra-
gen geen redelijke oplossing van het vraagstuk zal kunnen
brengen, hebben wij eenigen tijd geleden besloten om een
algemeen onderzoek in te stellen naar de vraag, welke moge
lijkheden hier nog kunnen worden gevonden, ten einde aldus
te geraken tot een opzet waarin, getoetst aan de gebleken
behoefte, de beschikbare terreinen op de juiste wijze-over
de stad verdeeld worden. Daartoe heeft ons College zich öm
advies gewend tot het Bestuur van de Centrale Speeltuinen
Leeuwarden en Omstreken, dat uiteraard als een terzake
deskundige instantie kan worden beschouwd. Naar. aan le id in g
nu van dit door de Centrale uitgebracht advies kwamen wij
tot de voorlöopige conclusie, dat er, ter oplossing van het
vraagstuk, naar gestreefd zou moeten worden om in de volgen
de stadsdeelen speeltuinterreinen aan te wijzen:
a. één terrein in de wijk, begrensd door den Harlingerstraat-
weg en den Mr. P.J. Troelstraweg,
b. één terrein in de wijk, begrensd door den, Mr. P.J.Troel
straweg en de -Dokkumer Ee
c. twee- terreinen in de wijk, begrensd door den Groninger
straatweg en de Emmakade,
d.< één terrein in de wijk Achter de Hoven,
e. één terrein in Huizum ten Oosten van de Verlengde Schrans,
T. één terrein in Huizum, ten Westen van de Verlengde Schrans en
g. één terrein in de wijk, begrensd door den Westersingel en
den Harlingerstraatweg.
In deze richting is dan ook door ons Collego het onder
zoek voortgezet, waarbij wij ons - ten einde te komen tot
een min of meer vast plan - op het standpunt stelden, dat
de aan te wijzen terreinen, behalve wat -de vereischte grootte
betreft, nog zouden moeten voldoen aan de volgende eischen:
1°. de terreinen, eenmaal aangelegd, moeten zoo eenigszins
mogelijk te'allen't ij de voor het beoogde doel bestemd
kunnen-blijven,
'2°. als gevolg van het onder 1° genoemde moeten voor de ter
reinen gronden worden aangewezen, welke na voltooiing
als speeltuin, een uitvoering van het uitbreidingsplan
niet in den weg staan,
3°. de terreinen moeten niet aan groote verkeerswegen zijn
gelegen,
4°. de terreinen moeten thans reeds van bestaande wegen af of
van geringe uitbreidingen daarvan toegankelijk zijn.
- Deze -