Schaal
Ambt.
Dienstjaren
0 1 2 3 4 5 6
19 hoofdcommies 4500 4740 4980 5160 5340 5520 5700
techn.hoofdambtenaar G.E.B.
administrateur Gem.werken
techn.hoofdambtenaar Gem.-
werken
20 hoofdcommies 1e klasse 5160 5340 5520 5700 5880 6060 6180
archivaris
administrateur Gem.-Licht-
bedrijven
techn.hoofdambtenaar 1e
klasse Gem.werken
21 ingenieur Gem.werken 3120 3420 3720 4020 4320 4620 4920
voorts na 7, 8, 9, 10, 11 en 12 dienst
jaren te verhogen tot:
5220
5520
5820
6120
6360
6600
22
architect Gem.werken
5580
5760
5940
6120
63OO
6480
6600
23
referendaris A
directeur Gem.Dienst voor
Sociale Zaken
directeur Gem.reiniging
directeur Bouw- en Woning
toezicht
6000
6180
636O
6540
6720
6900
7080
24
adj-directeur Gem.-Licht-
bedrijven
adj-directeur Gem.werken
636O
6600
6780
6960
7140
7320
7500
25
referendaris B
6720
6900
7080
7260
7440
7620
7800
26
directeur Openbaar Slacht
huis
7080
7320
7500
7680
7860
8040
8220
27
adj-directeur Gem.Geneesk.
Dienst
7500
7680
7860
8O4O
8220
8400
8580
28
directeur Gem.Geneesk.
Dienst
directeur Gem.-Licht-
be drijven
8220
8400
8580
8760
8940
912 Ql
9300
directeur Gemeentewerken
Art. 19-
1De bezoldiging van de volgende ambtenaren wordt bepaald op de be
dragen, hierna achter elk ambt vermeld.
a. ambtenaar, tiedoeld in artikel 294 der Gemeentewet: f. 480,-;
b. plaatsvervangend directeur van het Openbaar Slachthuis: f. 600,1
c. gemeente-vroedvrouwf. 720,-;
d. gemeente-arts te Wirdumf. 300,-, met verplichting tot leve
ring van geneesmiddelen;
e. stadsarts te Huizum: f. 1260,-;
f. stadsarts; f. 24OO,-.
2. De bezoldiging van de overige ambtenaren, wier ambten een neven
betrekking vormen, wordt door Burgemeester en Wethouders geregeld*
"Art
Bijlage tot het verslag der handelingen van de gemeenteraad
van Leeuwarden, 1 948. BIJLAGE NO.101.
Art. 20.
Voor een ambtenaar, die ten gevolge van de toepassing van
deze verordening een netto-bezoldiging zou gaan genieten, la
ger dan die, waarop de laatstelijk voor het in werking treden
dezer verordening geldende salarisregeling aanspraak geeft,
blijft deze aanspraak gehandhaafd tot het tijdstip, waarop
hij ingevolge deze verordening een hogere bezoldiging zal ont
vangen.
Art. 21
Deze verordening kan worden aangehaald onder de titel van:
"Jaarwedderegeling 1947".
Zij wordt geacht op 1 October 1947 in werking te zijn getreden.
Alsdan worden met betrekking tot de ambtenaren, wier
wedde per maand of na afloop van langere termijnen wordt uit
betaald, geacht te zijn vervallen:
a. de bepalingen der Salarisverordening (Gemeenteblad 1936
no.15), zoals deze nader is gewijzigd;
b. de Voorlopige Maatregelen ter verbetering van de financiële
positie van het gemeenteoersoneel (Gemeenteblad 1946 no.6), zoals
deze nader zijn gewijzigd.