Bijlage tot het verslag der handelingen van de gemeenteraad
van Leeuwarden, 1947. BIJLAGE NO.169.
Artikel 6.
De hoofdonderwijzeressen worden door de Raad benoemd en
ontslagen.
De benoeming geschiedt uit een voordracht van zo mogelijk
drie personen, door Burgemeester en Wethouders in te dienen.
Het overige personeel der kleuterscholen wordt benoemd en
ontslagen door Burgemeester en Wethouders.
Artikel 7.
Bepaalde vereisten om voor een benoeming in aanmerking te
komen zijn*
voor de betrekking van hoofdonderwijzeres een leeftijd
van ten minste drie en twintig jaren en het bezit der akte 3;
voor die van plaatsvervangend hoofdonderwijzeres het be
zit van gelijke akte
voor die van onderwijzeres het bezit der akte A.
Artikel 8.
De hoofdonderwijzeressen worden aan een bepaalde school
benoemd.
De onderwijzeressen worden benoemd aan één der gemeente
lijke kleuterscholen. Zij kunnen te allen tijde naar een an
dere school worden overgeplaatst
Artikel 9-
Het aan de hoofdonderwijzeressen en de onderwijzeressen
op verzoek te verlenen eervol ontslag gaat niet eerder in
dan twee maanden na de dag, waarop het verzoek om ontslag is
ingekomen.
Indien een hoofdonderwijzeres of een onderwijzeres het
voornemen heeft zich in het huwelijk te begeven, geeft deze
daarvan zo spoedig mogelijk, in elk geval ten minste twee
maanden te voren, kennis aan het college, dat haar heeft be
noemd
Die kennisgeving geldt voor aanvraag om ontslag.
Op haar verzoek kan zij echter in haar betrekking worden
gehandhaafd
Artikel 10.
De jaarwedden bedragen:
a. van de hoofdonderwijzeressen bij een diensttijd als zo
ndanig van
minder dan twee jaren f. 2035,-
twee en meer, doch minder dan vier jaren 2145»-
vier en meer, doch minder dan zes jaren 2255,-
zes en meer, doch minder dan acht jaren 2365,-
r acht en meer jaren 2475»-;
b. van de onderwijzeressen, in het bezit van de akte B,
bij een diensttijd als zodanig van
minder dan twee jaren f. 1485,-
twee en meer, doch minder dan vier jaren 1595,-
vier en meer,,doph minder,dan zes jaren -
zes en meer, doen minder dan acht jaren
acht en meer, doch minder dan tien jaren
tien en meer jaren
c. van de onderwijzeressen, m het bezit van de
bij een diensttijd als zodanig van
minder dan twee jaren f. 1320,-
twee en meer, doch minder dan vier jaren 1430»-
vier en meer, doch minder dan zes jaren 1540,-
zes en meer, doch minder dan acht jaren 1650,-
acht en meer, doch minder dan tien jaren 1760,-
tien en meer jaren 1870,-
"Als"
3
Bijlage tot het verslag der handelingen van de gemeenteraad
van Leeuwarden, 1 947- BIJLAGE N0.169.
Als diensttijd komt in aanmerking:
voor de hoofdonderwijzeressen de tijd als zodanig in
dienst van een kleuterschool hier of elders doorgebracht;
voor de onderwijzeressen de tijd als zodanig, als kwe-
kelinge met akte of als hoofdonderwijzeres in dienst van een
kleuterschool hier of elders doorgebracht.
Artikel 11
Tijdelijk aangestelden, die met zelfstandig onderwijs
zijn belast, worden per jaar bezoldigd volgens de in artikel
10 genoemde bedragen, met uitzondering van de periodieke
verhogingen.
Artikel 12.
Aan de onderwijzeres, die aangewezen is tot plaatsvervang
ster van de hoofdonderwijzeres en als zodanig de hoofdonder
wijzeres onafgebroken langer dan dertig achtereenvolgende
lesdagen heeft vervangenwordt uit dien hoofde een beloning
Toegekend van f. 1- per lesdag.
Artikel 13.
De toekenning van verhogingen van jaarwedden, ingevolge
artikel 10, geschiedt door Burgemeester en Wethouders
Dit college is bevoegd een periodieke verhoging niet toe
te kennen, indien de hoofdonderwijzeres of de onderwijzeres,
die voor verhoging in aanmerking komt, geen voldoende blijken
van geschiktheid, ijver en toewijding mocht hebben gegeven.
Van het niet toekennen der verhoging wordt aan de belangheb
bende mededeling gedaan.
Behoudens toepassing van het tweede, lid gaat elke verho
ging van jaarwedde in met de eerste dag der maand, waarin de
diensttijd is volbracht.
Artikel 14.
Is een leerkracht wegens ziekte of ongeval verhinderd haar
schooltaak te verrichten, dan geeft zij hiervan zo spoedig
mogelijk kennis aan de betrokken hoofdonderwijzeres. De
hoofdonderwijzeressen zijn verplicht van elke afwezigheid on
middellijk kennis te geven aan Burgemeester en Wethouders.
Heeft de afwezigheid langer geduurd dan drie maanden of
wanneer het overigens door Burgemeester en Wethouders wordt
gevorderd, hervat de betrokkene haar werkzaamheden niet eerder
dan na inzending aan Burgemeester en Wethouders van een ge
neeskundige verklaring, waaruit blijkt, dat die hervatting kan
worden toegelaten met het oog op de belangen zowel van het
onderwijs als van de betrokkene zelve en van de leerlingen.
Aan het onderwijzend personeel, bedoeld in het eerste lid van
dit artikel, zal bij verlof tot afwezigheid wegens ziekte of
ongeval een jaarwedde of beloning worden uitgekeerd overeenkom
stig de regelenwelke daarvoor van Rijkswege zijn of worden ge
troffen voor het onderwijzend personeel bij het openbaar lager
onderwijs.
Aan de gehuwde vast aangestelde hoofdonderwijzeres of onder
wijzeres, die haar bevalling tegemoet ziet, wordt een verlof tot
afwezigheid, zonder behoud van jaarwedde, verleend, ingaande
vier maanden voor het tijdstip, waarop de bevalling kan worden
verwacht en eindigende twee maanden na de bevalling. Is zij op
dit tijdstip volgens het oordeel van de behandelende of contro
lerende geneesheer als gevolg van deze bevalling niet in staat
haar werkzaamheden aan de school te hervatten, dan kan haar,
eveneens zonder behoud van jaarwedde, een verlenging van verlof
worden toegestaan.
"Ar-"